Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 28 september 2017 in de zaak tussen
de besloten vennootschap TenneT TSO B.V., te Arnhem, de netbeheerder.
Procesverloop
mr. [naam 2] . Verweerder heeft zich laten vertegenwoordigen door zijn gemachtigde. De derde-belanghebbenden zijn niet verschenen.
Overwegingen
Het enkele feit dat leidingen in de veiligheidszone op grond van het bestemmingsplan aanwezig zijn en (enige) invloed hebben op het beheer van het kabelnetwerk kan voorts niet bepalend zijn voor de vraag of de belangen van de leidingen zich verzetten, omdat dit er in de interpretatie van verweerder toe zou leiden dat in geen enkel geval een (bouw)werk in de bewuste zone rond de kabelverbinding van de leidingbeheerder aangelegd zou kunnen worden. De motivering is dus niet afdoende voor de conclusie dat het onderhoud van de leidingen zodanig bemoeilijkt wordt dat het aan vergunningverlening in de weg staat.
Pijler 1: Veiligheidsrisico’s en waarborgen elektriciteitsvoorziening.
Pijler 2: Bereikbaarheid en toegankelijkheid hoogspanningsverbinding. Door de brug en het fundament wordt de toegang tot de hoogspanningsverbindingen bemoeilijkt, waardoor het onderhoud, herstel of vervanging van de hoogspanningsverbindingen wordt bemoeilijkt.
Door de belemmerde toegankelijkheid van de hoogspanningskabelverbindingen wordt voorts het beheer van het net bemoeilijkt. Daardoor kan mogelijk niet worden voldaan aan de termijnen voor herstel die in de Netcode elektriciteit zijn opgenomen. De kosten voor herstel en vertraging kan in de miljoenen lopen. Eveneens dient een minimaal vrij beschikbare veilige afstand gehanteerd te worden, gerekend vanaf de buitenste kabel bij een standaard liggingssituatie, in het geval van eventuele storingen en/of onderhoud van de kabelverbindingen. Los daarvan kan de netbeheerder het tracé ter plaatse van de burg niet (meer) wijzigen. Voorts vormt de brug een belemmering voor de eventuele aanleg van nieuwe ondergrondse hoogspanningsverbindingen.
De zeer beperkte afstand van de brug tot de kabels is reeds voldoende om daaruit een bemoeilijkte bereikbaarheid van de kabelverbinding te constateren. De ter plaatse aanwezige kabelverbinding betreft een complexe 9-delige kabelverbinding waaraan slechts met behulp van groot materieel zal kunnen worden gewerkt. Dat ruimte nodig is om te manoeuvreren behoeft weinig uitleg. Verder is relevant voor de voorliggende vergunningsaanvraag dat in de toekomst onderhoud zal moeten worden gepleegd aan de brug en dat dit onderhoud bemoeilijkt kan worden door de ter plaatse aanwezige kabelverbindingen en dat dit veiligheidsrisico’s met zich meebrengt.
b. ter bescherming van de (ondergrondse) leidingen is bouwen slechts toegestaan
Dat verweerder in het nadeel van eiseres bij de in het bestreden besluit gemaakte belangenafweging betrokken zou hebben dat de brug gerealiseerd is zonder omgevingsvergunning, blijkt voorts niet uit de gebezigde motivering.
€ 990,- (1 punt voor het indienen van het beroepschrift en 1 punt voor het verschijnen ter zitting met een waarde per punt van € 495,- en een wegingsfactor 1).
Beslissing
- verklaart het beroep gegrond;
- vernietigt het bestreden besluit;
- draagt verweerder op een nieuw besluit te nemen met inachtneming van hetgeen in rechtsoverweging 7 is overwogen;
- draagt verweerder op het betaalde griffierecht van € 334,- aan eiseres te vergoeden;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 990,-.