Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- het verzoekschrift van 10 september 2018 met 17 bijlagen;
- het verweerschrift.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
“Indien een persoon een ander aansprakelijk houdt voor schade die hij lijdt door dood of letsel, kan ieder van hen of kunnen zij gezamenlijk, ook voordat de zaak ten principale aanhangig is, de rechter verzoeken te beslissen over een geschil omtrent of in verband met een deel van hetgeen ter zake tussen hen rechtens geldt en waarvan de beëindiging kan bijdragen aan de totstandkoming van een vaststellingsovereenkomst over de vordering als bedoeld in artikel 1019x, derde lid, onder a.”
- zo blijkt uit zijn verzoek en de toelichting hierop ter zitting - aansprakelijk voor de uit het verkeersongeval voortvloeiende materiële schade aan zijn auto. Van onderhandelingen tussen [verzoeker] en de door [verzoeker] aansprakelijk gehouden partij over betaling van schade als gevolg van letsel, is geen sprake. Tijdens de mondelinge behandeling van het verzoek heeft [verzoeker] zelf ook aangegeven dat fysieke problemen bij hem niet meer aan de orde zijn. Volgens [verzoeker] heeft zijn vriendin, die tijdens het ongeval als inzittende in zijn auto zat, nog steeds klachten. Het is echter [verzoeker] als bestuurder van de auto die onderhavig verzoek heeft ingediend.