ECLI:NL:RBNHO:2019:1865
Rechtbank Noord-Holland
- Op tegenspraak
- H.M. van Dam
- Rechtspraak.nl
Echtscheiding en pensioenverweer in het kader van huwelijkse voorwaarden
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 21 februari 2018 uitspraak gedaan in een echtscheidingsprocedure tussen een man en een vrouw, die gehuwd waren in Koog aan de Zaan. De man verzocht om de echtscheiding, stellende dat het huwelijk duurzaam was ontwricht. De vrouw betwistte de duurzame ontwrichting niet, maar voerde een pensioenverweer aan, stellende dat zij niet kon overzien of haar recht op uitkeringen bij vooroverlijden van de man zou vervallen of verminderen door de echtscheiding. De rechtbank oordeelde dat het pensioenverweer slechts betrekking kan hebben op nabestaandenpensioen en niet op andere vermogens zoals spaargelden of onroerende zaken. De rechtbank verklaarde het beroep van de vrouw op het pensioenverweer ongegrond en wees het verzoek tot echtscheiding toe.
Daarnaast verzocht de vrouw om in de echtelijke woning te mogen blijven wonen, maar de rechtbank wees dit verzoek af, met uitzondering van een termijn van zes maanden na de inschrijving van de beschikking tot echtscheiding. De vrouw had ook een verzoek ingediend voor een partnerbijdrage, maar de rechtbank kon hier nog geen beslissing over nemen, aangezien er onvoldoende duidelijkheid was over de financiële situatie van beide partijen. De rechtbank heeft de behandeling van deze verzoeken uitgesteld naar een nader te bepalen zitting in juli/augustus 2018. De beschikking is openbaar uitgesproken door rechter H.M. van Dam, in aanwezigheid van griffier J.C.M. Kroon.