Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
- de bekennende verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 11 juni 2019;
- een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1100-2019043989-11, gedateerd 8 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] (dossierpagina's 11 t/m 17);
- een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1100-2019043989-51, gedateerd 8 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] (dossierpagina's 103 t/m 104);
- een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1100-2016043989-58, gedateerd 9 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 4] en [verbalisant 5] (dossierpagina's 157 t/m 159);
- een proces-verbaal ‘onderzoek verdovende middelen’ met nummer PL1100-2019043989-81, gedateerd 7 juni 2019, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 6] en [verbalisant 7] (afzonderlijk document);
- een deskundigenrapport NFIDENT, zaaknummer 2019.06.118 (aanvraag 001), gedateerd 7 juni 2019, opgesteld door ing. A.G.A. Sprong, als deskundige forensisch drugsanalyse verbonden aan het Nederlands Forensisch Instituut (afzonderlijk document);
- een deskundigenrapport NFIDENT, zaaknummer 2019.06.097 (aanvraag 004), gedateerd 7 juni 2019, opgesteld door ing. A.G.A. Sprong, als deskundige forensisch drugsanalyse verbonden aan het Nederlands Forensisch Instituut (afzonderlijk document);
- een deskundigenrapport NFIDENT, zaaknummer 2019.06.097 (aanvraag 005), gedateerd 7 juni 2019, opgesteld door ing. A.G.A. Sprong, als deskundige forensisch drugsanalyse verbonden aan het Nederlands Forensisch Instituut (afzonderlijk document);
- een deskundigenrapport NFIDENT, zaaknummer 2019.06.097 (aanvraag 003), gedateerd 7 juni 2019, opgesteld door ing. A.G.A. Sprong, als deskundige forensisch drugsanalyse verbonden aan het Nederlands Forensisch Instituut (afzonderlijk document);
- een deskundigenrapport NFIDENT, zaaknummer 2019.06.097 (aanvraag 002), gedateerd 7 juni 2019, opgesteld door ing. A.G.A. Sprong, als deskundige forensisch drugsanalyse verbonden aan het Nederlands Forensisch Instituut (afzonderlijk document);
- een deskundigenrapport NFIDENT, zaaknummer 2019.06.097 (aanvraag 001), gedateerd 7 juni 2019, opgesteld door ing. A.G.A. Sprong, als deskundige forensisch drugsanalyse verbonden aan het Nederlands Forensisch Instituut (afzonderlijk document).
- de bekennende verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 11 juni 2019;
- een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1100-2019043989-11, gedateerd 8 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 1] en [verbalisant 2] (dossierpagina's 11 t/m 17);
- een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1100-2016043989-61, gedateerd 9 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 4] (dossierpagina's 155 t/m 156);
- de bekennende verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 11 juni 2019;
- een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1100-2019044169-11, gedateerd 9 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 8] en [verbalisant 9] (dossierpagina's 63 t/m 65);
- de bekennende verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 11 juni 2019;
- een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1100-2019043989-51, gedateerd 8 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] (dossierpagina's 103 t/m 104);
- een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1100-2019043989-44, gedateerd 8 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisanten [verbalisant 10] en [verbalisant 11] (dossierpagina 44);
- een proces-verbaal ‘onderzoek wapen’ met nummer PL1100-2019044504-13, gedateerd 13 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 12] (dossierpagina's 168 t/m 171);
- de bekennende verklaring van verdachte, afgelegd ter terechtzitting van 11 juni 2019;
- een proces-verbaal van binnentreden in woning met nummer PL1100-2019043989-65, gedateerd 10 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 3] (dossierpagina's 99 t/m 100);
- een proces-verbaal van bevindingen met nummer PL1100-2019044504-14, gedateerd 14 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 13] (dossierpagina's 112 t/m 113);
- een proces-verbaal ‘onderzoek wapen’ met nummer PL1100-2019044504-15, gedateerd 20 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 14] (dossierpagina's 178 t/m 180);
- een proces-verbaal ‘onderzoek wapen’ met nummer PL1100-2019044504-12, gedateerd 13 maart 2019, inhoudende het relaas van verbalisant [verbalisant 14] (dossierpagina's 184 t/m 185).
1, 2, 3, 4 en 6ten laste gelegde feiten heeft begaan, met dien verstande dat
4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
5.Strafbaarheid van verdachte
6.Motivering van de sanctie
7.Vordering tot tenuitvoerlegging
8.Toepasselijke wettelijke voorschriften
9.Beslissing
niet bewezenwat aan verdachte onder
5is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij.
bewezendat verdachte de onder
1, 2, 3, 4 en 6ten laste gelegde feiten heeft begaan zoals hiervoor onder 3.4 weergegeven.
gevangenisstrafvoor de duur van
15 (vijftien) maanden.
5 (vijf) maanden nietten uitvoer zal worden gelegd en stelt daarbij een proeftijd vast van twee jaren.
algemene voorwaardedat de veroordeelde zich voor het einde van de proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit.
bijzondere voorwaardendat veroordeelde:
gevangenisstrafvoor de duur van
1 (één) maand, opgelegd bij arrest van het Gerechtshof te Amsterdam van 11 juni 2018.
gevangenisstrafvoor de duur van
2 (twee) weken, opgelegd bij vonnis van de politierechter van 21 juni 2018.