In deze zaak, die voor de Rechtbank Noord-Holland is behandeld, vordert SDB Vastgoed B.V. de ontbinding of wijziging van een kwalitatieve verplichting die is opgenomen in de leveringsakte van een pand aan Beechavenue 122-140 te Schiphol-Rijk. Deze verplichting houdt in dat SDB Vastgoed zich heeft verbonden geen hotelaccommodatie te stichten. Tencourts B.V., de gedaagde, beroept zich op deze verplichting en stelt dat het vestigen van een nieuw hotel in de nabijheid van hun bestaande hotel een negatieve invloed zal hebben op hun bezettingsgraad. De rechtbank heeft de procedure gevolgd, waarbij onder andere een tussenvonnis en een comparitie van partijen heeft plaatsgevonden. De feiten van de zaak zijn complex en omvatten de ontwikkeling van het bedrijventerrein Park Schiphol-Rijk, de vestigingsvoorwaarden die zijn vastgelegd in het Schipholconvenant, en de rol van verschillende partijen in de vastgoedtransacties. De rechtbank heeft geoordeeld dat Tencourts een redelijk belang heeft bij het handhaven van de kwalitatieve verplichting, en dat SDB Vastgoed niet heeft aangetoond dat er sprake is van misbruik van recht of onvoorziene omstandigheden. De vorderingen van SDB Vastgoed zijn afgewezen, en zij is veroordeeld in de proceskosten.