ECLI:NL:RBNHO:2017:8588
Rechtbank Noord-Holland
- Rekestprocedure
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheid van de rechtbank in insolventieprocedure met betrekking tot gerekwestreerde zonder bekende verblijfplaats
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 17 oktober 2017 uitspraak gedaan in een rekestprocedure betreffende de faillietverklaring van een gerekwestreerde zonder bekende woon- of verblijfplaats in Nederland. De verzoekster, R.L. Bezuiden Holding B.V., vertegenwoordigd door advocaat mr. B.A.J. van Lammeren, heeft een verzoekschrift ingediend op 14 augustus 2017. De rechtbank heeft de bevoegdheid om het faillissement uit te spreken getoetst aan de Verordening (EU) 2015/484, ook wel bekend als IVO II, die van toepassing is op insolventieprocedures. De rechtbank heeft vastgesteld dat het centrum van de voornaamste belangen van de gerekwestreerde niet in Nederland ligt, wat betekent dat de rechtbank zich niet bevoegd acht om een insolventieprocedure te openen. Dit oordeel is gebaseerd op de overwegingen dat de gerekwestreerde in of nabij Parijs verblijft en daar ook onroerend goed bezit. De rechtbank heeft geconcludeerd dat er geen feiten of omstandigheden zijn aangevoerd die het vermoeden weerleggen dat de gebruikelijke verblijfplaats van de gerekwestreerde in Parijs ligt. Daarom heeft de rechtbank verzoekster niet-ontvankelijk verklaard in haar verzoek om faillietverklaring.