Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[gedaagde 1],
wonende te [woonplaats] ,
[gedaagde 2]wonende te [woonplaats] ,
1.De procedure
- de dagvaarding van 17 januari 2018;
- de akte van Stam houdende overlegging producties 1-10;
- de conclusie van antwoord met producties 1-12;
- de brief van 19 januari 2018 van Stam met producties 11-14;
- de brief van 19 januari 2018 van Stam met productie 15;
- de mondelinge behandeling van 22 januari 2018, alwaar zijn verschenen: de heer [gedaagde 2] bijgestaan door mr. Van de Graaf, de heer [naam] namens Stam bijgestaan door mr. Groen. Als toehoorders waren aanwezig de echtgenote van de heer [gedaagde 2] en een stagiaire van mr. Groen;
- de pleitnota van Stam;
- de pleitnota van Mulder
€ 389.000, - exclusief BTW en stelposten. Mulder heeft vervolgens aan Telecity een offerte uitgebracht voor de uitvoering van dit project van € 414.000.- exclusief BTW. Deze offerte is op 15 september 2014 door Telecity geaccepteerd.
“De vordering op BMA tot uitkering van het Depotbedrag komt toe aan Stam, voor zover het saldo van het Depotbedrag zulks toelaat, indien en voor zover: (…)b) Een rechterlijke beslissing, uitvoerbaar bij voorraad, tussen partijen is gewezen in de Bodemprocedure en aan BMA een grosse van die rechterlijke beslissing is overgelegd: het in die beslissing aan Stam toegewezen bedrag.”
3.Het geschil
4.De beoordeling
816,00