ECLI:NL:RBNHO:2018:5139

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
6 juni 2018
Publicatiedatum
19 juni 2018
Zaaknummer
6272442 \ CV EXPL 17-7817
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Compensatie voor passagiers na annulering van vlucht door weersomstandigheden

In deze zaak hebben twee passagiers een vordering ingesteld tegen Austrian Airlines wegens de annulering van hun vlucht van Sarajevo naar Wenen op 4 april 2017. De passagiers hadden een vervoersovereenkomst met de luchtvaartmaatschappij, maar de vlucht OS758 werd geannuleerd omdat de voorgaande vlucht OS757 niet kon landen in Sarajevo door slechte weersomstandigheden. De passagiers vorderden compensatie op basis van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004, die regels vaststelt voor compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij annuleringen en vertragingen. Austrian Airlines betwistte de vordering en stelde dat de annulering het gevolg was van buitengewone omstandigheden, maar de kantonrechter oordeelde dat de luchtvaartmaatschappij niet voldoende bewijs had geleverd om dit te onderbouwen. De rechter concludeerde dat Austrian Airlines aansprakelijk was voor de compensatie en wees de vordering van de passagiers toe, inclusief wettelijke rente en proceskosten. De kantonrechter benadrukte dat de bewijslast voor buitengewone omstandigheden bij de luchtvaartmaatschappij ligt en dat deze niet was aangetoond. De uitspraak bevestigt de rechten van passagiers onder de Europese regelgeving en de verplichtingen van luchtvaartmaatschappijen bij annuleringen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Afdeling Privaatrecht
Sectie Kanton - locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 6272442 \ CV EXPL 17-7817
Uitspraakdatum: 6 juni 2018
Beschikking in de zaak van:

1.[passagier 1]

wonende te [woonplaats]
2. [passagier 2]
wonende te [woonplaats]
verzoekende partijen
verder te noemen: de passagiers
gemachtigde: R. Bos (Aviclaim B.V.)
tegen
de rechtspersoon naar Oostenrijks recht
Austrian Airlines A.G.
gevestigd te Wenen (Oostenrijk)
verwerende partij
verder te noemen: Austrian Airlines
gemachtigde: mr. E.C. Douma

1.Het procesverloop

Dit verloop blijkt uit:
  • het vorderingsformulier (formulier A), ingekomen ter griffie op 22 augustus 2017;
  • het antwoordformulier (formulier C), ingekomen ter griffie op 24 januari 2018.

2.De feiten

2.1.
De passagiers hebben met Austrian Airlines een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan Austrian Airlines de passagiers diende te vervoeren van Sarajevo naar Wenen met vlucht OS758 op 4 april 2017 en vervolgens op dezelfde dag van Wenen naar Amsterdam met vlucht OS375.
2.2.
De vlucht van Sarajevo naar Wenen (OS758) is geannuleerd. De passagiers zijn omgeboekt naar een vlucht op 5 april 2017.
2.3.
De passagiers hebben compensatie van Austrian Airlines gevorderd in verband met voornoemde annulering.
2.4.
Austrian Airlines heeft geweigerd tot betaling over te gaan.

3.Het verzoek en het verweer

3.1.
De passagiers verzoeken Austrian Airlines te veroordelen tot betaling van:
- € 500,00, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 4 april 2017 tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 75,00 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- de proceskosten.
3.2.
De passagiers baseren hun vordering op de Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van de verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: de Verordening) en de daarop betrekking hebbende rechtspraak van het Europese Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof).
3.3.
De passagiers stellen dat Austrian Airlines vanwege de annulering van de vlucht gehouden is hen te compenseren conform artikel 7 van de Verordening tot een bedrag van € 250,00 per passagier. Daarnaast maken de passagiers aanspraak op betaling door Austrian Airlines van de buitengerechtelijke kosten en de wettelijke rente.
3.4.
Austrian Airlines betwist de vordering. Op haar verweer wordt - voor zover relevant - bij de beoordeling van het geschil ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
4.2.
Vast staat dat (het eerste deel van) de vlucht van de passagiers is geannuleerd. Nu gesteld, noch gebleken is dat Austrian Airlines zich kan beroepen op artikel 5, eerste lid, onder c sub i, ii of iii van de Verordening, geldt er in beginsel een compensatieplicht voor Austrian Airlines. Dit is anders indien Austrian Airlines kan aantonen dat de annulering het gevolg is van buitengewone omstandigheden als bedoeld in artikel 5 lid 3 van de Verordening. Hierbij is uitgangspunt dat stelplicht en bewijslast ten aanzien van de aanwezigheid van buitengewone omstandigheden bij de luchtvaartmaatschappij rusten. In het voorkomende geval moet zij bovendien aantonen dat zij zelfs met inzet van alle beschikbare materiële en personeelsmiddelen kennelijk niet had kunnen vermijden - behoudens indien zij op het relevante tijdstip onaanvaardbare offers uit het oogpunt van de mogelijkheden van haar onderneming had gebracht - dat de buitengewone omstandigheden waarmee zij werd geconfronteerd, tot annulering van de vlucht leidden.
4.3.
Austrian Airlines heeft aangevoerd dat de aan vlucht OS758 voorafgaande vlucht van Wenen naar Sarajevo (OS757) is geannuleerd, waardoor vlucht OS758 eveneens is geannuleerd. Vlucht OS757 is volgens Austrian Airlines wel vanuit Wenen naar Sarajevo vertrokken, maar door harde wind in de omgeving van de luchthaven van Sarajevo, in combinatie met de beschikbare landingsbaan, kon/mocht het vliegtuig daar vanuit het oogpunt van (vlieg)veiligheid niet landen. Doordat het vliegtuig met vlucht OS757 niet aankwam in Sarajevo, kon vlucht OS758 niet worden uitgevoerd. Ter onderbouwing heeft Austrian Airlines verwezen naar het vluchtrapport van vlucht OS757. Verder heeft Austrian Airlines verwezen naar de zogeheten “METAR” (Meteorological Aerodrome Report). Austrian Airlines heeft aangevoerd dat de luchthaven van Sarajevo beschikt over één landingsbaan. In verband met de laaghangende bewolking mocht deze landingsbaan uitsluitend vanuit westelijke richting, dus richting het oosten worden aangevlogen. Volgens Austrian Airlines blijkt uit de “METAR-code” dat rond de geplande aankomsttijd van vlucht OS757 in Sarajevo de windrichting 290/300 graden was, hetgeen zou betekenen dat dan met rugwind zou moeten worden geland, hetgeen niet is toegestaan. Volgens Austrian Airlines heeft de bemanning daarom uit veiligheidsoverwegingen, in overleg met de (plaatselijke) luchtverkeersleiding, besloten om niet in Sarajevo te landen en om terug te keren naar Wenen. Er was volgens Austrian Airlines geen zicht op een spoedige (weers)verbetering, zodat het geen zin had om in een wachtcircuit van bijvoorbeeld 30 minuten, de weersverbetering af te wachten.
4.4.
De kantonrechter oordeelt dat Austrian Airlines aan de hand van de door de passagiers overgelegde “METAR-gegevens” voldoende heeft toegelicht dat er rond de geplande aankomsttijd van vlucht OS757 te Sarajevo sprake was van harde wind en laaghangende bewolking, maar dat Austrian Airlines niet heeft aangetoond dat het toestel om die reden niet kon/mocht landen in Sarajevo. Uit het door Austrian Airlines overgelegde vluchtrapport van vlucht OS757 valt niet op te maken wat de reden van de annulering van die vlucht is geweest. Uit het vluchtrapport volgt dat de vlucht is vertrokken vanuit Wenen met Sarajevo als bestemming en (weer) in Wenen is geland, maar niet wat de reden daarvan is geweest. Bij “delay information” wordt code 03 vermeld. Austrian Airlines heeft deze code niet toegelicht. Er valt daarom niet na te gaan of vlucht OS757 teruggekeerd is naar Wenen vanwege de weersomstandigheden rond de luchthaven van Sarajevo. Austrian Airlines heeft aangeboden de piloten van vlucht OS757 als getuigen te horen. Zij kunnen volgens Austrian Airlines (onder andere) verklaren waarom het vliegtuig vanuit vliegveiligheidsoverwegingen niet in Sarajevo mocht landen. De kantonrechter ziet geen aanleiding om Austrian Airlines alsnog tot die bewijslevering toe te laten. Austrian Airlines had reeds bij het verweer een verklaring van de piloten en/of het luchtverkeersbeheer van de luchthaven van Sarajevo kunnen bijvoegen. Austrian Airlines heeft daarnaast over (de annulering van) vlucht OS758 van Sarajevo naar Wenen geen enkele informatie verstrekt. Dat vlucht OS758 is geannuleerd, omdat de daaraan voorafgaande vlucht niet in Sarajevo kon/mocht landen vanwege de weersomstandigheden op die luchthaven, is daarom niet komen vast te staan.
4.5.
Austrian Airlines heeft voorts uitgebreid betoogd dat de Verordening moet worden toegepast waarvoor deze is bedoeld, te weten - volgens Austrian Airlines - om duidelijk te maken dat de instapweigering op grond van overboeking en de annulering van een vlucht zonder goede reden niet aanvaardbaar is. Daarvan is volgens Austrian Airlines in dit geval geen sprake. Er was volgens Austrian Airlines sprake van een ongeplande/ongewenste annulering. Daarbij zijn de bewoordingen van Overwegingen 14 en 15 van de Verordening volgens Austrian Airlines niet doorslaggevend. Deze Overwegingen noemen volgens Austrian Airlines enkel niet-limitatieve voorbeelden van buitengewone omstandigheden. De kantonrechter oordeelt dat een “aanvoerende” vlucht, die ten gevolge van weersomstandigheden niet kan landen en moet terugkeren naar de betreffende vertrekluchthaven weliswaar niet als zodanig is opgenomen in de Overwegingen 14 en 15 van de Verordening, maar wel degelijk een buitengewone omstandigheid kan vormen. Dat hiervan sprake was, heeft Austrian Airlines echter, zoals hierboven is overwogen, niet aangetoond.
4.6.
Aangezien de buitengewone omstandigheid niet is komen vast te staan, komt de kantonrechter niet toe aan de beantwoording van de vraag of de annulering ondanks het treffen van alle redelijke maatregelen niet kon worden voorkomen.
4.7.
Nu Austrian Airlines voor het overige geen verweer heeft gevoerd, zal de vordering tot betaling van de hoofdsom worden toegewezen. De gevorderde wettelijke rente over de hoofdsom is als onvoldoende gemotiveerd weersproken toewijsbaar.
4.8.
De passagiers hebben een bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten gevorderd. Nu de onderhavige vordering geen betrekking heeft op één van de situaties waarin het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten (hierna: het Besluit) van toepassing is, zal de kantonrechter de vraag of buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd zijn toetsen aan de eisen zoals deze zijn geformuleerd in het rapport Voorwerk II. De kantonrechter acht voldoende aannemelijk gemaakt dat de passagiers buitengerechtelijke werkzaamheden hebben verricht dan wel hebben laten verrichten en dat hiervoor kosten zijn gemaakt. De omvang van de buitengerechtelijke incassokosten dient te worden getoetst aan de tarieven zoals vervat in het Besluit in plaats van aan de tarieven van het rapport Voorwerk II, nu de tarieven neergelegd in voornoemd Besluit geacht worden redelijk te zijn. Omdat het gevorderde bedrag niet hoger is dan het volgens het Besluit berekende tarief, zullen de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten worden toegewezen.
4.9.
De proceskosten komen voor rekening van Austrian Airlines, omdat zij ongelijk krijgt.
4.10.
Op verzoek van de passagiers zal een certificaat betreffende een beslissing in de Europese procedure voor geringe vorderingen of een gerechtelijke schikking aan deze beschikking worden gehecht.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt Austrian Airlines tot betaling aan de passagiers van € 575,00, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 500,00 vanaf 4 april 2017 tot aan de dag van de algehele voldoening;
5.2.
veroordeelt Austrian Airlines tot betaling van de proceskosten die aan de kant van de passagier tot en met vandaag worden begroot op € 223,00 aan griffierecht en € 60,00 aan salaris gemachtigde.
Deze beschikking is gewezen door mr. W. Aardenburg, kantonrechter, en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter
Tegen deze beschikking staat geen hoger beroep open