Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Procedure
Standpunt van veroordeelde
3.Standpunt van de officier van justitie
4.Beoordeling
‘er ernstige redenen bestaan voor het vermoeden dat de veroordeelde de opgelegde maatregel meerdere keren niet heeft nageleefd’. Met die overweging heeft de rechter-commissaris kennelijk het criterium van artikel 38x, eerste lid, Sr voor ogen gehad. Dat criterium geldt echter voor de bevoegdheid van de (hulp)officier van justitie om de aanhouding van de veroordeelde te bevelen. Het criterium voor de rechter-commissaris dient te zijn of genoegzaam is komen te staan dat
‘veroordeelde niet aan de maatregel heeft voldaan’(artikel 38w Sr) dat wil zeggen de maatregel niet heeft nageleefd. Als de rechter-commissaris de (gedeeltelijke) tenuitvoerlegging van de vervangende hechtenis beveelt, gaat het (anders dan bij artikel 14fa Sr (V-TUL)) ook niet om een voorlopige tenuitvoerlegging.
5.Beslissing
wijsthet hoger beroep
af.