ECLI:NL:RBNHO:2020:2947
Rechtbank Noord-Holland
- Voorlopige voorziening
- J.M. Janse van Mantgem
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening inzake uitschrijving uit de basisregistratie personen
Op 17 april 2020 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een zaak tussen een verzoekster en het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Langedijk. Verzoekster had bezwaar gemaakt tegen een besluit van 11 juli 2019, waarbij haar adres als onbekend was opgenomen in de basisregistratie personen (BRP). Dit besluit werd door verweerder gehandhaafd na een onderzoek naar de woonplaats van verzoekster, dat onder andere een buurtonderzoek en gesprekken met verzoekster omvatte. Verzoekster verzocht de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening, omdat zij stelde dat zij door de uitschrijving niet langer onder de Zorgverzekeringswet viel en daardoor onverzekerd was, en dat zij toeslagen van de Belastingdienst misliep.
De voorzieningenrechter overwoog dat voor het treffen van een voorlopige voorziening spoedeisend belang vereist is. Dit belang moet niet louter financieel van aard zijn. De voorzieningenrechter concludeerde dat verzoekster geen spoedeisend belang had aangetoond, omdat haar argumenten over financiële problemen niet voldoende onderbouwd waren. Bovendien was er geen sprake van een evident onrechtmatig besluit van verweerder, aangezien deze zijn besluit had gebaseerd op onderzoeksresultaten en verzoekster geen gronden had aangevoerd die de beslissing van verweerder in twijfel trokken.
Daarom werd het verzoek om een voorlopige voorziening afgewezen. De uitspraak werd gedaan zonder openbare zitting, in verband met de coronamaatregelen, en zal alsnog openbaar worden uitgesproken zodra dat weer mogelijk is. Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.