ECLI:NL:RBNHO:2020:10875
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens gebrek aan machtiging
In deze zaak heeft eiser, vertegenwoordigd door B. Chanhih, beroep ingesteld tegen de beslissing op bezwaar van de inspecteur van de Belastingdienst, kantoor Amsterdam, inzake de navorderingsaanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen voor het jaar 2014. De rechtbank heeft op 22 december 2020 uitspraak gedaan zonder zitting, op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De rechtbank heeft vastgesteld dat B. Chanhih bij het beroepschrift geen machtiging heeft gevoegd waaruit blijkt dat hij gemachtigd is om namens eiser beroep in te stellen. De rechtbank heeft B. Chanhih op 5 augustus 2020 verzocht om dit verzuim binnen vier weken te herstellen, maar deze brief is onbestelbaar geretourneerd. Eiser noch de gemachtigde heeft binnen de gestelde termijn een machtiging ingediend, en er is geen verontschuldiging voor dit verzuim gegeven.
Op basis van artikel 6:6 van de Awb heeft de rechtbank het beroep kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. M.C. van As, rechter, in aanwezigheid van A.C. Karels, griffier. Aangezien de uitspraak niet op een openbare zitting kon worden gedaan vanwege coronamaatregelen, zal deze alsnog openbaar worden uitgesproken zodra dat weer mogelijk is. Tegen deze uitspraak kan verzet worden ingesteld binnen zes weken na verzending.