Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[verweerder] ,
[naam],
Rechtbank Noord-Holland
Op 1 april 2019 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, een beschikking gegeven in de zaak van ABN AMRO HYPOTHEKEN GROEP B.V. tegen een verweerder en een belanghebbende, die beiden niet verschenen. De zaak betreft een verzoek tot goedkeuring van een onderhandse verkoop van een onroerend goed, dat onder hypothecaire zekerheid staat. De verzoekster, ABN AMRO HYPOTHEKEN GROEP B.V., heeft op 2 september 2005 een hypotheek verkregen op het registergoed, dat een woonhuis met bijbehorende aanhorigheden betreft. De executie van het registergoed is aangekondigd, en de veilingdatum was vastgesteld op 18 maart 2019. Op 11 maart 2019 heeft de verzoekster een verzoek ingediend om de verkoop van het registergoed onderhands goed te keuren aan een koper.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek beoordeeld en vastgesteld dat het verzoek tijdig was ingediend en dat de benodigde documenten waren overgelegd. De voorzieningenrechter heeft bevestigd dat de hypotheekgever en zijnen op grond van artikel 525 lid 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) tot ontruiming kunnen worden genoodzaakt. Dit is van belang omdat de verzoekster de ontruiming van het registergoed aan de koper wil overlaten. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de koper, op basis van de goedkeuring van de koopovereenkomst, het recht heeft om ontruiming af te dwingen.
De voorzieningenrechter heeft de verkoop van het registergoed onderhands goedgekeurd en bepaald dat de hypotheekgever en degenen die zich zonder recht in de verkochte zaak bevinden, tot ontruiming kunnen worden genoodzaakt. De beschikking is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en alle andere verzoeken zijn afgewezen. Deze beschikking is openbaar uitgesproken door mr.drs. J. Blokland op 1 april 2019.