ECLI:NL:RBNHO:2019:6844
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening
- M.P.E. Oomens
- H.R.A. Horring
- Rechtspraak.nl
Verzoek om voorlopige voorziening voor urgentieverklaring woning niet-ontvankelijk verklaard
Op 28 juni 2019 heeft verzoeker de voorzieningenrechter verzocht om een voorlopige voorziening te treffen met betrekking tot een urgentieverklaring voor een woning. Het onderzoek ter zitting vond plaats op 16 juli 2019, waarbij verzoeker, vergezeld van zijn echtgenote en kind, aanwezig was en werd bijgestaan door zijn gemachtigde, mr. J. Singh. Verweerder, het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlemmermeer, werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigden, mr. E. Willems en D. Ring.
De voorzieningenrechter heeft overwogen dat het verzoek om voorlopige voorziening niet-ontvankelijk is. Dit oordeel heeft een voorlopig karakter en bindt de rechtbank niet in een eventueel bodemgeding. Het verzoek betreft een tijdelijke toekenning van een urgentieverklaring voor een woning, gerelateerd aan de nieuwe urgentieaanvraag van verzoeker en zijn gezin van 21 mei 2019. De voorzieningenrechter constateert dat er geen bezwaar- en/of beroepsprocedure loopt, wat een voorwaarde is voor het indienen van een verzoek om voorlopige voorziening.
Verzoeker heeft meerdere keren contact gehad met Het Vierde Huis, dat verantwoordelijk is voor de afhandeling van urgentieaanvragen, en heeft op 21 mei 2019 een aanvraag ingediend. De reguliere beslistermijn voor deze aanvraag is acht weken, en er is geen bewijs van een ingebrekestelling of een beroep wegens niet tijdig beslissen. De stelling van verzoekers gemachtigde dat verweerder onverwijld had moeten beslissen, wordt door de voorzieningenrechter niet gevolgd. Het verzoek om voorlopige voorziening is daarom niet-ontvankelijk verklaard, en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.
De uitspraak is gedaan door mr. M.P.E. Oomens, voorzieningenrechter, in aanwezigheid van mr. H.R.A. Horring, griffier, en is openbaar uitgesproken op 16 juli 2019. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.