In deze zaak heeft Airhelp Limited, een rechtspersoon naar het recht van Hong Kong, een vordering ingesteld tegen Easyjet Airline Company Limited, gevestigd in Luton, Verenigd Koninkrijk, wegens compensatie voor een geannuleerde vlucht. De vordering is gebaseerd op de Verordening (EG) nr. 261/2004, die regels vaststelt voor compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij annulering of langdurige vertraging van vluchten. De vlucht van Amsterdam-Schiphol naar London Luton op 19 maart 2017 werd geannuleerd, en Airhelp vorderde een schadevergoeding van € 500,00, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten.
Easyjet betwistte de vordering en voerde aan dat de annulering het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk slechte weersomstandigheden en restricties van de luchtverkeersleiding. De kantonrechter oordeelde echter dat Easyjet onvoldoende bewijs had geleverd om aan te tonen dat de annulering daadwerkelijk het gevolg was van deze omstandigheden. De rechter stelde vast dat Easyjet niet had aangetoond dat de vlucht niet meer kon landen vanwege de nachtsluiting van Schiphol en dat er geen bewijs was dat de luchtverkeersleiding beslissingen had genomen die de annulering rechtvaardigden.
Uiteindelijk heeft de kantonrechter de vordering van Airhelp toegewezen en Easyjet veroordeeld tot betaling van € 500,00, vermeerderd met wettelijke rente, en de proceskosten. De rechter verklaarde het vonnis uitvoerbaar bij voorraad en wees het meer of anders gevorderde af. Dit vonnis is uitgesproken op de openbare terechtzitting van 18 december 2019.