Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Procedure
- een afschrift van de beslissing tot het nemen van de crisismaatregel van 23 januari 2020;
- de medische verklaring van 23 januari 2020.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 30 januari 2020 uitspraak gedaan in een verzoek tot voortzetting van een crisismaatregel, ingediend door de officier van justitie. Het verzoekschrift was op 24 januari 2020 ingekomen, met als doel de op 23 januari 2020 opgelegde crisismaatregel te verlengen. De rechtbank heeft echter vastgesteld dat de beslistermijn, zoals voorgeschreven in artikel 7:8, derde lid, van de Wet verplichte gezondheidszorg, was overschreden. De rechtbank had uiterlijk op 27 januari 2020 moeten beslissen, maar de zaak was op 28 januari 2020 terugverwezen naar de rechtbank Midden-Nederland, wat niet in overeenstemming was met de wettelijke vereisten. Hierdoor was de crisismaatregel inmiddels verlopen en kon deze niet meer worden voortgezet.
Tijdens de mondelinge behandeling op 30 januari 2020 waren de betrokkene, zijn advocaat, en enkele zorgprofessionals aanwezig. De officier van justitie was niet ter zitting verschenen. De rechtbank heeft geconcludeerd dat, gezien de verlopen crisismaatregel, het verzoek tot voortzetting niet kon worden ingewilligd. De rechtbank heeft het verzoek dan ook afgewezen. De beschikking is openbaar uitgesproken en de schriftelijke uitwerking is vastgesteld op 6 februari 2020. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.