ECLI:NL:RBNHO:2020:3076

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
22 april 2020
Publicatiedatum
22 april 2020
Zaaknummer
C/15/287668 / HA ZA 19-291
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil tussen aannemer en opdrachtgever over oplevering en verborgen gebreken bij verbouwing van een woonhuis

In deze zaak gaat het om een geschil tussen Akerbouw B.V. (eiseres) en een opdrachtgever (gedaagde) over de oplevering van een verbouwing van een villa. De partijen hebben in juni 2017 een aannemingsovereenkomst gesloten voor de verbouwing en uitbreiding van de villa van gedaagde. Akerbouw vordert betaling van openstaande facturen, terwijl gedaagde zich beroept op gebreken in de uitvoering van het werk, waaronder problemen met het dak en het schilderwerk. De rechtbank oordeelt dat het werk op 19 november 2018 stilzwijgend is goedgekeurd, met uitzondering van twee dakkapellen waar gedaagde haar goedkeuring aan heeft onthouden. De rechtbank stelt vast dat Akerbouw aan haar verplichtingen heeft voldaan en dat gedaagde de openstaande bedragen moet betalen. De vorderingen van gedaagde in reconventie worden afgewezen, omdat niet is komen vast te staan dat Akerbouw tekort is geschoten in de nakoming van de aannemingsovereenkomst. De rechtbank wijst de vorderingen van Akerbouw toe en veroordeelt gedaagde tot betaling van de openstaande bedragen, vermeerderd met rente en proceskosten.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
Zittingsplaats Haarlem
zaaknummer / rolnummer: C/15/287668 / HA ZA 19-291
Vonnis van 22 april 2020
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
AKERBOUW B.V.,
gevestigd te Uitgeest,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
advocaat mr. F.M. Wagener te Alkmaar,
tegen
[gedaagde],
wonende te [plaats] ,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
advocaat mr. Th.F. Roest te Hoofddorp, gemeente Haarlemmermeer.
Partijen zullen hierna Akerbouw en [gedaagde] genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 31 juli 2019
  • het proces-verbaal van comparitie van 16 januari 2020,
  • de brief van de zijde van Akerbouw van 12 maart 2020.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Partijen hebben in juni 2017 een overeenkomst tot aanneming van werk gesloten, met Akerbouw als aannemer en [gedaagde] als opdrachtgever (hierna: de aannemingsovereenkomst). Deze overeenkomst strekte tot verbouwing en uitbreiding van de villa van [gedaagde] aan de [adres] in [plaats] (hierna ook: de villa). De aannemingsovereenkomst vermeldt onder meer:
De aannemer
[Akerbouw]
biedt hierbij aan het hierna omschreven werk in aangenomen werk uit te voeren onder toepasselijkheid van de U.A.V. 2012 in opdracht en voor rekening van:
de opdrachtgever,
/[ [gedaagde] ]
Omschrijving van het werk:
Het verbouwen en uitbreiden van het pand aan de [adres] te [plaats] .
Hieronder genoemd de tekeningen, technische omschrijvingen, ontwerpen en berekeningen, volgens welke het werk zal worden uitgevoerd, (…)
Tijdstip aanvang werkzaamheden: 10 juli 2017.
Oplevering: 160 werkbare werkdagen na start bouw.
(…)
Aannemingssom excl. BTW€ 1.424.378,19
BTW 21,0 %€ 299.119,42 +
Totaal: € 1.723.497,60
(…)
In de aanneemsom begrepen stelposten (…)
(…)
Afrekening van de aanneemsom zal plaats vinden conform een nader vast te stellen termijnschema.
Let op, de laatste bouwtermijn alsmede het overeengekomen meer- en minderwerk dient minimaal 5 werkdagen voor oplevering op rekening van de aannemer te zijn bijgeschreven.
(…)
Door opdrachtgever wordt als directievoerder aangewezen [architect 1] Architecten, vertegenwoordigd door de heer [architect 2] .
2.2.
De echtgenoot van [gedaagde] , [echtgenoot] (hierna: de echtgenoot van [gedaagde] ), onderhield naast [gedaagde] het contact met Akerbouw en de directievoerders, [architect 1] en [architect 2] (hierna ook aan te duiden als ‘de directievoerder’).
2.3.
Partijen zijn voor de betaling van de aanneemsom een termijnschema overeengekomen. Op grond van dit schema zou de aanneemsom in 15 termijnen worden betaald, onderverdeeld in 14 termijnen van € 121.000,00 en een laatste termijn van
€ 29.497,61. De eerste termijn zou worden voldaan in week 37 van 2017 en de laatste termijn in week 16 van 2018. [gedaagde] heeft twaalf termijnen van € 121.000,00 betaald. Van de dertiende termijn (factuurdatum 22 maart 2018) heeft [gedaagde] een bedrag van € 51.949,40 betaald. Van deze factuur heeft [gedaagde] dus een bedrag van € 69.050,60 onbetaald gelaten. De facturen van 12 april 2018 (van € 121.000) en 3 mei 2018 (van € 29.497,61) heeft [gedaagde] niet betaald. Van de oorspronkelijke aanneemsom is dus een bedrag van € 219.548,21 onbetaald gelaten. Op 5 juni 2018 heeft Akerbouw daarnaast een factuur voor meerwerk gestuurd van € 121.610,11. Ook deze factuur heeft [gedaagde] niet betaald. Inclusief deze meerwerkfactuur heeft [gedaagde] in totaal een bedrag van € 341.158,32 onbetaald gelaten.
2.4.
Paragrafen 9, 10, 12, 42 en 45 van de op de aannemingsovereenkomst van toepassing verklaarde Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2012 (hierna: de UAV) luiden – voor zover relevant – als volgt:
§ 9. Opneming en goedkeuring
1. De opneming van het werk geschiedt op schriftelijke, tot de directie gerichte aanvrage van de aannemer, waarin deze mededeelt op welke dag het werk naar zijn oordeel voltooid zal zijn. De directie kan genoegen nemen met een mondelinge mededeling, welke in het dagboek of weekrapport, bedoeld in § 27, wordt aangetekend.
2. De opneming geschiedt zo spoedig mogelijk en in de regel binnen acht dagen na de in het eerste lid bedoelde dag. De dag en het tijdstip van opneming worden aan de aannemer tijdig en zo mogelijk ten minste drie dagen tevoren schriftelijk medegedeeld. De directie kan verlangen, dat de aannemer of zijn gevolmachtigde bij de opneming tegenwoordig is.
3. Nadat het werk is opgenomen, wordt aan de aannemer binnen acht dagen schriftelijk medegedeeld, of het al dan niet is goedgekeurd, in het laatste geval met opgaaf van de gebreken, die de redenen voor de onthouding van de goedkeuring zijn. Wordt het werk goedgekeurd, dan wordt als dag van goedkeuring aangemerkt de dag waarop de desbetreffende mededeling aan de aannemer is verzonden.
4. Met toestemming van de aannemer kan, in plaats van de schriftelijke mededeling bedoeld in het vorige lid, worden volstaan met een overeenkomstige aantekening in het dagboek of weekrapport, met vermelding van de datum der aantekening. Alsdan wordt, indien het werk wordt goedgekeurd, als dag van goedkeuring aangemerkt de dag waarop de desbetreffende aantekening is geplaatst.
5. Wordt niet binnen acht dagen na de opneming een schriftelijke mededeling, of het werk al dan niet is goedgekeurd, aan de aannemer verzonden dan wel, in het geval bedoeld in het vierde lid, een overeenkomstig aantekening in het dagboek of weekrapport geplaatst, dan wordt het werk geacht op de achtste dag na de opneming te zijn goedgekeurd.
6. Geschiedt de opneming niet binnen vijftien dagen na de in het eerste lid bedoelde dag, dan kan de aannemer bij aangetekende brief een nieuwe aanvrage tot de directie richten, met verzoek het werk binnen acht dagen op te nemen. Voldoet de directie niet aan dit verzoek, dan wordt het werk geacht op de achtste dag na de verzending van die brief te zijn goedgekeurd.
7. Kleine gebreken, die gevoeglijk vóór een nog volgende betalingstermijn kunnen worden hersteld, zullen geen reden tot onthouding van goedkeuring mogen zijn, mits zij een eventuele ingebruikneming niet in de weg staan. De aannemer is gehouden de in dit lid bedoelde gebreken zo spoedig mogelijk te herstellen.
8. Met betrekking tot een heropneming na onthouding van goedkeuring vinden de bovenvermelde bepalingen overeenkomstige toepassing.
9. Bij een heropneming zullen andere gebreken dan die, welke overeenkomstig het zevende lid aan de aannemer zijn opgegeven, alleen dan reden tot hernieuwde onthouding van goedkeuring kunnen zijn, indien zij eerst na de voorafgegane opneming aan de dag zijn getreden.
§ 10. Oplevering
1. Het werk wordt als opgeleverd beschouwd, indien het overeenkomstig het bepaalde in § 9 is of geacht wordt te zijn goedgekeurd.
De dag, waarop het werk is of geacht wordt te zijn goedgekeurd, geldt als dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd. (…)
3. De opdrachtgever kan het werk, voordat dit voltooid is, of een al dan niet voltooid onderdeel daarvan, in gebruik nemen of doen nemen mits de ingebruikneming een voldoende voortgang van het werk niet in gevaar brengt. De opdrachtgever gaat hiertoe niet over dan nadat hij dit schriftelijk aan de aannemer heeft medegedeeld en hij deze heeft gehoord en een opneming, dan wel – indien het een technisch installatiewerk betreft – een beproeving en opneming als bedoeld in § 8a van het in gebruik te nemen werk of onderdeel daarvan heeft plaatsgevonden. Indien door de ingebruikneming meer wordt verlangd van de aannemer dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd, zal dit worden verrekend als meer werk. Indien door de ingebruikneming schade aan het werk ontstaat komt deze schade niet voor rekening van de aannemer. Door de in dit lid bedoelde ingebruikneming en opneming wordt het werk, dan wel dat onderdeel, niet als opgeleverd beschouwd. Voor technische installatiewerken geldt dat indien in het bestek een onderhoudstermijn als bedoeld in § 11 is voorgeschreven, door de in dit lid bedoelde ingebruikneming de onderhoudstermijn onmiddellijk ingaat na de dag van ingebruikneming.
§ 12 Aansprakelijkheid van de aannemer na de oplevering
1. Na de dag, waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in § 10, eerste of tweede lid, als opgeleverd wordt beschouwd, is de aannemer niet meer aansprakelijk voor tekortkomingen aan het werk.
2. Het in het eerste lid bepaalde lijdt uitzondering indien sprake is van een gebrek:
(a) dat toe te rekenen is aan de aannemer en
(b) dat bovendien ondanks nauwlettend toezicht tijdens de uitvoering dan wel bij de opneming van het werk als bedoeld in § 9, tweede lid, door de directie redelijkerwijs niet onderkend had kunnen worden en waarvan
(c) de aannemer binnen een redelijke termijn na de ontdekking mededeling is gedaan.
(…)
§ 42 Kortingen
1. De opdrachtgever kan wegens te late oplevering van het werk aan de aannemer kortingen op de aannemingssom opleggen. Voor de toepassing van deze paragraaf wordt als dag van oplevering aangemerkt de dag, welke door de aannemer overeenkomstig het bepaalde in § 9, eerste lid, of, ingeval van heropneming na onthouding van goedkeuring, overeenkomstig het bepaalde in § 9, achtste lid, is opgegeven, mits het werk vervolgens is of geacht wordt te zijn goedgekeurd.
2. Het bedrag der kortingen wordt in het bestek bepaald. Bij gebreke van zodanige bepaling bedraagt het € 60 per dag.
3. Geen korting wordt opgelegd voor na de opleveringstermijn verstreken dagen die geen werkdag zijn. Evenmin wordt korting opgelegd voor de zowel binnen als na bedoelde termijn gevallen dagen, dat de oplevering door overmacht is vertraagd, voor zover daarmede bij een verleende termijnverlenging geen rekening is gehouden. Vertraging in de voortgang van het werk door bedrijfsstoornissen en — indien de opleveringstermijn niet is bepaald in werkbare werkdagen — door onwerkbare dagen, wordt daarbij slechts als overmacht aangemerkt, voor zover die vertraging van ongewone duur is geweest.
4. Geen korting wordt opgelegd wegens overschrijding van een termijn, indien en voor zover deze overschrijding het gevolg is van overschrijding van een eerder geëindigde termijn, waarvoor reeds korting is opgelegd, mits de bedoelde termijnen met elkaar in verband staan.
5. Kortingen worden verbeurd enkel ten gevolge van het verschijnen van de bepaalde dag, zonder dat deswege een ingebrekestelling nodig is om daarvan te doen blijken.
6. Kortingen en andere bedragen, die ingevolge de overeenkomst door de aannemer verschuldigd zijn, worden bij de eerstvolgende betalingstermijn en zo nodig bij volgende termijnen van betaling ingehouden of op andere wijze op de aannemer verhaald.
§ 45 In gebreke blijven, onvermogen of overlijden van de opdrachtgever
1. Indien de opdrachtgever de in gevolge de overeenkomst verschuldigde betalingen niet tijdig verricht en de vertraging niet het gevolg is van een omstandigheid waarvoor de aannemer verantwoordelijk is, heeft deze aanspraak op vergoeding van rente tegen het wettelijk percentage met ingang van de dag, waarop de betaling uiterlijk had moeten geschieden. De rentevordering van de aannemer zal nimmer omvatten rente van rente.
2. Indien na verloop van twee weken sedert de dag waarop de betaling uiterlijk had moeten geschieden, deze nog niet heeft plaats gevonden en een nadien door de aannemer verzonden schriftelijke aanmaning na verloop van veertien dagen evenmin tot betaling heeft geleid, wordt het in het voorgaande lid bepaalde percentage na het verstrijken van die veertien dagen met 2 verhoogd, en is de aannemer bevoegd, mits hij zulks in de aanmaning heeft vermeld, hetzij de uitvoering van het werk te schorsen tot de opdrachtgever het door hem verschuldigde heeft betaald, hetzij het werk in onvoltooide staat te beëindigen. Met betrekking tot de schorsing respectievelijk de beëindiging in onvoltooide staat is het bepaalde in § 14 van overeenkomstige toepassing.
(…)
2.5.
De bouwwerkzaamheden zijn begonnen op 10 juli 2017. Inclusief de extra dagen in verband met meerwerk bedroeg de totale contractuele bouwtijd 190 werkbare werkdagen.
2.6.
Tijdens de bouwvergadering van 16 oktober 2017 heeft de echtgenoot van [gedaagde] Akerbouw gevraagd een offerte voor het uitvoeren van het binnen- en buitenschilderwerk uit te brengen. Hierop heeft Akerbouw [gedaagde] verzocht om een schilderbestek. Dit heeft de directievoerder op 14 december 2017 aangeleverd.
2.7.
Bij e-mail van 25 januari 2018 heeft Akerbouw de directievoerder het volgende bericht:
Hierbij de prijsopgave M35 met de offerte, specificatie en technisch schilder advies van [de schilder] .
Extra bouwtijd voor het schilderwerk is 4 weken.
Een voordeel van onze prijsopgave is dat [de schilder] kan starten nog tijdens onze uitvoering terwijl de andere schilder pas na oplevering kan starten.
Akerbouw heeft het schilderwerk geoffreerd voor € 97.055,20 (exclusief BTW). Het bij deze e-mail gevoegde verftechnisch advies is van Plug Verfgroothandel / Sigma Coatings (hierna: Plug/Sigma) en is gedateerd 19 januari 2018 (hierna: het Plug/Sigma advies).
Bij e-mail van 12 maart 2018 heeft de directievoerder aan [gedaagde] bevestigd dat het schilderwerk op 28 februari 2018 in opdracht is gegeven. In de laatste week van maart 2018 is [de schilder] Totaalonderhoud (hierna: [de schilder] ) met de schilderwerkzaamheden gestart. Op 4 april 2018, 19 juli 2018 en 26 oktober 2018 heeft Plug/Sigma de schilderwerkzaamheden beoordeeld.
Bij e-mail van 9 april 2018 heeft Akerbouw de directievoerder onder meer het volgende bericht:
Ik heb een vraag namens de schildersbedrijf (…)
Zij hebben een enorme behoefte aan duidelijkheid in de vorm van een definitieve kleurenlijst. Zonder definitieve kleurenlijst kunnen zij niet voldoende doorgaan.
Kunnen jullie de definitieve kleurenlijst (zowel binnen- als buitenschilderwerk) z.s.m., doch uiterlijk a.s. woensdag, aanleveren?
Op 20 april 2018 worden de kleurkeuzes voor het binnenschilderwerk aangeleverd. Deze keuzes zijn in de periode tot 26 juni 2018 nog 15 keer gewijzigd.
Op 12 en 21 juni 2018 heeft Akerbouw de directievoerder verzocht een definitieve opgave te doen van de kleuren voor het buitenschilderwerk. Nadat Akerbouw op 3 juli 2018 nog geen definitieve kleurkeuze had ontvangen, heeft zij de directievoerder bericht dat [de schilder] schilders van het werk af zal gaan halen omdat zij hierdoor niet voldoende voort kunnen met hun werkzaamheden. Op 16 juli 2018 zijn de kleurkeuzes voor het buitenschilderwerk aangeleverd, met uitzondering van de garagedeuren.
2.8.
In het verslag van de bouwvergadering van 2 oktober 2017 staat onder meer:
Uitgangspunt is dat het dak afgewerkt wordt als bestaand.
In het verslag van de bouwvergadering van 5 februari 2018 staat onder meer:
Leien: de hoekkeper pannen zijn niet vlak ingewerkt.
2.9.
Bij e-mail van 28 maart 2018 heeft de echtgenoot van [gedaagde] de directievoerder bericht dat de bouw naar zijn mening op een aantal punten substantieel tekortschiet. In deze e-mail schijft hij onder andere:
Het leien dak is niet op de juiste wijze gelegd wat niet alleen lelijk is maar ook tot lek en vochtprobleem zal leiden (ik baseer mij hierbij op advies van de door mij naar het werk gehaalde leien expert, Dhr [leien expert] ):
(…)
Ik vind bovenstaande issues echt niet acceptabel, vooral omdat ze allemaal van structurele aard zijn, en verwacht dan ook dat alle punten volledig worden geadresseerd door de aannemer voor de overdracht. (…)
2.10.
In opdracht van de echtgenoot van [gedaagde] heeft Allround Dakexpert een inspectie aan het dak van de villa uitgevoerd. In het naar aanleiding van die inspectie opgestelde rapport van 29 maart 2018 schrijft Allround Dakexpert dat bij het leggen van de leipannen niet is gehandeld conform de richtlijnen van Terreal (de leverancier van de leien dakpannen) en de SKG-IKOB ontwerp- en uitvoeringsrichtlijnen voor dakbedekkingsconstructies met keramische en betonnen leipannen (hierna ook: de SKG-IKOB richtlijnen). De directievoerder heeft dit rapport begin april 2018 naar Akerbouw gezonden. Bij e-mail van 3 april 2018 bericht de directievoerder Akerbouw onder meer:
Het voorstel is om snel bij elkaar te komen om deze problematiek in goede banen te leiden en tegelijkertijd uit te kijken naar een specialist die wel in staat is dit goed, mooi en degelijk te maken. Mijn inschatting is dat we voor het dak de planning los moeten laten en zoeken naar een degelijke oplossing die dan maar wat langer gaat duren. Uiteraard spreek ik nadrukkelijk ook namens de opdrachtgever in deze.
2.11.
Naar aanleiding van de inspectie van het dak door Allround Dakexpert heeft op 13 april 2018 een overleg plaatsgevonden tussen Akerbouw, de echtgenoot van [gedaagde] en de directievoerder. Bij e-mail van 20 april 2018 bericht Akerbouw de echtgenoot van [gedaagde] en de directievoerder onder meer als volgt:
Naar aanleiding van ons overleg van vorige week vrijdag, hebben wij het plan voor het herstel van het leipannendak verder uitgewerkt.
Hierbij stuur ik jullie een update.
Aanpak
Bijgevoegd treffen jullie:
1. Overzicht gebreken conform rapportage Allround Dakexpert;
2. Uitvoeringschecklist;
3. Kapoverzicht;
Het overzicht zoals genoemd onder 1, is het overzicht dat we vorige week hebben besproken, hier kunnen jullie per punt de conclusie nalezen.
Tevens staat hierin aangegeven, in welke paragraaf van de URL van SKG-IKOB een eventuele norm kan worden teruggevonden.
De actiepunten die hieruit volgen om de gebreken te verhelpen zijn vertaald in een uitvoeringschecklist (2).
In deze checklist wordt verwezen naar genummerde dakvlakken, deze nummering correspondeert met het meegezonden kapoverzicht (3).
(…)
Woensdag hebben wij contact gehad met Allround Dakexpert.
Wij hebben hen de vraag voorgelegd of zij Akerbouw en Alma [het door Akerbouw ingeschakelde dakdekkersbedrijf, rechtbank] willen bijstaan in raad en daad, (…)
Zij hebben (…) aangegeven hier geen interesse in te hebben, tenzij we de werkzaamheden als geheel aan hen uitbesteden, zonder betrokkenheid van Alma.
(…)
Wegens contractuele verplichtingen over en weer tussen Alma en Akerbouw, kunnen wij hier helaas niet in meegaan.
[voornaam] [ [achternaam] , van Akerbouw, rechtbank] is momenteel in gesprek met een ander leidekkersbedrijf om Alma bij te staan ter verhoging van de expertise.
2.12.
Bij e-mail van 23 april 2018 berichten de echtgenoot van [gedaagde] en de directievoerder Akerbouw als volgt:
Op veel punten kunnen wij ons in jou voorstel vinden en het lijkt ons ook een goed plan om voor aanvang van het werk met de ervaringsdeskundige een meeting te plannen om alles door te nemen.
Echter, een aantal dingen zijn ons nog niet helemaal duidelijk of vinden wij onvoldoende geadresseerd:
1. Zoals besproken wordt door meerdere experts aangeraden om over het gehele dak damp-open folie toe te passen. Graag horen we hoe je dit wil realiseren.
2. Het lijkt ons absoluut noodzakelijk dat het herstel wordt uitgevoerd door of onder leiding van ervaren leidekkers. Graag horen we wie deze rol gaat vervullen.
3. Zoals je zelf ook aangeeft liggen huidige leilatten op een aantal plaatsen niet horizontaal en/of niet parallel. Het lijkt ons niet mogelijk om dit per dakvlak aan te passen en horen daarom graag hoe je voorstelt dit aan te pakken.
4. Je schrijft in je checklist: Controle of overal onderpannen zijn toegepast (nog keuze in maken). Welke keuze bedoel je hier precies?
5. We hebben tijdens de vergadering ook over het overstek van de geveleinden (schuine boeidelen) besproken die nu ongelijk en op verschillende plaatsen zeer klein is. Graag als extra punt in de lijst opnemen dat ook deze overstekken overal 6 cm zullen worden.
6. Aangezien het herstel van het dak waarschijnlijk niet voor de verhuizing afgerond zal zijn stellen wij voor het dak later op te leveren dan de rest van het huis.
2.13.
Bij e-mail van 26 april 2018 heeft Akerbouw de echtgenoot van [gedaagde] en de directievoerder een puntsgewijze reactie gegeven op hun e-mail van 23 april 2018, waarin onder meer staat:
1. Het aanbrengen van folie was geen onderdeel van de uitvraag en aanbieding, daarom is dit niet aangebracht.
Als jullie dit nu wel willen laten aanbrengen is dat en nieuw uitgangspunt.
Wij hebben ook een aantal experts benaderd, zij achten de toepassing van folie niet noodzakelijk.
Dit is ook in lijn met de opvatting van [architect 1] [directievoerder, rechtbank] en mij tijdens de bespreking van 13 april 2018.
Daarnaast praktisch benaderd: er is inmiddels een winter- en voorjaarsseizoen gepasseerd, waaruit blijkt dat de aangebrachte constructie voldoet.
2. De uitvoeringsrichtlijn biedt voor de dakkapellen en de toren onvoldoende houvast om op basis hiervan de juiste keuzes te maken tijdens de uitvoering.
We zijn het met elkaar eens dat we hier input van een ervaringsdeskundige nodig hebben. Gisteren ben ik samen met [voornaam] [van Akerbouw, rechtbank] naar Schaijk geweest, voor een kennismakingsgesprek met Hegeraat leidekkersbedrijf.
[eigenaar leidekkersbedrijf] , de eigenaar van het bedrijf, is vorige week op het werk geweest om het dak te schouwen.
Wij vonden tijdens het kennismakingsgesprek de bevestiging dat Hegeraat leidekkersbedrijf de rol van ervaringsdeskundige goed kan invullen.
[eigenaar leidekkersbedrijf] zal volgende week vrijdag 04 mei om 10.00 aanwezig zijn tijdens de bespreking over de leipannen.
3. Wij hebben dit zelf niet waargenomen, dit punt heb ik overgenomen omdat jullie dit ter tafel brachten.
Wij stellen voor dat jullie bij aanvang aangeven op welke positie dit aan de hand is en wij hier een passende oplossing voor trachten te zoeken;
4. Wij moeten intern de keuze maken of we de dakvoet uitgaan voeren met een korte onderpan of zonder een korte onderpan.
De uitvoeringsrichtlijn biedt voor beide de mogelijkheid, echter moet deze keuze wel consequent worden doorgezet.
Mijn indruk is dat dit nu wisselend is toegepast.
5. Deze heb ik inderdaad niet in de checklist staan, ik heb deze toegevoegd (zie bijlage de nieuwe checklist);
6. Wij gaan niet voor een deel-oplevering, maar voor een hele oplevering.
2.14.
Het onder 2.11 genoemde plan van aanpak van Akerbouw is op 4 mei 2018 definitief gemaakt en houdt in dat elk dakvak aan de hand van een checklist wordt gekeurd op basis van de eisen en richtlijnen van SGK-IKOB en de voorschriften van Terreal. Na uitvoering van dit plan van aanpak, vanaf half mei 2018 tot eind september 2018 (met onderbreking van de bouwvak), is het de bedoeling dat een aantal dakvakken geheel of gedeeltelijk zijn afgehaald en opnieuw gelegd.
2.15.
Bij e-mail van 6 mei 2018 aan Akerbouw en de directievoerder schrijft de echtgenoot van [gedaagde] onder meer:
Dank voor een zware maar constructieve meeting afgelopen vrijdag. [voornaam] [ [achternaam] , van Akerbouw, rechtbank] heeft al een mail gestuurd over het dak meer ik wilde ook een aantal andere punten vastleggen.(…)
1. Leipannen dak: Alle punten genoemd in het rapport van Allround Dakexpert zullen worden verholpen door Alma onder leiding van [eigenaar leidekkersbedrijf] . Inspecties worden georganiseerd om opzetjes van hoekkepers en dakkapellen te laten keuren door architect en opdrachtgever. Daarnaast zal [voornaam] voor de oplevering een inspectie door Terreal organiseren om vast te stellen of zij het werk goedkeuren en hun 30 jarige garantie op de pannen afgeven. (…)
2. Dakkapel boven veranda (…)
3. Uitbouw boven keuken: [architect 1] zal verder zoeken naar oorzaken. [echtgenoot] heeft aangegeven de interne ongelijkheden maar te accepteren omdat hij de verhuizing niet verder uit kan stellen . Echter, partijen zullen oplossingen bespreken voor het wegwerken van de (optisch) ongelijke dakhoek tussen dak uitbouw en dak sport&spel
4. Perklijst woonkamer (…)
5. Roedeverdeling van hoge binnendeuren keuken (…)
6. Kozijn van dubbele deur tussen hal en woonkamer (…)
7. Radiatorkoof hal (…)
8. Lambrisering in het kleine halletje links van de deur naar de keuken (…)
9. Kozijn van overloop naar waskamer (…)
Bij deze nieuwe versie issues lijst per vandaag (…)
2.16.
Bij e-mail van 7 mei 2018 reageert Akerbouw op de onder 2.15 opgenomen e-mail. Akerbouw schrijft daarin onder meer:
Hieronder inzake twee punten een reactie:
Bij punt 3 kan ik mij herinneren dat we het over het aanpassen van het balkon hek hebben gehad, we hebben het echter niet over het aanpassen van de kaphoek gesproken. (...)
Jouw conclusie was vrijdag dat je het zou accepteren zoals het nu is gemaakt, en dat dit “waarschijnlijk ook de charme van een bestaande woning is”.
Praktisch gezien kan dit ook niet (…)
Ik ga er vanuit dat we jouw conclusie van afgelopen vrijdag handhaven, omdat het een consequentie is die voortvloeit uit de bestaande woning.
2.17.
Bij e-mail van eveneens 7 mei 218 reageert de echtgenoot van [gedaagde] onder meer als volgt:
Ik heb nooit gezegd dat ik een afwijkende dakhoek zou accepteren. (…)
Wat betreft het dak wil ik duidelijk zijn: ik wil je de kans geven om alle issues te herstellen die zijn voortgevloeid uit jullie keuze voor een totaal ondergekwalificeerde dakdekker. Echter ik was zeker niet onder de indruk van de “expert” die jullie nu hebben aangedragen en betwijfel ten zeerste of deze man wel de juiste ervaring en kwalificaties heeft om het dak op de juiste manier te leggen. (…) En het moge duidelijk zijn dat als deze man het ook niet goed blijkt te kunnen ik het dak uit de opdracht zal moeten halen.
De verhuisdatum is al maanden geleden (…) vastgesteld op 28 Mei. (…) Ik ga er dan ook van uit dat de afgesproken datum blijft staan.
2.18.
Bij e-mail van 9 mei 2018 reageert Akerbouw als volgt:
Kijkend naar het aantal werkbare werkdagen, stellen wij vast dat wij momenteel nog voldoende dagen hebben om de werkzaamheden goed en deugdelijk af te maken en als een compleet product op te leveren. (…)
Om de reeds geplande verhuizing vanaf 29 mei toch door te laten gaan, zullen wij ons inspannen om de oplevering op 28 mei alsnog plaats te laten vinden, onder de volgende voorwaarden:
- Geen openstaande discussies meer over uitvoeringsgerelateerde issues.
Deze moeten uiterlijk 18 mei zijn gevoerd en beslecht;
- Uiterlijk 14 mei goedkeuring voor de esthetiek van de hoekkepervorsten;
- Uiterlijk 18 mei goedkeuring voor de esthetiek van de leipannen op de dakkapellen;
Hier zal volgende week een proef van worden opgezet, ter beoordeling en goedkeuring van opdrachtgever en directievoerder.
Na goedkeuring zal de rest van de dakkapellen volgens dit model worden uitgevoerd.
- Uiterlijk 18 mei consensus over en ondertekening van nog niet geaccordeerde meer- en minderwerken en stelposten;
- Resterende werkzaamheden aan het leiendak worden als opleverpunten genoteerd;
- Acceptatie van de oplevering op 28 mei, middels een tweezijdig ondertekende opleverlijst.
2.19.
Bij e-mail van 13 mei 2018 schrijft de echtgenoot van [gedaagde] dat hij op 28 mei 2018 in ieder geval een oplevering van al het binnenwerk zou willen realiseren.
2.20.
Bij e-mail van 14 mei 2018 aan Akerbouw spreekt de directievoerder over een oplevering op 28 mei 2018 en somt hij een aantal aandachtspunten in het werk op.
2.21.
Bij e-mail van 15 mei 2018 aan de echtgenoot van [gedaagde] geeft Akerbouw een statusupdate van de voorwaarden genoemd in zijn e-mail van 9 mei 2018 (2.18). Hierin schrijft Akerbouw onder meer:
De uitvoeringsgerelateerde issues van de issuelijst van 06 mei j.l. zijn volgens ons afgehandeld. Er is 1 punt waaruit bleek dat we een interpretatieverschil hadden, betreffende de dakhoek van de uitbouw boven de keuken.
Vanuit dit oogpunt hebben wij de stukken nogmaals nagezien: Beredeneerd vanuit de ontwerptekeningen en vanuit de maatvoering van de bestaande woning hebben wij gemaakt wat ons gevraagd is.
Mocht er vanuit de architect andere uitvoering worden bedacht, zijn wij bereid om hierin mee te denken.
(…)
Gister is het proefstuk van de hoekkepervorsten afgekeurd.
Vandaag is in overleg met Hegeraat Leidekkers gepoogd om het resultaat van gister te optimaliseren (zie bijgaande foto’s).
De conclusie uit deze poging is dat, het resultaat van gisteren het meest optimale resultaat is dat we uit dit voorgeschreven product kunnen halen.
Blijkbaar past, zoals we reeds eerder concludeerden, dit hoekstuk niet op deze dakhelling binnen het geambieerde beeld.
Akerbouw heeft zijn uiterste best gedaan, we vernemen graag hoe nu verder?
(…)
Vandaag zijn de leilatten van 1 dakkapel aangebracht, in samenspraak met Hegeraat Leidekkers.
[voornaam] en [voornaam] [van Akerbouw, rechtbank] verzoeken [architect 1] [directievoerder, rechtbank] om dit morgen te keuren.
2.22.
Bij e-mail aan Akerbouw van 16 mei 2018 schrijft de echtgenoot van [gedaagde] onder meer:
Nu we hebben afgesproken om op 28 Mei een gedeeltelijke oplevering te realiseren zodat wij op 31 Mei kunnen verhuizen is het van belang te bepalen wat er wel en niet opgeleverd zal worden op de 28e. Ik heb hieronder een lijstje gemaakt van dingen die hoogstwaarschijnlijk nog niet klaar zullen zijn. Ik ben er bij het opstellen van de lijst van uitgegaan dat binnen alles klaar zal zijn (…) maar dat er vooral buiten nog een aantal openstaande werken zullen zijn (…)
Wat betreft het dak zie ik het anders dan jij: Uit het feit dat de onderste helft van de hoekkepers goed was gelegd concludeer ik dat het dus wel degelijk mogelijk is en dat de rest van de hoekkepers op dezelfde wijze gelegd moeten worden als het onderste stuk van het voorbeeld. (…) De foto met de gebogen latten op de dakkapel ziet er veelbelovend uit. Ik zie graag zo snel mogelijk een aantal foto’s met leien erop.
2.23.
Bij e-mail van gelijke datum heeft Akerbouw de echtgenoot van [gedaagde] onder meer het volgende bericht:
In onderstaande e-mail lees ik dat jij er vanuit gaat dat we een gedeeltelijke oplevering doen.
Dat is niet het geval, we leveren alles op, waarbij alle punten die nog niet gereed zijn als opleverpunt worden genoteerd.
Dit is (…) de enige manier om geen open eindjes over te houden.
(...)
Niet alle werkzaamheden binnen, die wij op dit moment in opdracht hebben, zullen gereed zijn op 28 Mei (…)
Inzake de hoekkepervorsten hebben wij ons beste beentje voor gezet om, in inmiddels 5 aanpassingsrondes, van een voorgeschreven niet-passend product, een op maat gesneden versie te maken om aan het geambieerde beeld tegemoet te komen. (…)
Jouw voorstel betekent dat er tweemaal zoveel vorsten moet worden aangeschaft dan nodig zijn op de woning, waarvan de helft na sortering weer wordt weggegooid (…).
Als hier op basis van regie opdracht voor wordt verstrekt, zullen wij de bestelling plaatsen en de werkzaamheden inplannen.
Aandachtspunt is wel dat hier een onbekend aantal hoekkepervorsten voor nodig zijn, en een onbekend aantal uur aan gespendeerd moet worden. (…)
Samengevat concludeer ik helaas dat onze poging van afgelopen week en oplevering op 28 Mei mogelijk te maken, geen draagvlak krijgt, omdat er nog steeds over een gedeeltelijke oplevering wordt gesproken, de op 09 mei verwoordde voorwaarden niet worden ingevuld, we elkaar op veel punten nog niet hebben gevonden en wellicht zelfs langs elkaar heen communiceren.
Tevens is de woning nog niet opleveringsgereed, door zaken die nog moeten worden uitgetekend, waar nog opdracht voor moet worden verstrekt en/ of nog moeten worden uitgevoerd. (…)
Mijn conclusie is, dat er 28 mei geen oplevering zal plaatsvinden en dus dat de geplande verhuizing geen doorgang kan vinden.
2.24.
Bij e-mail van 18 mei 2018 schrijft Akerbouw onder meer het volgende aan de directievoerder:
Hierbij even een korte samenvatting van ons gesprek van zo-even (…)
- De reguliere termijnen worden betaald voor oplevering;
- Hoewel de hoekkepervorst een voorgeschreven product zijn, zie je de hoekkepervorsten als bottleneck voor de goedkeuring van het dak, dit levert een vicieuze cirkel op: Opdrachtgever keurt hoekkepervorsten niet goed  Betaald niet al het geld  Aannemer levert werk niet op omdat het geld niet is ontvangen.

Om deze cirkel te doorbreken ga ik nog een keer alle contacten die wij hebben aanspreken om te onderzoeken of we hoekkepervorsten op maat kunnen laten maken.
Als dit kan, verwacht jij dat de opdrachtgever bereid is om de meerkosten hiervoor te betalen (…)
2.25.
Bij e-mail van 7 juni 2018 heeft de echtgenoot van [gedaagde] , mede namens [gedaagde] , Akerbouw onder meer het volgende bericht:
Zoals je weet, waren wij van plan om eind mei te verhuizen. (…) Helaas is dat niet gelukt. (…)
Om alsnog spoedig een verhuizing te organiseren die aan de voortgang van de bouw niet in de weg staat beroep ik mij op de mogelijkheid die is opgenomen in paragraaf 10 lid 3 UAV 2012. Daaruit blijkt dat de opdrachtgever het werk (al dan niet gedeeltelijk) in gebruik kan nemen, mits die ingebruikneming een voldoende voortgang van het werk niet in gevaar brengt. Mijns inziens is daarvan sprake als wij het bestaande deel van het huis (…) op 20 juni a.s. betrekken. (…) Onderdeel van deze procedure is een opneming van het in gebruik te nemen bestaande deel van het huis.(…)
Onder inhouding van een bedrag van € 219.548,39 in verband met het dak (overeenkomstig jullie begroting) heb ik op dit moment een bedrag ter hoogte van € 51.949,21 nog niet overgemaakt. Zodra je aan mij hebt bevestigd op welke datum voor 20 juni a.s. de opneming van het bestaande huis kan plaatsvinden, zal ik je per omgaande dit bedrag overmaken. De nog overeen te komen kosten voor het meer-en minderwerk zal ik dan binnen drie dagen na de verhuizing ook aan je overmaken. (…) Bij uitblijven van deze bevestiging houd ik Akerbouw aansprakelijk voor door ons geleden en te lijden schade (…)
2.26.
Bij e-mail van 15 juni 2018 reageert Akerbouw als volgt op voornoemde e-mail van de echtgenoot van [gedaagde] :
Zoals we afspraken gaan we dinsdag 19 juni om 8 uur een opname maken (…)
Inmiddels hebben we veel tijd gestoken in het zoeken naar een oplossing voor het bruikbaar maken (niet geschikt zijn voor deze dakhelling) van de hoekkeper leipannen.
Gelukkig is dat gelukt en is het goed te horen dat je er ook content mee bent.
Volgende week gaan we verder met het zoeken naar de door jou gewenste uitvoering van de
dakkapel leibedekking. Hierbij geldt jouw doorgestuurde foto als uitgangspunt.
Als we er uit denken te zijn geven we je een seintje om mee te kijken en ook dit goed te keuren.
2.27.
Op 19 juni 2018 vindt een opneming plaats van het bestaande deel van het huis. Op 20 juni 2018 betrekt [gedaagde] de villa met haar gezin.
2.28.
Bij e-mail van 3 juli 2018 bericht de echtgenoot van [gedaagde] Akerbouw onder meer als volgt:
(…) heb ik eindelijk de tijd gevonden om jouw e-mails van 15 en 25 juni te beantwoorden.
De hoekkepers die nieuw gelegd zijn zien er inderdaad beter uit dan voorheen, en ik hoop daarom dat ze ook aan alle technische eisen voldoen. Wat betreft de dakkapellen heb ik nog geen nieuw voorbeeld gezien.(…) Voor de manier van leggen wil ik zoals eerder gezegd zo dicht mogelijk het beeld benaderen van de kapellen die er oorspronkelijk op lagen. Wat ik me nog wel afvraag is hoe je de andere, meer technische issues m.b.t. het dak (ventilatie etc.) die we hebben besproken wil adresseren.(…)
Het totale bedrag voor meer- en minderwerk wil ik inderdaad zo snel mogelijk overeenkomen zodat ik het naar je kan overmaken. Ik zou dan ook graag de laatste opstelling (…) ontvangen want ik ben eerlijk gezegd een beetje de draad kwijt geraakt m.b.t. welke items jullie nu wel of niet zouden gaan uitvoeren.
Zoals je waarschijnlijk wel weet is er in de afgelopen weken een discussie ontstaan over de gebrekkige kwaliteit van het schilderwerk. (…) het huidige schilderewerk ver beneden het peil is dat verwacht mag worden. Hiervoor hoor ik graag van je hoe je voorstelt dit te adresseren.
2.29.
Op 6 juli 2018 vindt er een overleg plaats over het schilderwerk met [gedaagde] , de directievoerder en Akerbouw. Afgesproken wordt in twee ruimtes alle geconstateerde onvolkomenheden op te lossen en deze als referentieruimtes te gebruiken. Op 16 juli 2018 beoordelen [gedaagde] , de directievoerder en [de schilder] de referentieruimtes. Op 19 juli 2018 vindt in het bijzijn van [gedaagde] , de directievoerder, Akerbouw, [de schilder] en Plug/Sigma een beoordeling plaats van de aanpassingen in de referentieruimtes.
2.30.
Bij e-mail van 30 augustus 2018 bericht Akerbouw de echtgenoot van [gedaagde] , met cc aan de directievoerder en [gedaagde] , onder meer:
Jullie hadden (…) contact gehad over de opleverdatum zag ik.
Wij stellen voor om deze vast te leggen op 27 september, past dit voor jullie?
Bij e-mail van 3 september 2018 antwoordt de echtgenoot van [gedaagde] op deze e-mail en schrijft hij onder meer:
Wij willen natuurlijk de verbouwing ook graag zo snel mogelijk afronden en het zou erg fijn zijn als we eind september kunnen opleveren. Echter, op donderdag 27 september ben ik de hele dag niet thuis. Zou het ook op vrijdag de 28e kunnen?
2.31.
Bij e-mail van 11 september 2018 schrijft de echtgenoot van [gedaagde] Akerbouw onder meer:
Bij deze is dus afgesproken om op 28 september samen het werk te bekijken. (…) er is wat ons betreft geen sprake geweest van een deeloplevering.
(…)
Om de kans zo groot mogelijk te maken dat we op 28 September tot een succesvolle oplevering van het gehele werk kunnen komen heb ik hieronder een aantal zaken op een rijtje gezet die nog moeten gebeuren. Het lijkt een lange lijst maar gelukkig staan er naast een aantal grote dingen ook een heleboel kleine issues op. (…)
- Schilderwerk binnen en buiten conform overeengekomen kwaliteitsstandaarden
- Dakkapellen rondom qua stijl en kwaliteit zoals de kapel aan de kant van de tennisbaan.
(…)
- Bij het slaan van paaltjes om de buitendeuren te beschermen (…) is er een leiding (…) geraakt waardoor de kelder is volgelopen met water. Als gevolg hiervan is de zwembadpomp beschadigd en moet worden vervangen. Ik ga ervan uit dat Akerbouw dit zal vergoeden.
- Nu de rijplaten weg zijn blijkt dat er nog erg veel puin tussen het zand is blijven liggen. Ik ga ervan uit dat jullie ervoor zorgen dat al het puin van het erf wordt verwijderd.
2.32.
Op 18 september 2018 heeft Akerbouw een interne kwaliteitscontrole op het schilderwerk uitgevoerd.
2.33.
Bij e-mail van 25 september 2018 schrijft Akerbouw onder meer het volgende aan de echtgenoot van [gedaagde] :
Van [architect 2] [directievoerder, rechtbank] begrijpen wij dat jullie de oplevering willen opschuiven naar 9 oktober om 9 uur i.v.m. het plaatsen van de dakkap van 5 oktober en het opstarten van de CV-installatie na de montage.
Dit is op zich geen probleem ware het niet dat de steiger huur doorloopt.
Graag willen wij de oplevering van het dak en de gevels t/m de 1e steiger laag wel vrijdag om 8 uur door laten gaan (…)
2.34.
Bij e-mail van 25 september 2018 antwoordt de echtgenoot van [gedaagde] als volgt:
[architect 2] heeft inderdaad voorgesteld om eea uit te stellen tot na het moment dat we weten of de verwarmingsinstallaties werken. Dit leek mij een goed idee, ook om de schilders wat meer tijd te geven om alles naar behoren af te maken.
Echter, alles in twee keer doen is natuurlijk niet erg efficiënt (….) Kan ik vragen wat een extra week steigerhuur kost? Zou het niet efficiënter zijn om toch alles op de negende te doen? (…)
Bij e-mail van 27 september 2018 schrijft de directievoerder aan de echtgenoot van [gedaagde] :
Hierbij het onderstaande voorstel:
-
Dinsdag 2 oktober 2018, 8.00 uur opname buitenzijde, opmerkingen kunnen dezelfde week nog bijgewerkt worden
- Dinsdag 9 oktober 8.00 uur oplevering
2.35.
Op 2 oktober 2018 vindt een inspectie plaats van het dak en de gevels vanaf de steigers, waarbij aanwezig zijn Akerbouw, de echtgenoot van [gedaagde] , de directievoerder en de heer [bouwconsultant] van [bouwconsultant] Bouwconsulting. Bij e-mail van dezelfde datum met cc aan de directievoerder schrijft Akerbouw onder meer het volgende aan de echtgenoot van [gedaagde] :
Hierbij het overzicht van de opmerkingen tijdens de opname van vandaag van het dak en de gevel vanaf de steiger.
1. Epdm wat in het zicht zit afknippen bij de dakkapellen.
2. Lood in linker hoek van de napoleon kap aanbrengen.
3. Erker aan tuinzijde schilderen na demontage van steiger.
4. Naad van betimmering van linker hoek van het dakkapel aan de tuinzijde beter afwerken.
5. Verfspetters van leipannen verwijderen en verf druipers verwijderen.
6. Goten schoonmaken.
7. Loodslabbe t.p.v. sport en spel netter afwerken.
8. Losse leipannen van de dakkapellen met kit vest zetten.
9. Verdiepte gedeeltes van de liggende onderdelen vullen en overschilderen.
Het leipannen dak wordt morgen door [architect 1] [directievoerder, rechtbank] nog bekeken.
Als ik onderdelen heb gemist hoor ik dat graag.
In aanvulling op deze e-mail schrijft de directievoerder bij e-mail van eveneens 2 oktober 2018 aan Akerbouw en de echtgenoot van [gedaagde] :
Wat mij betreft slechts een enkele aanvulling (…)
- Gat in de hoek bij schilderwerk lijst dakkapel op de eerste verdieping voor en soldeerwerk zink bijwerken
- Verfspetters op leien verwijderen: voorzijde bij aansluiting oud en nieuwbouw.
- Ramen openen en controleren op achterblijven verf, waar nodig bijwerken en zeer goed laten drogen.
- De onderstaand genoemde verdiepte gedeelten bevinden zich bij de onderdorpel van de vaste en draaiende delen van kozijnen
- Het is niet altijd duidelijk of de er voldoende ventilatie onder de leien is.
- Het leiendak wordt morgen door en [echtgenoot] en [architect 1] definitief beoordeeld.
2.36.
Op 3 oktober 2018 hebben de echtgenoot van [gedaagde] , de directievoerder (in de persoon van [architect 1] ) en Akerbouw het dak opnieuw bekeken. Bij e-mail van 5 oktober 2018 heeft de echtgenoot van [gedaagde] onder andere de directievoerder en Akerbouw het volgende bericht:
Zoals je weet hebben we samen met [architect 1] [directievoerder, rechtbank] het dak nog eens bekeken op woensdag 3 oktober (…)
Het unanieme oordeel van [architect 1] , [architect 2] , [voornaam] [ [bouwconsultant] , rechtbank] en mijzelf is dat de dakkapellen boven de gastenkamer en boven de overloop van de zolder, qua esthetische uitvoering niet voldoen aan het niveau dat we voor dit project redelijkerwijs mogen verwachten. Voor wat betreft deze twee dakkapellen onthou ik dan ook mijn goedkeuring.
Echter, aangezien de firma Akerbouw nu bijna een jaar aan het dak gewerkt heeft en al meerdere pogingen heeft gedaan om de dakkapellen mooi te leggen, is er bij ons geen vertrouwen meer dat een volgende poging wel tot een voldoende mooi resultaat zal leiden. Ik stel daarom voor dat we het nu even laten en via de meer- end minderwerklijst een korting op de kosten van het dak afspreken zodat ik later een gespecialiseerd bedrijf in kan huren om de kapellen naar behoren te laten uitvoeren zonder daar zelf financieel bij in te schieten.
(…)
Overigens heeft [voornaam] [van Akerbouw, rechtbank] toegezegd bij een definitieve oplevering zorg te dragen voor een verklaring/certificaat van (…) waarin zij bevestigen dat de leipannen volgens voorschriften zijn verwerkt en zij (…) hun 30-jarige garantie gestand zullen doen. Ik zou graag van je horen hoe het hiermee staat.
Zoals je weet moet er nog heel veel gebeuren aan het schilderwerk binnen. Totdat dit gebeurd is ben ik van mening dat het werk nog niet voor opneming gereed is. Komende dinsdag lijkt mij dan ook nog te vroeg.
Bij e-mail van 8 oktober 2018 antwoordt Akerbouw onder meer als volgt:
Op de dakkapellen komt we op later moment op terug.
De schilder werkt vandaag de laatste punten binnen af.
Wat ons betreft is het werk morgen gereed om op te leveren.
Bij e-mail van eveneens 8 oktober 2018 schrijft de echtgenoot van [gedaagde] onder meer:
Inmiddels is de hal inderdaad verbeterd (…) maar aan de overige kamers is weinig anders gedaan dan hier en daar wat bijtippen. Het algemene beeld is op veel plaatsen nog erg schraal en bobbelig.
Bij e-mail van diezelfde dag antwoordt Akerbouw:
(…) de kwaliteit is nu op niveau om opgeleverd te worden.
De essentie van de oplevering is het geleverde werk te spiegelen aan de opdracht (bestek en tekeningen). Als er nog punten zijn die niet aan bestek en tekeningen voldoen, noteren we die op de opleverlijst.
2.37.
Bij e-mail van 8 oktober 2018 stelt de directievoerder aan Akerbouw voor om in verband met de discussie over (met name) het schilderwerk op 9 oktober 2018 niet de oplevering doch een ‘eerste opname’ te doen. Akerbouw gaat hiermee onder protest akkoord. Op 9 oktober 2018 vindt de bedoelde opname plaats en stellen Akerbouw en de directievoerder lijstjes met geconstateerde punten op.
2.38.
Bij e-mail van 12 oktober 2018 aan de directievoerder en Akerbouw schrijft de echtgenoot van [gedaagde] onder meer:
Bedankt voor jullie lijstjes. Ik heb niet zozeer aanvullende detailpunten maar wilde graag herhalen dat het schilderwerk niet voldoet aan de verwachtingen en op veel plaatsen minder goed is dan het voor de verbouwing was. Dat komt tot uiting in de vele slecht of niet geschuurde en geplamuurde plekken en ook in het schrale schilderwerk van het nieuwe hout.
Om misverstanden te voorkomen wil ik nog even herhalen dat onze ronde van afgelopen dinsdag niet de formele opname was die tot een oplevering zal leiden maar een voorronde om Akerbouw in staat te stellen het werk op voldoende niveau te brengen voordat we de echte opname en oplevering doen. Ik hoor graag wanneer jullie verwachten daar klaar voor te zijn.
2.39.
Bij e-mail van 17 oktober 2018 bericht de echtgenoot van [gedaagde] Akerbouw onder meer als volgt:
Inmiddels zijn er een aantal inspectierondes geweest waarbij telkens weer tekortkomingen zijn geconstateerd door de directievoerder, externe bouwexpert en opdrachtgever. In het byzonder de leipannen op de twee dakkapellen aan noord en oostzijde, het kitwerk aan de buitenkant en de algemene kwaliteit van het schilderwerk aan de binnenkant van het huis. Daarnaast zijn er nog een aantal andere punten die opgelost en/of afgemaakt moeten worden (o.a. het aanleveren van onvoorwaardelijk garantiecertificaat van Terreal, het afvoeren van de oude installaties en puin, het inregelen verwarming, het finaliseren hang- en sluitwerk etc.)
(…) ik verwacht dan ook dat jullie de nog uitstaande punten in de komende drie weken volledig zullen hebben opgelost.
Zou je me daarom voor het eind van de week kunnen laten weten hoe de plannen er nu uit ziet om er voor te zorgen dat de finale oplevering niet later dan de week van November 12 zal kunnen plaatsvinden? Als deze planning er eind deze week niet komt en/of als het werk er op 9 November nog steeds niet naar behoren is uitgevoerd behoud ik mij het recht voor om het nog uitstaande werk bij een derde in opdracht te geven en de kosten op jullie eindafrekening in mindering te brengen.
2.40.
Bij e-mail van 19 oktober 2018 heeft Akerbouw de echtgenoot van [gedaagde] en de directievoerder onder meer het volgende bericht:
Middels dit bericht reageren we op de e-mails van [echtgenoot] :
- d.d. 05-10-2018 inzake de dakkapellen;
- d.d. 12-10-2018 inzake het binnen schilderwerk;
- d.d. 17-10-2018 inzake de technische afwikkeling van het project.
Hieronder treffen jullie puntsgewijs onze reactie, die in een aantal gevallen niet aan [echtgenoot] zijn gericht maar specifiek aan de directievoerder.
Dakkapellen
T.a.v. de directievoerder: Graag vernemen wij op basis van welk onderdeel van het contract de goedkeuring onthouden wordt.
Binnen schilderwerk
T.a.v. [echtgenoot] : De schilder heeft vorige week de opmerkingen lijstjes van mijzelf, [architect 2] [directievoerder, rechtbank] en onze eigen interne controleronde opgelost. Dit was twee dagen werk voor 2 schilders, geen reden om niet op te leveren. Het is voor ons niet duidelijk wat de huidige tekortkomingen zijn aan het binnen schilderwerk. De opdracht is uitgevoerd zoals deze is aangeboden. Desalniettemin als dit niet het geval blijkt te zijn, lossen we dit graag op.
T.a.v. de directievoerder: Graag ontvangen wij een directiebeoordeling van het binnenschilderwerk, op basis van het verfadvies volgens welke de opdracht tot stand is gekomen. Als wij de beoordeling volgende week ontvangen, plannen wij eventuele herstelwerkzaamheden in week 44, waarmee we gereed zijn voor de door [echtgenoot] voorgestelde 9 november.
Bouwtijd
T.a.v. [echtgenoot] : Je schrijft dat wij al enkele maanden uitlopen t.a.v. het contract, deze opmerking kunnen wij niet plaatsen om de volgende redenen:

Het werk is in onze ogen al enige tijd opleveringsgereed, de oplevering is nu tweemaal door jullie uitgesteld:
1. Op 25-09-2018 heeft de directievoerder de oplevering van 28-09-2018 uitgesteld omdat een derde partij de schoorsteenkap nog most plaatsen;
2. Op 08-10-2018 heeft de directievoerder de oplevering van 09-10-2018 uitgesteld, omdat hij zich op de hoogte wilde stellen van de status van het schilderwerk. De concrete (voor)opleverpunten die hieruit voortvloeiden waren 2 dagen werk, met andere woorden geen reden om een oplevering uit te stellen;
  • Momenteel zijn wij nog altijd in afwachting van jullie keuzes om het werk af te kunnen maken, dit betreft bijvoorbeeld de kleur van de garagedeuren, de kleur van de aftimmering onder de schoorsteen en de aftimmering van de schuifdeuren;
  • De directievoerder in zijn e-mail van 03-04-2018 aangeeft dat “Mijn inschatting is dat we voor het dak de planning los moeten laten en zoeken naar een degelijke oplossing die dan maar wat langer gaat duren. Uiteraard spreek ik nadrukkelijk ook namens de opdrachtgever in deze.” We weten allemaal dat deze tijd is nodig geweest om voor de hoekkepervorsten tot een esthetisch bevredigend resultaat te komen;
Bovenstaande neemt niet weg dat als er tekortkomingen zijn ten opzichte van de contractstukken, dat we die zo snel mogelijk willen oplossen. Wij snappen dat, ondanks dat jullie ervoor gekozen hebben het werk voor oplevering in gebruik te nemen, het niet fijn is om doorlopend werklui over de vloer te hebben. We zien het als ons gezamenlijk belang om de eventueel nog uit te voeren werkzaamheden, zo spoedig mogelijk in te plannen en uit te voeren.
Kitwerk buitenzijde
T.a.v. [echtgenoot] : Dit is vorige week reeds door de schilder uitgevoerd en opgelost.
Garantieverklaring Terreal
T.a.v. de directievoerder: Graag vernemen wij op grond van welk contractstuk wij deze dienen aan te leveren.
Afvoeren van oude installaties
T.a.v. [echtgenoot] : Er vanuit gaande dat dit de oude Cv-ketels betreft, deze worden aanstaande dinsdag door ons afgevoerd.
Afvoeren puin
T.a.v. de directievoerder: Dit betreft deels puin dat in de grond zat ter plaatse van de uitgravingen t.b.v. de aanbouw. In de werkomschrijving wordt gevraagd om een gesloten grondbalans. Graag vernemen wij op grond van welk contractstuk wij dit puin dienen te verwijderen.
Daarnaast betreft dit restanten van de oude schoorsteenplaat. De stelpost betreffende de schoorsteen, waar dit in zit, is geheel uit onze opdracht gehaald. Graag vernemen wij op grond van welk contractstuk we dit dienen af te voeren.
Inregelen van de verwarming
T.a.v. [echtgenoot] : Dit is/wordt vandaag uitgevoerd. Dit kon worden uitgevoerd na het plaatsen van de schoorsteenkap door de derde partij.
Hang- en sluitwerk
T.a.v. de directievoerder: Wij gaan er vanuit dat dit de kantelaafscharnieren betreft. Sinds een aantal weken is bij jullie een aangepaste verrekening van de stelpost hang- en sluitwerk ingediend, waar deze scharnieren in staan. Graag vernemen wij of wij deze scharnieren mogen bestellen, dan kan dit ingepland en afgemaakt worden.
Betalingen
T.a.v. [echtgenoot] : Sinds en half jaar staat er een saldo van € 341.158,32 open aan onbetaalde facturen. Hoewel uit bovenstaande blijkt dat er over een aantal punten nog een knoop moet worden doorgehakt, staat het momenteel openstaande bedrag verre van een juiste verhouding tot de kosten gepaard gaand met de nog genoemde onderwerpen.
Nog daargelaten dat de laatste meer- en minderwerkverrekening nog moet worden verzonden.
Wij verzoeken de facturen 18/00990 (d.d. 22-03-2018), 18/01359 (d.d. 12-04-2018) en 18/01882 (d.d.03-05-2018)direct te voldoen.
Factuur 18/02196 en de nog te factureren termijn meer-en minderwerk kan dan bij schriftelijke oplevering worden voldaan.
Omwille van de voortgang verzoeken wij de directievoerder uiterlijk dinsdag 23-10-2018 per e-mail op bovenstaande vragen te reageren.
2.41.
Bij e-mail van eveneens 19 oktober 2018 heeft de echtgenoot van [gedaagde] als volgt gereageerd op de hierboven weergegeven e-mail:
Dank voor je email (…)
Ik wil er graag snel op antwoorden maar zit nu met de familie in het vliegtuig en we vertrekken binnen enkele minuten voor een weekje vakantie. Ik ben dan ook bang dat het me niet zal lukken om komende dinsdag te reageren maar wil proberen zo snel mogelijk iets te laten horen. In ieder geval goed te horen dat jullie ook zo snel mogelijk het project willen afronden.
2.42.
Op 26 oktober 2018 heeft [de schilder] het schilderwerk laten controleren door Plug/Sigma.
2.43.
Bij e-mail van 29 oktober 2018 heeft Akerbouw de directievoerder, met cc aan de echtgenoot van [gedaagde] , onder meer het volgende bericht:
Wij constateren dat jullie geen gehoor hebben gegeven aan onze oproep om op 23 oktober te reageren op onze onderstaande e-mail.
Wij hebben de voor deze week ingeplande schilders niet aan het werk kunnen zetten, omdat wij nog geen directie beoordeling van het binnenschilderwerk o.b.v. het verfadvies hebben ontvangen.
Daarnaast hebben wij momenteel nog geen uitsluitsel over keuzes om het werk af te kunnen maken, dit betreft bijvoorbeeld de kleur van de garagedeuren, de kleur van de aftimmering onder de schoorsteen en de aftimmering bij de schuifdeuren.
Graag vernemen wij zo spoedig mogelijk jullie reactie op onze openstaande vragen.
Bij e-mail van 30 oktober 2018 heeft de directievoerder hierop als volgt geantwoord:
Door de herfstvakantie hebben wij niet kunnen reageren op jouw onderstaande mail. Wij zullen hier zo snel mogelijk op terugkomen.
2.44.
Bij e-mail van 22 oktober 2018 heeft Terreal Akerbouw het volgende bericht:
Zoals vermeld ben ik begin juli op het werk geweest en zag de plaatsing er visueel degelijk uit. Details ivm latafstand, onderdak , vernageling, enz heb ik niet bekeken, maar zoals besproken zal uw firma de waterdichtheid en dergelijke garanderen.
De product garantie op de pannen vanuit Terreal is van toepassing.
2.45.
Bij brief van 23 oktober 2018 heeft Akerbouw [gedaagde] een herinnering voor (het onbetaalde gedeelte van) de in de e-mail van 19 oktober 2018 genoemde facturen, met in totaal een bedrag van € 341.158,32 gestuurd. In deze brief vermeldt Akerbouw dat de betalingstermijnen ruimschoots verstreken zijn en verzoekt Akerbouw [gedaagde] de openstaande bedragen binnen tien dagen na 23 oktober 2018 te betalen. Bij brief van 2 november 2018 heeft Akerbouw [gedaagde] een aanmaning voor dit bedrag gestuurd, ditmaal met een betalingstermijn van zeven dagen.
2.46.
Bij aangetekende brief van 5 november 2018 bericht Akerbouw de directievoerder onder meer het volgende:
Wij constateren dat u nog geen inhoudelijke reactie hebt gegeven op onze e-mail van 19 oktober 2018.
Daarnaast zijn er inmiddels twee opleveringen ingepland en door u afgezegd, om een niet-gegronde reden.
Om het project ook administratief netjes af te ronden, plannen wij nu nog één maal een opleverdatum in, deze stellen wij vast op 19 november 2018 om 08.00 uur.
Hierbij vermelden wij vooraf dat, indien u geen gebruik maakt van deze oplevering en/ of de oplevering niet resulteert in een ondertekend opleveringformulier, het werk formeel als goedgekeurd wordt beschouwd.
Daarnaast zenden wij deze week de laatste facturen inzake het uitgevoerde meer- en minderwerk.
Deze opgaves zijn sinds 02 oktober 2018 in uw bezit.
2.47.
Op 9 november 2018 heeft Akerbouw [gedaagde] een meerwerkfactuur gestuurd voor een bedrag van € 15.155,35, met een betalingstermijn van 14 dagen. Het totaal aan bij Akerbouw openstaande bedragen facturen bedraagt daarmee € 356.313,67.
2.48.
Bij brief van 12 november 2018 heeft de advocaat van [gedaagde] namens [gedaagde] en haar echtgenoot gereageerd op de brief van Akerbouw van 5 november 2018. In deze brief schrijft de advocaat van [gedaagde] onder meer het volgende:

Uit uw brief van 5 november jl. blijkt dat u de regelgeving omtrent een opneming en oplevering, zoals u die middels het van toepassing verklaren van de UAV 2012 met cliënten bent overeengekomen, niet naleeft. Ik verwijs u naar paragraaf 9 UAV 2012. Er is dan ook pertinent geen sprake van twee ingeplande opleveringen die door cliënten zouden zijn afgezegd (al dan niet met een geldige reden). In tegendeel, cliënten hebben één en andermaal duidelijk gemaakt dat het werk nog niet voor opneming (laat staan oplevering) gereed is.

De reden dat het werk niet voor opneming (laat staan oplevering) gereed is, is met name gelegen in de uitvoering van de dakkapellen en het schilderwerk. Reeds nu is bekend dat cliënten op dit moment terecht reden hebben tot onthouding van goedkeuring aan het werk en daarom is de stand van het werk op dit moment nog niet zodanig dat cliënten aan een opneming van het werk hun medewerking zullen moeten verlenen. Ook al zouden zij dat wel doen, dan staat nu al vast dat zij hun goedkeuring aan het werk zullen onthouden. De gebreken (aan de dakkapellen en aan het schilderwerk) zijn van dien aard dat cliënten het recht hebben om hun goedkeuring te onthouden.

Ook op 19 november a.s. (de door u nu voorgestelde datum) zal het werk niet in een zodanige staat verkeren dat het werk voor opneming gereed is. De consequentie die u in uw brief van 5 november stelt (namelijk dat het werk formeel als goedgekeurd wordt beschouwd) is dan ook nergens op gebaseerd.

Meer in het bijzonder met betrekking tot de dakkapellen verwijzen cliënten naar de eerder daarover gevoerde correspondentie en gesprekken. In de e-mail van 5 oktober jl. heeft [echtgenoot] voldoende duidelijk gemotiveerd en toegelicht waarom met betrekking tot (in ieder geval) 2 dakkapellen goedkeuring wordt onthouden. In die e-mail heeft hij ook geschreven dat het vertrouwen ontbreekt dat uw bedrijf in staat is om tot een voldoende mooi resultaat te komen. In ieder geval die 2 dakkapellen voldoen niet aan de eisen van goed en deugdelijk werk, meer in het bijzonder tegen de achtergrond van de (bouwkundige) kwaliteit die cliënten van u mochten verwachten. Dit oordeel wordt ondersteund door de bouwkundig adviseur van cliënten (de heer [bouwconsultant] ) en [architect 2] en [architect 1] .

Het schilderwerk is ver beneden de maat. Ik heb kennis genomen van het schilderbestek (met bijlagen) en het Technisch advies (met bijlagen). Het schilderwerk heb ik samen met de bouwkundig adviseur van cliënten (de heer [bouwconsultant] ) beoordeeld en wij zijn beiden (als ook [architect 2] en [architect 1] ) tot de eenduidige conclusie gekomen dat het schilderwerk op vele plaatsen niet voldoet aan het schilderbestek en het Technisch advies. Zelfs een leek op schildergebied als ondergetekende kan eenvoudig constateren dat er veel te weinig is geplamuurd en geschuurd, als gevolg waarvan er geen egaal resultaat is bereikt en op vele plaatsen nieuw schilderwerk en oud schilderwerk van elkaar zijn te onderscheiden en geen één geheel vormen. De afwerking van (bijvoorbeeld) plinten en de trap naar de eerste etage is werkelijk een aanfluiting.

In lijn met bovenstaande blijft het standpunt van cliënten onveranderd, namelijk dat er nog geen sprake kan zijn van en opneming (en oplevering) van het werk. Het werk is zeker niet opleveringsgereed. [echtgenoot] heeft dan ook wel degelijk terecht geschreven dat er sprake is van een uitloop van enkele maanden ten opzichte van de overeengekomen duur van de werkzaamheden (160 werkbare dagen vanaf 10 juli 2017).
(…)
Cliënten wensen op korte termijn met u afspraken te maken omtrent de afronding van de bouw. Hun gedachten daarover zijn als volgt.
1. Cliënten zijn bereid het openstaande bedrag met betrekking tot het dak aan u te vergoeden, indien zij een bedrag in mindering kunnen brengen voor de (uitvoering van de) dakkapellen die zij niet goedkeuren. Cliënten denken aan een in te houden bedrag ter hoogte van € 25.000,-. Zij zullen dan een andere aannemer in de arm nemen om deze dakkapellen wel naar tevredenheid uit te voeren.
2. Het schilderwerk dient grondig hersteld te worden. Cliënten stellen u (alsmede uw onderaannemer, de schilder) daartoe nog eenmalig in de gelegenheid. Er dient één ruimte te worden klaargemaakt als een soort referentieruimte (…). Vervolgens dient vanaf boven naar benden het herstelwerk te worden uitgevoerd. (…) Gezien de stand van het schilderwerk op dit moment, zijn cliënten bereid om maximaal de helft van het met het schilderwerk gemoeide bedrag te vergoeden. De andere helft volgt dan nadat het schilderwerk alsnog naar behoren en tevredenheid is uitgevoerd.
3. Cliënten houden u aan de overeengekomen bouwtijd. De financiële consequenties voor u daarvan zijn op dit moment nog niet volledig in kaart gebracht. Of cliënten dan ook daadwerkelijk aanspraak zullen maken op een opleveringsboete en vergoeding van schade (en dergelijke), zal mede afhangen van uw reactie op deze brief.
2.49.
Bij e-mail van 16 november 2018 aan de advocaat van [gedaagde] heeft Akerbouw gereageerd op de onder 2.48 geciteerde brief:
(…) verbazen ons over het feit dat er niet vanuit de directievoerder antwoord en mogelijkheid tot overleg komt op de openstaande vragen gesteld in onze mail d.d. 19 oktober 2018.
De kern van de discussie is dat Akerbouw meent de contractuele verplichtingen te zijn nagekomen en de opdrachtgever dat blijkbaar anders ziet.
Het is de rol van de directievoerder om daar op basis van contractstukken helderheid in te geven.
Er is geen enkele onwil bij Akerbouw om nog na te komen verplichtingen na te komen als blijkt dat die er nog zijn.
(…)
Graag zien wij de inhoudelijke antwoorden op de door ons gestelde vragen tegemoet en verzoeken de directievoerder ons verzoek tot overleg niet langer te weigeren of negeren.
Bij e-mail van eveneens 16 november 2018 heeft de advocaat van [gedaagde] in antwoord hierop onder meer het volgende aan Akerbouw bericht:
Mijn brief is geschreven namens de opdrachtgever.
Een extra reactie van de directievoerder voegt dus niets toe.
Al uw vragen zijn beantwoord.
2.50.
Bij brief van 16 november 2018 heeft Akerbouw [gedaagde] gesommeerd het bedrag van € 341.158,32 binnen zeven dagen na dagtekening van de brief te betalen.
2.51.
Bij per e-mail verstuurde brief van 29 november 2018 heeft de advocaat van Akerbouw de advocaat van [gedaagde] onder meer het volgende geschreven:
De voor partijen uit deze overeenkomst [de aannemingsovereenkomst, rechtbank] voortvloeiende verplichtingen zijn onder andere, voor cliënte dat de werkzaamheden voldoen aan de daaraan gestelde contractvoorwaarden en de eisen van goedheid en deugdelijkheid. (…)
Volgens uw cliënte zou cliënte aan die voorwaarden en eisen niet voldaan hebben voor wat het dak bij de twee dakkapellen en het binnenschilderwerk betreft.
Een probleem is dat u daarbij niet aangeeft wat er niet goed zou zijn. Ik zag dat cliënte daarover al herhaaldelijk geprobeerd heeft helderheid te verkrijgen. Die helderheid is tot op de dag van heden niet verschaft door uw cliënte.
Uw cliënte weigert mee te werken aan de opneming in het kader van de oplevering van het werk, waarbij het een en ander nu juist geconstateerd zou kunnen worden. Volgens uw cliënte zou uw cliënte daartoe gerechtigd zijn omdat het werk niet opleveringsgereed zou zijn. Die stellingname is evenwel onjuist. Volgens het stramien van de UAV 2012 geeft de aannemer aan dat het werk gereed opleveringsgereed is; de opdrachtgever dient aan die opneming in het kader van de oplevering mee te werken, en pas bij die opneming in het kader van de oplevering kan het werk worden geweigerd als de aldaar geconstateerde gebreken aan een ingebruikname van het werk in de weg staan; is dat niet het geval dan geldt het werk als goedgekeurd waarbij de aannemer de resterende opleverpunten dient te verhelpen. Door bij voorbaat te weigeren mee te werken aan de opneming in het kader van de oplevering volgt uw cliënte niet het stramien van de UAV. Uw cliënte heeft cliënte daarmee ook niet in staat gesteld om tot een voltooiing van het werk te komen.
Cliënte heeft wel het stramien van de UAV gevolgd. Er is twee maal een afspraak ingepland voor een opneming van het werk conform § 9 lid 1 en 2 UAV, die twee maal is geannuleerd van opdrachtgeverszijde. Hierna heeft cliënte conform § 9 lid 6 UAV per aangetekende brief aan de directievoerder verzocht om een opneming van het werk. Dit verzoek heeft u in uw brief afgewezen. Ingevolge § 9 lid 6 UAV stelt cliënte vast dat uw cliënte in verzuim verkeert, en het werk derhalve per 13 november 2018 conform § 10 lid 1 UAV is opgeleverd en goedgekeurd.
(…) Er staat een bedrag open van € 356.313,67. De betalingstermijn van de betreffende facturen is ruimschoots verstreken, zodat ook wat dat betreft uw cliënte in verzuim verkeert.
Het openstaande bedrag is niet te rijmen met het bedrag dat gemoeid zou zijn met het eventueel verrichten van herstelwerkzaamheden door derden, zoals u in uw brief heeft genoemd, van € 75.000,00. Nog daargelaten dat u dit niet verder heeft onderbouwd; uitgaande van een dergelijk bedrag zou uw cliënte, haar eigen redenering volgende, onbetwistbaar een bedrag van € 281.313,67 aan cliënte verschuldigd zijn.
Cliënte schort al haar verplichtingen jegens uw cliënte op totdat dat bedrag aan cliënte is voldaan.
Uw cliënte wordt bij deze ook gesommeerd om, ondanks dat uw cliënte gehouden is om het volledige openstaande bedrag te voldoen, het laatstgenoemde bedrag binnen vijf dagen na heden te voldoen (…)
Uw cliënte wordt tevens gesommeerd om binnen voornoemde termijn duidelijk te maken waarover uw cliënte het wat de vermeende gebreken betreft heeft. Cliënte wenst een volgende week een opname conform contract en de UAV met de directievoerder. Op basis van die opname kan cliënte bepalen of zij, ondanks dat het werk als opgeleverd en goedgekeurd heeft te gelden, herstelwerkzaamheden uitvoert.
2.52.
Namens Akerbouw is conservatoir beslag gelegd op de villa.
2.53.
Bij e-mail van 3 december 2018 heeft de advocaat van [gedaagde] onder meer het volgende geschreven aan de advocaat van Akerbouw:
In aansluiting op ons constructieve gesprek (…) bericht ik u hierbij als volgt.
1. Na akkoord van uw cliënte op hetgeen in deze e-mail is gesteld, zal cliënte de openstaande facturen voldoen onder inhouding van en bedrag ter hoogte van € 75.000,-. Het bedrag van € 75.000,- zal worden voldaan, nadat het werk naar tevredenheid is afgerond (…)
2. Zo spoedig mogelijk vindt er een opneming in de zin van paragraaf 9 UAV plaats (…)
3. De opneming zal tot goedkeuring van het werk leiden. De dakkapellen en het schilderwerk en de overige ten tijde van de opneming te constateren onderdelen van het werk worden op een lijst genoteerd, en deze worden zo spoedig mogelijk na de opneming alsnog uitgevoerd dan wel hersteld.
2.54.
Op 15 juli 2019 heeft [bouwconsultant] van Polman Bouwconsulting in opdracht van de echtgenoot van [gedaagde] een Bouwkundige rapportage uitgebracht (hierna ook: het [bouwconsultant] rapport), naar aanleiding van inspecties op 5 november 2018 en 9 juli 2019. Hierin staat onder meer het volgende:
Beschrijving opdracht

Het beoordelen van de geleverde kwaliteit m.b.t. de uitgevoerde onderdelen.
(…)
Schilderwerk
(…)
Met betrekking tot de te leveren kwaliteit is door het schildersbedrijf [de schilder] in haar offerte van 23-1-2018 verwezen naar het Technisch advies van Plug / Sigma coatings dd. 19-1-2018.
(…)
Binnenschilderwerk
Tijdens de inspectie van 5-11-2018 werd geconstateerd dat onder de toplaag van het schilderwerk op bestaand hout op tal van locaties de ondergrond niet egaal geschuurd was, overgangen van oude verflagen op kaal gekomen hout en plaatselijk gebladderde oude verflagen waren nog zichtbaar in de deklaag.
(...)
Op basis van het voorgaande kan worden gesteld dat het uitgevoerde niet overeenkomt het hetgeen aan de opdrachtgever is verkocht en behaalt niet de gewenste kwaliteit.
Tijdens de inspectie op 9-7-2019 bleek dat er, in aanvulling op het voorgaande, op tal van plaatsen onthechting en grote scheurvorming is opgetreden.
(…)
Buitenschilderwerk
Met name het schilderwerk van het bestaande werk is op veel locaties gescheurd en onthecht.
In technisch advies is op blad 7 van 22 aangegeven welke onvolkomenheden er op 17-1-2018 in het bestaande schilderwerk zijn waargenomen, te weten:
(…)
Op bovenstaande afbeeldingen is zichtbaar dat de benodigde herstelwerkzaamheden zoals omschreven in het technisch advies niet hebben plaatsgevonden met als gevolg dat de nieuwe verflaag binnen een half jaar van de ondeugdelijke ondergrond scheurt.
Naast het technisch aspect is tevens schade aangebracht aan de bestande detaillering d.m.v. het dichtsmeren van bestaande profileringen.
(…)
Kosten
(…)
Buitenschilderwerk
(…)
Ten behoeve van het herstellen van het schilderwerk zal op basis van het prijsniveau van [de schilder] een bedrag zijn gemoeid van:
(…)
€ 70.036,- excl. BTW
(…)
Indien de opdrachtgever de herstelwerkzaamheden door een andere partij dan [de schilder] moet laten uitvoeren, dient men rekening te houden met een marktconform schadebedrag van ca. € 106.000,- excl. BTW (zijnde € 115.540,- incl. 9% BTW)
Dakbedekking
In het renovatie- en uitbreidingsplan van de villa is het geheel vernieuwen van de leipanbedekking opgenomen.
Het voorgeschreven merk en type: Terreal Eminence
(…)
De gebogen aansluitingen van de dakkapellen aan de Noord- en Oostzijde vertonen een minder vloeiend beeld dat de gedekte dakkapellen aan de Zuidzijde.
Behoudens het esthetisch aspect bestaat ook ernstige twijfel of de leipannen op correcte wijze zijn aangebracht.
  • sinds november 2018 zijn er op een drietal locaties pannen naar beneden gevallen, het betreft hier locaties midden in een dakvlak aan de noordzijde.
  • er is nog steeds sprake van loszittende pannen
  • t.p.v. de dakkapellen zijn diverse pannen aan elkaar gekit ter voorkoming van uitvallen
  • aan de dakvoet is geen bescherming tegen ongedierte toegepast
  • verschillende soorten dakisolatieplaten zijn door elkaar heen toegepast
  • niet overal is sprake van 3-laagse dekking (…)
  • er is geen folie toegepast onder de pannenbedekking (alleen voorschrift t.p.v. de dakkapellen, maar op gehele dak raadzaam)
  • diverse zijkanten zijn niet afgedicht.
(…)
Gezien het feit dat pannen op diverse plaatsen naar beneden zijn gevallen, is het niet aannemelijk dat de bedekking volgens de verwerkingsvoorschriften van de fabrikant/leverancier en volgens de/een verankeringsberekening is aangebracht.
Een controle met rapportage van het dak door een specialist is noodzakelijk in deze.
Als uit nader onderzoek blijkt dat de bedekking inderdaad niet volgens de voorschriften is aangebracht, zal het dak opnieuw moeten worden gedekt, waarbij overigens wel gebruik kan worden gemaakt met het bestaande materiaal.
Verder vermeldt het [bouwconsultant] rapport dat op verschillende plaatsen door deuren en ramen regen en/of tocht naar binnen komt en dat de scharnieren van de (twaalf) openslaande deuren moeten worden vervangen omdat de deuren en het glas van de deuren kapot gaan als de deuren geheel open worden gezet.
2.55.
Bij aangetekende brief van 16 juli 2019 heeft de advocaat van [gedaagde] namens [gedaagde] Akerbouw aansprakelijk gesteld voor alle schade (en nog te lijden schade) van [gedaagde] als gevolg van tekortkomingen in de nakoming van de aannemingsovereenkomst. Bij deze brief heeft de advocaat van [gedaagde] gevoegd het [bouwconsultant] rapport en een lijst met gebreken aan het werk. Kosten gemoeid met herstel worden in deze brief begroot op € 278.922,00 (inclusief BTW).
2.56.
Plug/Sigma heeft op 5 september 2019 een bezoekrapport opgesteld (hierna: het Plug/Sigma rapport I). Hierin staat, voor zover relevant:
Op (…) 4 april 2018, (…) 19 juli 2018 en vrijdag 26 oktober 2018 is de woning aan de [adres] te [plaats] bezocht om het tot dan toe uitgevoerde (renovatie) schilderwerk te beoordelen. Aan het werk ligt verftechnisch advies (…) [het Plug/Sigma advies, rechtbank] ten grondslag. Bij de rondgang is het werk beoordeeld op voorbehandeling, reparatie, verftechnische toepassing en esthetische uitstraling.
Dit bezoekrapport is pas op 5 september 2019 geschreven, omdat er een geschil tussen de opdrachtgever en hoofdaannemer is ontstaan betreffende de kwaliteit van het schilderwerk. Op de momenten van beoordeling was er, gezien de deugdelijkheid van de (voor)behandelingen, voor Verfgroothandel Plug BV geen aanleiding tot bezorgdheid waardoor een bezoekrapport destijds niet als noodzakelijk werd beschouwd.
(…)
De volgende plaatselijke opleverpunten zijn gevonden;
Er zijn tijdens de bezoeken gebreken aan het nieuwe schilderwerk waargenomen. Welke dat precies zijn en op welke plaats, is niet meer bekend. Wel is duidelijk dat de waargenomen gebreken zijn hersteld. (…) Deze gebreken zijn in hoeveelheid en type gebrek gangbaar en zeker niet buitensporig. Uiteraard zijn de waargenomen gebreken wel hersteld.
(…)
Conclusie
De conclusie die destijds genomen is, is:
Het tot nu toe uitgevoerde schilderwerk is voor zover waarneembaar verftechnisch verantwoord uitgevoerd. Het geheel maakt een verzorgde en esthetisch mooie indruk.
2.57.
In het bezoekrapport van 25 september 2019 heeft Plug/Sigma een reactie gegeven op het [bouwconsultant] rapport (hierna het Plug/Sigma rapport II). Hierin staat, onder meer:
De datum van inspectie van [bouwconsultant] is 5 november 2018 en 9 juli 2019. Dit zijn datumsnadathet schilderwerk is afgerond. Reparaties aan de ondergrond dienen te worden beoordeeld voordat het schilderwerk op deze plaatsen in uitvoering gaat. Een verflaag camoufleert een reparatie waardoor een beoordeling niet goed meer mogelijk is. Een reparatie kan na verloop van tijd weer degraderen en defect raken. Echter zegt dit niets over de kwaliteit van het schilderwerk. Een reparatie kan bijvoorbeeld door zwel- en krimpgedrag van hout of vochtbelasting defect raken. (…)
Het werk is door Verfgroothandel Plug tijdens de uitvoering driemaal bezocht. Tijdens deze bezoeken een paar gebreken waargenomen welke met de schilder zijn besproken. Deze gebreken zijn tijdens het daarop volgend bezoek beoordeeld en akkoord bevonden. (…)
Er zijn inderdaad ook gebreken waargenomen die (nog) niet zouden mogen zijn ontstaan. Echter komen deze sporadisch voor. Dat deze allemaal door slecht herstel- en schilderwerk zijn ontstaan, klopt naar ons inziens niet. (…) De waargenomen en omschreven gebreken komen sporadisch voor, terwijl het rapport de indruk geeft dat het geheel zeer slecht is uitgevoerd.
2.58.
Op 4 december 2019 heeft SKG-IKOB in opdracht van de echtgenoot van [gedaagde] een onderzoeksrapport uitgebracht naar aanleiding van een inspectie van het dak op 22 november 2019 (hierna: het SKG-IKOB rapport). Dit rapport vermeldt onder meer:
Middels deze rapportage wordt het gevraagde onderdeel geïnspecteerd op basis van de vigerende Beoordelingsrichtlijnen (BRL), Uitvoeringsrichtlijnen (URL), NEN-normeringen en Nationale Praktijk Richtlijnen (NPR). (…)
De slotconclusie van het SKG-IKOB rapport is dat het werk aan het dak op verschillende punten niet voldoet aan de NEN-normeringen en URL, onder andere op het gebied van de waterdichtheidseisen en de ventilatie. Ook zijn volgens het SKG-IKOB rapport verzinkte schroeven toegepast die niet voldoen aan de materiaaleisen van de URL.
2.59.
Op 11 december 2019 heeft [bouwconsultant] het [bouwconsultant] rapport (2.54) aangevuld naar aanleiding van het SKG-IKOB rapport en een nieuwe schadeberekening opgesteld. [bouwconsultant] schrijft in deze aanvulling onder meer:
Aan de hand van rapportage (…) van SKG-IKOB blijkt dat het gehele dak opnieuw dient te worden gedekt om aan de van toepassing zijnde voorschriften te kunnen voldoen. Indien de huidige leipan niet meer verkrijgbaar is (…) zal het gehele dak van een nieuwe pannenbedekking moeten worden voorzien. (…) Dan als schadepost (…) € 174.381,- netto excl. BTW.
Vermeerderd met de eerder genoemde aannemersopslagen wordt de totale schadepost voor het vernieuwen van de leienbedekking € 233.974,- bruto inclusief BTW.
Voor het opnieuw dekken van het dak met bestaand materiaal begroot [bouwconsultant] de kosten op € 150.275,- inclusief BTW.

3.Het geschil

in conventie

3.1.
Akerbouw vordert samengevat – bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
- veroordeling van [gedaagde] tot betaling van € 356.313,67, vermeerderd met rente;
- veroordeling van [gedaagde] tot betaling van de kosten van conservatoir beslag, vermeerderd met rente;
- veroordeling van [gedaagde] tot betaling van buitengerechtelijke kosten ten bedrage van
€ 10.590,68, althans een in goede justitie te bepalen bedrag;
- veroordeling van [gedaagde] in de proceskosten, te vermeerderen met eventuele nakosten en wettelijke rente.
3.2.
[gedaagde] voert verweer.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
in reconventie
3.4.
[gedaagde] vordert samengevat en na vermeerdering van eis – bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad:
primair
1. veroordeling van Akerbouw tot kosteloos herstel en afronding van het werk binnen een door de rechtbank te bepalen termijn; voor wat betreft het dak door het inschakelen van een terzake kundig en erkende leipannendekker (voorgesteld door SKG-IKOB) en voor wat betreft het schilderwerk door het inschakelen van een terzake kundig en erkende schilder, een en ander op straffe van een dwangsom;
subsidiair
2. veroordeling van Akerbouw tot betaling van € 430.691,10 (inclusief BTW), althans een in goede justitie te bepalen bedrag, vermeerderd met rente;
meer subsidiair
3. veroordeling van Akerbouw tot kosteloos herstel en afronding van het werk binnen een door de rechtbank te bepalen termijn op straffe van een dwangsom;
primair en subsidiair
4. te verklaren voor recht dat partijen zijn overengekomen dat Akerbouw voorafgaande aan de opleveringsprocedure een inspectie van Terreal, althans een door Terreal ingeschakelde deskundige, zou regelen om de staat van de dakbedekking te kunnen vaststellen, en de opleveringsinsprocedure vóór die inspectie nog geen aanvang zal nemen;
5. veroordeling van Akerbouw tot het verstrekken van alle garanties met betrekking tot het werk op grond van de aannemingsovereenkomst;
6. veroordeling van Akerbouw tot betaling van de boete zoals genoemd in artikel 42 lid 2 UAV vanaf 14 juli 2018, althans een in goede justitie door de rechtbank vast te stellen datum, ter hoogte van € 23.880,00 (berekend per 17 juli 2019) voor het niet tijdig afleveren van goed en deugdelijk werk, te vermeerderen met € 60,00 per dag totdat de oplevering heeft plaatsgevonden;
7. veroordeling van Akerbouw tot betaling aan [gedaagde] van en bedrag van € 21.520,26 (inclusief BTW), althans een in goede justitie te bepalen bedrag aan buitengerechtelijke kosten te vermeerderen met rente;
8. veroordeling van Akerbouw in de proceskosten in conventie en in reconventie, te vermeerderen met nakosten en rente.
3.5.
Akerbouw voert verweer.
3.6.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
in conventie
Standpunten Akerbouw
4.1.
Akerbouw voert aan dat zij een vordering op [gedaagde] heeft van € 356.313,67 en dat [gedaagde] in verzuim is geraakt door geen gehoor te geven aan de sommatie van Akerbouw van 29 november 2018 (2.51). Voorts voert Akerbouw aan dat het werk als goedgekeurd en opgeleverd moet worden beschouwd ingevolge de op de aannemingsovereenkomst van toepassing verklaarde UAV. Gevolg van een en ander is dat de vordering van Akerbouw tot betaling in zijn geheel opeisbaar is en dat Akerbouw tegenover [gedaagde] niet meer de plicht heeft om potentiële opleveringsgebreken te verhelpen. Desalniettemin is Akerbouw bereid om, na betaling van de facturen, het werk met [gedaagde] en de directievoerder op te nemen. Voor zover eventuele tekortkomingen onderdeel uitmaken van de aannemingsovereenkomst en eventuele klachten van [gedaagde] dienaangaande terecht zijn, is Akerbouw voorts bereid deze restpunten te verhelpen.
4.2.
Akerbouw vordert op grond van artikel 6:96 lid 2 sub c Burgerlijk Wetboek (BW) betaling van buitengerechtelijke kosten van € 10.590,68, berekend volgens de uit de Wet normering buitengerechtelijke incassokosten en het bijbehorende Besluit voortvloeiende staffel. De werkzaamheden zien volgens Akerbouw op het meermalen aanschrijven van [gedaagde] voor het voldoen van de aanneemsom en het schriftelijk contact dat er is geweest.
4.3.
Op grond van § 45 leden 1 en 2 UAV vordert Akerbouw betaling van wettelijke rente.
Verweren [gedaagde]
4.4.
[gedaagde] bestrijdt de vordering en doet ten verwere primair een beroep op verrekening met vervangende schadevergoeding. Zij voert daartoe aan dat Akerbouw is tekortgeschoten in de nakoming van de aannemingsovereenkomst omdat het werk niet goed en deugdelijk is verricht en niet af is, dat alle gebreken en klachten voor de opleveringsverzoeken van Akerbouw bij Akerbouw bekend waren en dat er geen sprake is geweest van oplevering en (stilzwijgende) goedkeuring. [gedaagde] begroot de schade, de kosten gemoeid met herstel van de gebreken, onder verwijzing naar het [bouwconsultant] rapport op
€ 430.691,10 (inclusief BTW) en vordert dit bedrag als vervangende schadevergoeding. [gedaagde] doet voor dit bedrag op grond van artikel 6:127 BW een beroep op verrekening met het nog openstaande bedrag van de aanneemsom. Nu Akerbouw meent niet meer gehouden te zijn tot herstel, althans niet weet hoe tot herstel over te gaan, verkeert Akerbouw op grond van artikel 6:83 sub c BW in verzuim. Akerbouw is deugdelijk in gebreke gesteld, voor het laatst op 16 juli 2019 (2.55).
4.5.
[gedaagde] verwijst ter onderbouwing van de ondeugdelijkheid van het werk naar hetgeen in het [bouwconsultant] rapport (zie 2.54) staat over het schilderwerk en het leipannen dak. In verband met het dak verwijst Akerbouw ook naar het rapport van Allround Dakexpert (zie 2.10).
Behalve wat betreft het schilderwerk en het dak voldoet het werk volgens [gedaagde] ook op de volgende punten niet aan de daaraan te stellen eisen:
  • De uitbouw aan de achterkant van het huis is niet gecentreerd ten opzichte van de bestaande nok, de dakvoeten en goten van de uitbouw zijn hoger dan in de tekening en sluiten niet aan op de bestaande goten, het balkon en de kamer op de eerste verdieping zijn niet haaks en de nokbalk op de tweede verdieping ligt niet in het verlengde van de bestaande nokbalk;
  • De ondervloeren voor het parket en de terrazzo waren in eerste instantie niet vlak genoeg gelegd en Akerbouw heeft zich niet gehouden aan de gemaakte afspraak 50% van de daarmee gemoeide extra egalisatiekosten voor haar rekening te nemen;
  • In de kelder is schade door wateroverlast ontstaan (onder andere aan de zwembadpomp), nadat een medewerker van Akerbouw door het slaan van een houten paaltje in de grond een hogedrukleiding had beschadigd;
  • Akerbouw heeft zonder overleg vervuilde grond, die was vrijgekomen bij het uitgraven van de fundering van de garage, in de voortuin gestort;
  • Er zijn diverse gebreken aan ramen, deuren en kozijnen; zo zijn bij de openslaande deuren van het nieuwbouwdeel te korte bochtscharnieren toegepast, is er sprake van tocht bij een van de deuren aan de achterzijde door onvoldoende aansluiting van de tochtwering, zijn de vaste ramen in de woon/keuken kamer niet goed gemaakt omdat er geen sprake is van enge afdichting rondom deze ramen en treedt er door een opening lekkage op bij de dubbele deuren in de ruimte sport en spel. Met laatstgenoemde gebreken is volgens het [bouwconsultant] rapport een schadebedrag van € 2.500,00 inclusief BTW gemoeid.
Verder heeft [gedaagde] bij conclusie van antwoord de hieronder volgende opsomming van tekortkomingen en werk dat nog niet af is gegeven, welke opsomming deels overlapt met hierboven al genoemde punten:
Dakwerk
  • Dakkapellen noord- en oostzijde niet netjes gelegd
  • Dakje boven voordeur niet afgedicht aan achterkant
  • Meerdere dakpannen liggen los en verschillende zijn al uit het dak gevallen
  • Bevestiging Terreal dat garantie gestand wordt gedaan nog niet aangeleverd
  • Geen afdichting tegen ongedierte aan dakvoet
Schilder- stuc- en kitwerk
  • Garagedeur buitenkant nog niet geschilderd
  • Afdichtingsplaat schoorsteen zolder nog niet geschilderd
  • Architraven binnendeuren woon- en TV kamer nog niet geschilderd
  • Houtwerk op veel plaatsen niet mooi geplamuurd/geschilderd
  • Aansluiting kleurvakken (balkenplafond keuken, hoofdtrap, muren etc) niet netjes/strak
  • Op veel plaatsen geen/onvoldoende afdichting tussen (liggend) hout en glas of tussen raamhout en kozijn
  • Meerdere scheuren in stucwerk niet gerepareerd
  • Scheuren in kozijnen niet gerepareerd
  • Verfvlekken van vloeren/muren/vensterbanken etc. niet verwijderd
Ramen/deuren
  • Nieuwe vaste ramen laten tocht door en bevestigingsschroeven zijn zichtbaar
  • Diverse nieuwe deuren/ramen laten tocht/water naar binnen
  • Driepuntsluitingen meerdere buitendeuren sluiten niet goed
  • Deuren TV-kamer en kast werkkamer zijn afwijkend
  • (Draai)sloten slaapkamers 6&7 en badkamer 4 niet geplaatst
  • Kantelaafscharnieren buitendeuren zijn te kort
  • Ventilatiesleuf boven raam garage bij tennisbaan niet afgewerkt
Timmerwerk
  • Zwarte planken westgevel niet sluitend/niet uniform aangebracht
  • Plinten rond schuifdeuren woon/TV kamer niet geplaatst
  • Trapleuning hoofdtrap zit los
  • Inbouwkast slaapkamer 7 niet af
Stucwerk
  • Muur onder stalen kasten in woonkeuken niet afgewerkt
  • Muur naast zoldertrap niet uniform
  • Plafond keuken niet netjes
Loodgieterswerk
  • Electrische kabel handdoekradiatoren (4x) niet afgewerkt aan muurzijde
  • Handdoekradiator slaapkamer 6 nog niet geplaatst
  • Bordenwarmer keuken nog niet geplaatst
  • Thermostaten klokfunctie (nog) niet actief
  • Regenwater zuidzijde niet naar infiltratiekratten gevoerd
  • Oude waterontharder niet afgevoerd
Diversen
  • Schade aan zwembadinstallatie door lekkage niet vergoed
  • Puin voortuin niet afgevoerd
4.6.
Volgens [gedaagde] zijn de voorwaarden voor de aanvang van de opleveringsprocedure niet vervuld omdat partijen hebben afgesproken dat de opleveringsprocedure pas aanvangt na een inspectie van het dak door Terreal en nadat dienaangaande Terreal een garantie van 30 jaar heeft verstrekt. Aan deze voorwaarde is volgens [gedaagde] niet voldaan. Bovendien had Akerbouw als voorwaarde voor oplevering gesteld dat 100% van de aanneemsom zou zijn voldaan. Ook aan die voorwaarde was nog niet voldaan. Nu het werk nog (lang) niet opnemingsgereed was, komt Akerbouw volgens [gedaagde] ook geen beroep toe op een stilzwijgende goedkeuring van het werk op grond van § 9 leden 1, 2 en 6 en § 10 lid 1 van de UAV. Bovendien brengt een redelijke uitleg van de UAV mee dat in de omstandigheden van dit geval geen sprake kan zijn van een stilzwijgende oplevering, alleen omdat enkele door Akerbouw voorgestelde afspraken voor een oplevering zijn geannuleerd, aldus [gedaagde] . Ook is een beroep op stilzwijgende goedkeuring in de omstandigheden van dit geval en mede gezien het feit dat Akerbouw druk uitoefende om tot oplevering te komen, naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar. In ieder geval is het werk door [gedaagde] terecht en tijdig afgekeurd na alle inspectierondes, aldus nog steeds [gedaagde] .
4.7.
Subsidiair wenst [gedaagde] nakoming van de aannemingsovereenkomst (inclusief de aanvullende afspraak met betrekking tot de inspectie en garantie door Terreal) en herstel van de gebreken, met behulp van door [gedaagde] gekozen derde partijen voor het schilderwerk en het leipannen dak.
4.8.
Meer subsidiair doet [gedaagde] een beroep op opschorting op grond van de artikelen 6:52 juncto 6:262 BW in verband met haar eigen vorderingen op Akerbouw, waardoor [gedaagde] niet in verzuim is geraakt en de vordering van Akerbouw niet opeisbaar is. [gedaagde] heeft de betalingen aan Akerbouw rechtsgeldig opgeschort en verwijst in dit verband naar de onder 2.25 en 2.39 opgenomen e-mails van de echtgenoot van [gedaagde] . van 7 juni 2018 en 17 oktober 2018. [gedaagde] heeft het beroep op opschorting eerst gedaan als prikkel ter bevordering van een juiste nakoming door Akerbouw, zodat de opschorting plaatsvond ter zekerheidsstelling en ter verrekening met de door [gedaagde] geleden schade, waarvan de omvang op dat moment nog niet vaststond, aldus [gedaagde] . Nu inmiddels [ten tijde van de conclusie van antwoord, bij akte overlegging producties tevens houdende wijziging eis in reconventie heeft [gedaagde] dit bedrag verhoogd, rechtbank] vaststaat dat de schade in ieder geval € 278.922,00 (inclusief BTW) bedraagt, doet [gedaagde] op dit moment – in afwachting van de door Akerbouw uit te voeren herstelwerkzaamheden - ten aanzien van dit bedrag een beroep op opschorting. Hiervoor is op 16 juli 2019 ook een ingebrekestelling aan Akerbouw verzonden. Nu over het meerwerk nog geen overeenstemming bestaat en het meerwerkbedrag bovendien te hoog is, schort [gedaagde] ook de betaling van dat bedrag op. Dat het werk nog niet is opgeleverd, staat aan opeisbaarheid van de vordering tot nakoming en dus aan opschorting niet in de weg. Er is sprake van een wederkerige overeenkomst en de nakoming ‘hokte’ het eerst bij Akerbouw, doordat zij ondeugdelijk werk heeft verricht en vervolgens weigerde herstelverplichtingen na te komen en dwingend bleef aansturen op oplevering.
4.9.
Voor het geval Akerbouw niet als eerste diende te presteren, doet [gedaagde] een beroep op de onzekerheidsexceptie van artikel 6:263 BW. Gelet op de manier waarop Akerbouw de gebreken bagatelliseerde en aanstuurde op oplevering had [gedaagde] terecht de vrees dat Akerbouw haar verplichtingen niet zou nakomen. Nu [gedaagde] voor het verstrijken van de betalingstermijn met voornoemde e-mails een rechtsgeldig beroep op opschorting heeft gedaan (7 juni en 17 oktober 2018) , is zij niet in verzuim komen te verkeren en is er geen sprake van schuldeisersverzuim. Na behoorlijke nakoming door Akerbouw zal [gedaagde] ook behoorlijk nakomen, aldus nog steeds [gedaagde] .
4.10.
Nog meer subsidiair voert [gedaagde] aan dat het moeten voldoen van de volledige aanneemsom in strijd is met de redelijkheid en billijkheid.
4.11.
Het gevorderde bedrag aan meerwerk (van € 136.765,28) moet volgens [gedaagde] worden afgewezen nu schriftelijke meerwerkopdrachten ontbreken en partijen nooit tot overeenstemming zijn gekomen over de meer- en minderwerklijst.
4.12.
Gelet op het voorgaande is er volgens [gedaagde] ook geen plaats voor vergoeding van contractuele rente, proceskosten, buitengerechtelijke kosten of beslagkosten. De buitengerechtelijke kosten en de beslagkosten zijn bovendien niet onderbouwd, concludeert [gedaagde] .
UAV, directievoerder en vertegenwoordiging [gedaagde]
4.13.
De rechtbank stelt voorop dat tussen partijen niet in geschil is dat de UAV op de aannemingsovereenkomst van toepassing zijn. Verder is tussen partijen niet in geschil dat [gedaagde] in de aannemingsovereenkomst een directievoerder heeft aangewezen, die [gedaagde] in alle zaken met betrekking tot het werk heeft vertegenwoordigd (conform § 3 UAV). Tot slot is tussen partijen niet in geschil dat ook de echtgenoot van [gedaagde] heeft vertegenwoordigd.
Opneming, (stilzwijgende) goedkeuring en oplevering
4.14.
De rechtbank zal eerst ingaan op de vraag of sprake is van een opneming, (stilzwijgende) goedkeuring en oplevering op grond van de UAV.
Uitgangspunten en systeem van de UAV
4.15.
Onder oplevering wordt verstaan het overeenkomstig de inhoud en strekking van de aannemingsovereenkomst ter beschikking stellen van het werk aan de opdrachtgever na voltooiing.
4.16.
De procedure voor de opneming en oplevering van werken is geregeld in § 9 en § 10 UAV. De procedure begint met een schriftelijk verzoek van de aannemer om het werk op te nemen, gevolgd door opneming en goedkeuring of onthouding daarvan. Van belang is dat de UAV de opneming van het werk niet zien als een verplichting van de opdrachtgever; de aannemer verzoekt immers om opneming. Blijft na een verzoek van de aannemer als bedoeld in § 9 lid 1 UAV opneming langer dan 15 dagen uit, dan kan de aannemer op grond van § 9 lid 6 UAV een tweede verzoek om binnen 8 dagen op te nemen tot de directievoerder richten. Wordt aan dit verzoek niet voldaan dan volgt op de achtste dag na de verzending van de brief van de aannemer automatische goedkeuring van het werk. De ‘sanctie’ op het niet opnemen door de directievoerder is dus niet de vaststelling dat er sprake is van wanprestatie van de opdrachtgever, maar dat er (op grond van § 9 lid 6 UAV) sprake is van ‘stilzwijgende’ goedkeuring van het werk. Op een heropneming na een onthouding van goedkeuring zijn de bepalingen van § 9 leden 1 tot en met 7 UAV van overeenkomstige toepassing.
4.17.
De (van de opneming te onderscheiden) oplevering vloeit op grond van § 10 lid 1 UAV voort uit de (al dan niet stilzwijgende) goedkeuring geregeld in § 9 UAV en valt daar mee samen. Verder is van belang vast te stellen dat de regeling van de UAV ervan uitgaat dat de directievoerder conform het bepaalde in § 3 lid 4 UAV de opdrachtgever vertegenwoordigt bij de opneming. In beginsel is de opdrachtgever dus gebonden aan de ter zake van de opneming door de directie gedane mededelingen.
4.18.
Binnen de opnemings- en opleveringsprocedure kunnen dus worden onderscheiden de gereedmelding door de aannemer, de opneming door de directievoerder en de (al dan niet stilzwijgende) goedkeuring die leidt tot oplevering van het werk. Stilzwijgende goedkeuring doet zich (onder meer) voor indien de directievoerder het werk niet tijdig opneemt. Anders dan artikel 7:758 lid 1 BW, waarin gesproken wordt van een ‘redelijke termijn’, houden de UAV in § 9 exacte termijnen in aan de hand waarvan kan worden bepaald of sprake is van stilzwijgende goedkeuring.
Toegepast op het onderhavige geval; stilzwijgende goedkeuring van het werk, met uitzondering van twee dakkapellen
4.19.
De rechtbank stelt vast dat de procedure van § 9 UAV is doorlopen en dat het werk op grond van § 9 lid 6 UAV stilzwijgend is goedgekeurd, met uitzondering van twee dakkapellen. De rechtbank licht dit als volgt toe.
4.20.
Bij e-mail van 30 augustus 2018 (2.30) heeft Akerbouw om opneming van het werk verzocht. Daarmee heeft Akerbouw de mededeling als bedoeld in § 9 lid 1 UAV gedaan. In deze e-mail heeft Akerbouw immers voorgesteld de opleverdatum vast te leggen op 27 september 2018. Dat [gedaagde] dit heeft opgevat als een voorstel voor een opneming in de zin van § 9 UAV blijkt zowel uit het antwoord van de echtgenoot van [gedaagde] van 3 september 2018 als uit zijn e-mail van 11 september 2018. In zijn antwoord van 3 september 2018 spreekt de echtgenoot van [gedaagde] immers over het afronden van de verbouwing en over opleveren. In zijn e-mail van 11 september 2018 heeft de echtgenoot van [gedaagde] het vervolgens over het samen bekijken van het werk en een mogelijke succesvolle oplevering van het gehele werk op 28 september 2018. Ook uit het gegeven dat de echtgenoot van [gedaagde] in deze e-mail veel punten opsomt die naar zijn mening nog moeten worden geadresseerd, blijkt dat ook hij op dat moment toewerkte naar een oplevering en hij de uiteindelijk op 28 september 2018 geplande opneming dus ziet als een opneming in het kader van de oplevering.
4.21.
Vervolgens hebben partijen over en weer gecorrespondeerd over het verzetten van de datum van opneming naar 2 en 9 oktober 2018. Uit deze correspondentie komt duidelijk naar voren dat de wens om de datum te verplaatsen van [gedaagde] afkomstig was. Na een daartoe strekkend voorstel van Akerbouw heeft uiteindelijk op 2 oktober 2018 een inspectie van het dak en de gevels vanaf de steiger plaatsgevonden. Daarbij waren Akerbouw, de echtgenoot van [gedaagde] , de directievoerder en de heer [bouwconsultant] aanwezig. Op 3 oktober 2018 hebben de echtgenoot van [gedaagde] , de directievoerder en Akerbouw het dak nogmaals bekeken. Deze inspecties zijn in het licht van de daaraan voorafgaande correspondentie - onder andere de onder 2.34 opgenomen e-mail van de directievoerder, waarin hij letterlijk spreekt over een ‘opname’ van de buitenzijde - aan te merken als een opneming in de zin van § 9 UAV.
4.22.
Ook uit de correspondentie van na 2 oktober 2018 volgt dat partijen en de directievoerder de inspecties van 2 en 3 oktober 2018 hebben opgevat als een (deel)opneming. Zo spreekt Akerbouw in haar e-mail van 2 oktober 2018 (2.35) van een ‘
overzicht van de opmerkingen tijdens de opname van vandaag van het dak en de gevel’,waarna een gedetailleerde opsomming volgt van zaken die nog moeten worden gedaan, eindigend met het verzoek eventuele gemiste onderdelen aan te vullen. Vervolgens laat de directievoerder op diezelfde dag nog weten dat hij slechts een enkele aanvulling heeft, waarna een opsomming volgt van zijn opmerkingen c.q. opleverpunten. Dat tot slot ook [gedaagde] de inspecties op 2 en 3 oktober 2018 heeft opgevat als opneming in de zin van § 9 UAV, wordt bevestigd door de e-mail van de echtgenoot van [gedaagde] van 5 oktober 2018 (2.36). Hierin schrijft laatstgenoemde immers expliciet dat hij voor twee van de dakkapellen (te weten de dakkapellen boven de gastenkamer en boven de overloop van de zolder) zijn goedkeuring onthoudt, omdat ze volgens [gedaagde] qua esthetische uitvoering niet voldoen aan het niveau dat [gedaagde] daarvan redelijkerwijs heeft mogen verwachten.
(Tussen)conclusie
4.23.
Conclusie uit het bovenstaande is dat op 2 en 3 oktober 2018 een (deel)opneming heeft plaatsgevonden van het dak en de gevel, dat daar de in de e-mails van Akerbouw en de directievoerder van 2 oktober 2018 genoemde opleverpunten uit zijn voortgekomen en dat [gedaagde] haar goedkeuring aan twee van de dakkapellen heeft onthouden.
Opneming binnenwerk
4.24.
Vervolgens heeft Akerbouw bij e-mail van 8 oktober 2018 (nogmaals) meegedeeld dat het werk wat haar betreft op 9 oktober 2018 opleveringsgereed is. Deze mededeling is wederom op te vatten als een mededeling als bedoeld in § 9 lid 1 UAV. Daarmee heeft Akerbouw voor de tweede keer (voor het binnenwerk) een aanvraag voor een opneming gedaan aan [gedaagde] . [gedaagde] heeft in reactie op deze e-mail geweigerd om mee te werken aan een (formele) opneming ten behoeve van de oplevering. Op 9 oktober 2018 heeft wel een ‘eerste opname’ van het binnenwerk plaatsgevonden. Dat partijen hiermee evenwel geen opneming in de zin van § 9 UAV hebben bedoeld, volgt uit de correspondentie rondom deze ‘eerste opname’. Akerbouw heeft immers laten weten hiermee ‘onder protest’ akkoord te gaan en de echtgenoot van [gedaagde] heeft in zijn e-mail van 12 oktober 2018 herhaald dat de ‘eerste opname’ van 9 oktober 2018 een ‘voorronde’ was en niet de formele opneming die tot oplevering zal leiden.
4.25.
Daarmee heeft er, ondanks twee aanvragen van Akerbouw in de zin van § 9 lid 1 UAV, geen opneming van het binnenwerk in de zin van § 9 UAV plaatsgevonden. Uit het hierna volgende zal echter blijken dat het binnenwerk desondanks als formeel goedgekeurd heeft te gelden.
4.26.
In de eerder genoemde e-mail van 17 oktober 2018 heeft de echtgenoot van [gedaagde] bericht dat hij wil toewerken naar een oplevering op 9 november 2018. In antwoord op deze e-mail en de eerdere e-mails van de echtgenoot van [gedaagde] van 5 en 12 oktober 2018 is Akerbouw bij e-mail van 19 oktober 2018 ingegaan op de onthouding van de goedkeuring aan de genoemde twee dakkapellen en op de verschillende overige punten die volgens [gedaagde] niet in orde zijn. In deze e-mail vraagt Akerbouw aan de directievoerder om te laten weten op basis van welk onderdeel van het contract de goedkeuring onthouden wordt aan de twee dakkapellen. Ook schrijft Akerbouw dat de schilder de punten van de openstaande lijstjes heeft opgelost, dat het schilderwerk volgens Akerbouw is uitgevoerd zoals aangeboden en dat Akerbouw dit, als dit niet het geval is, graag wil oplossen, vraagt zij de directievoerder om een directiebeoordeling van het binnenschilderwerk op basis van het verfadvies dat ten grondslag ligt aan de opdracht en gaat zij in op de door [gedaagde] naar voren gebrachte punten. Met betrekking tot deze punten schrijft Akerbouw ofwel dat deze reeds zijn, dan wel binnen enkele dagen zullen worden uitgevoerd (kitwerk buitenzijde, afvoeren van oude installaties, inregelen van de verwarming) ofwel dat ze (nog) niet binnen de opdracht vallen (garantieverklaring Terreal, afvoeren puin, kantelaafscharnieren). Bij e-mail van 29 oktober 2018 heeft Akerbouw de directievoerder en de echtgenoot van [gedaagde] laten weten dat zij nog geen inhoudelijke reactie heeft gekregen op haar e-mail van 19 oktober 2018 en verzoekt zij nogmaals om een reactie.
4.27.
Nu niet binnen 15 dagen na 28 september 2018 en 9 oktober 2018 (de in § 9 lid 1 UAV bedoelde dagen) een volledige opneming had plaatsgevonden, kon Akerbouw op grond van § 9 lid 6 UAV bij aangetekende brief een nieuwe aanvraag voor een opneming tot de directie richten, met het verzoek het werk binnen acht dagen na de verzending van die brief op te nemen. Dit heeft Akerbouw gedaan in haar brief van 5 november 2018 (2.46). In deze brief wijst Akerbouw de directievoerder expliciet op de consequentie van het niet voldoen aan het verzoek om een opneming, te weten stilzwijgende goedkeuring.
4.28.
De rechtbank stelt vast dat ook na deze brief geen opneming van het binnenwerk heeft plaatsgevonden. Daarmee treedt het gevolg van § 9 lid 6 UAV in: stilzwijgende goedkeuring van het werk op de achtste dag na verzending van de brief. Dat de advocaat van [gedaagde] bij brief van 12 november 2018 op de brief van Akerbouw heeft gereageerd, doet aan deze conclusie niet af. Beslissend is immers of na de in § 9 lid 6 bedoelde aanvrage een opneming heeft plaatsgevonden, en niet of er een reactie is gekomen op discussiepunten.
(Tussen)conclusie
4.29.
Conclusie uit het bovenstaande is dat het werk, met uitzondering van twee dakkapellen, geacht wordt te zijn goedgekeurd op de achtste dag na verzending van de brief van 5 november 2018, dus op 13 november 2018. Nu Akerbouw in haar brief van 5 november 2018 voor de opleverdatum een langere termijn heeft genomen dan de acht dagen genoemd in § 9 lid 6 UAV, zal de rechtbank uitgaan van die langere termijn. Zodoende stelt de rechtbank vast dat het werk stilzwijgend is goedgekeurd op 19 november 2018.
Inspectie en garantie Terreal als voorwaarde voor oplevering?
4.30.
De rechtbank volgt [gedaagde] niet in haar verweer dat er geen sprake kan zijn van stilzwijgende goedkeuring omdat partijen hadden afgesproken dat er eerst een inspectie van het dak en garantieverstrekking door Terreal zou plaatsvinden, voordat de opleveringsprocedure een aanvang kon nemen. Akerbouw heeft gemotiveerd betwist dat een inspectie en garantieverstrekking door Terreal een voorwaarde was om de opleveringsprocedure te beginnen. Volgens Akerbouw is niet contractueel afgesproken dat Terreal het dak zou inspecteren en een garantie zou afgeven; dit is volgens Akerbouw alleen op een later moment door [gedaagde] gevraagd, waarop Akerbouw mondeling heeft laten weten - uit coulance - bereid te zijn Terreal te benaderen met een verzoek het dak te inspecteren. Bovendien ging het volgens Akerbouw slechts om een productgarantie op de pannen en niet om een garantie op het dak. Terreal heeft het dak geïnspecteerd en heeft de bedoelde garantie op de pannen gegeven. Door het uitblijven van een daadwerkelijke oplevering van het werk is Akerbouw alleen niet in de gelegenheid gesteld om deze verklaring van Terreal aan [gedaagde] te verstrekken, aldus nog steeds Akerbouw.
4.31.
Tegenover deze gemotiveerde betwisting heeft [gedaagde] haar stellingen op dit punt niet nader onderbouwd. Bovendien blijkt nergens uit de stukken dat een garantie van Terreal op het dak een voorwaarde was om de procedure van de opname en oplevering te starten. Waar [gedaagde] aanvoert dat de inspectie en garantieverstrekking door Terreal een voorwaarde was om de opleveringsprocedure te beginnen lijkt zij de opleveringsprocedure, die begint met de opneming, te verwarren met de uit die procedure voortvloeiende oplevering. [gedaagde] heeft bovendien zelf meegewerkt aan een deelopneming op 2 oktober 2018 en dus aan het starten van de opleveringsprocedure. In zijn e-mail van 6 mei 2018 (2.15) heeft de echtgenoot van [gedaagde] ook duidelijk uiteengezet dat de inspectie door Terreal voor de oplevering zal plaatsvinden; hij heeft het in deze e-mail niet over een inspectie voorafgaand aan de opneming. Ook in zijn e-mail van 3 oktober 2018 heeft de echtgenoot van [gedaagde] niet gerept over een verklaring/certificaat van Terreal dat bij de definitieve oplevering moet worden verstrekt.
4.32.
Dat het – zoals Akerbouw stelt - niet ging om een garantie op het dak, maar om een productgarantie op de pannen, wordt eveneens bevestigd in voornoemde e-mail van 6 mei 2018. De echtgenoot van [gedaagde] schrijft daarin immers expliciet dat de inspectie door Terreal bedoeld is om hun 30-jarige garantie op de leipannen af te geven. Pas in zijn e-mail van 3 oktober 2018 schrijft de echtgenoot van [gedaagde] dat in de garantie van Terreal moet staan dat de pannen volgens de voorschriften zijn verwerkt. In reactie daarop heeft Akerbouw in haar e-mail van 19 oktober 2018 gevraagd op basis van welk contractstuk deze eis door [gedaagde] wordt gesteld. Daarop is van de zijde van [gedaagde] nooit een afdoende reactie ontvangen. De rechtbank gaat gezien al het bovenstaande dan ook aan dit verweer voorbij.
Voldoening aanneemsom als voorwaarde voor oplevering?
4.33.
Ook het verweer van [gedaagde] dat geen sprake kan zijn van stilzwijgende goedkeuring van het werk omdat nog niet is voldaan aan de door Akerbouw gestelde voorwaarde dat voor oplevering eerst 100% van de aanneemsom diende te zijn te betaald, gaat niet op. Kennelijk was Akerbouw bereid de opleveringsprocedure in te gaan, ondanks de eerder door haar gestelde voorwaarde dat [gedaagde] moest voldoen aan haar uit de aannemingsovereenkomst voortvloeiende verplichting tot betaling van de termijnfacturen vóór de oplevering. Dit stond uiteraard ter volledige discretie van Akerbouw en kan haar dan ook niet worden tegengeworpen.
Werk niet opnemings- en opleveringsgereed, redelijke uitleg UAV en beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid?
4.34.
[gedaagde] heeft zich voorts op het standpunt gesteld dat er geen sprake kan zijn van een oplevering omdat het werk niet opnemings- en opleveringsgereed was, dat Akerbouw aanstuurde op een (te) snelle oplevering (Akerbouw zou [gedaagde] een oplevering ‘door de strot hebben geduwd’) en dat Akerbouw de door [gedaagde] naar voren gebrachte problemen bagatelliseerde. De rechtbank volgt [gedaagde] hierin niet. [gedaagde] miskent hiermee immers in de eerste plaats dat het op grond van § 9 lid 1 UAV slechts aan de aannemer is om de directie van de opdrachtgever uit te nodigen voor een opneming van het werk ten behoeve van de oplevering. Zelfs als het werk niet opleveringsgereed is, dient een opneming plaats te vinden. Wel staat het de opdrachtgever op grond van § 9 lid 3 UAV op dat moment vrij om het werk af te keuren indien het werk afdoende redenen kent om de goedkeuring te onthouden. Hiertoe is [gedaagde] door Akerbouw in de gelegenheid gesteld. [gedaagde] heeft van deze mogelijkheid echter, met uitzondering van de twee dakkapellen, geen gebruik van gemaakt.
4.35.
Dat Akerbouw ontoelaatbare druk heeft uitgeoefend op [gedaagde] , heeft aangestuurd op een (te) snelle oplevering en de problemen die [gedaagde] naar voren bracht niet serieus nam blijkt bovendien niet uit de gang van zaken. Uit de correspondentie over de opneming en de oplevering blijkt juist dat tussen Akerbouw, [gedaagde] en de directievoerder uitgebreid is gecorrespondeerd over de datum van oplevering en de punten die volgens [gedaagde] moesten worden opgelost. In overleg met [gedaagde] is een eerste datum voor opneming vastgesteld, op 28 september 2018. Kennelijk was ook [gedaagde] dus van oordeel dat het werk opnemingsgereed was. Deze datum is vervolgens op verzoek van [gedaagde] twee maal uitgesteld. Verder hebben partijen, naast de reguliere bouwvergaderingen en verslagen daarvan, in ieder geval vanaf mei 2018 lijsten met aandachtspunten uitgewisseld. Akerbouw is telkens in detail, en waar nodig onder verwijzing naar de verplichtingen uit de aannemingsovereenkomst, op de door [gedaagde] en de directievoerder aangevoerde punten ingegaan. Hierbij heeft Akerbouw telkens uiteengezet wat volgens haar wel en niet onder de aan haar verstrekte opdracht viel en heeft zij in voorkomend geval aangeboden werkzaamheden (aan het dak) als meerwerk uit te voeren op voorwaarde dat daartoe opdracht zou worden gegeven. Volgens [gedaagde] zijn in de aanloop naar de geplande oplevering door partijen slechts voorbeeldproblemen genoemd. Akerbouw heeft dit echter gemotiveerd bestreden en verwijst in dit verband naar de lijstjes die door zowel Akerbouw als de directievoerder zijn gemaakt. Dit zijn volgens Akerbouw wel degelijk uitputtende lijstjes. Tegenover deze gemotiveerde, en met stukken onderbouwde betwisting van Akerbouw, heeft [gedaagde] haar stellingen niet nader onderbouwd, zodat de rechtbank daaraan voorbij zal gaan. Tot slot acht de rechtbank in dit verband van belang dat noch [gedaagde] , noch de directievoerder inhoudelijk is ingegaan op de e-mail van Akerbouw van 19 oktober 2018, waarin Akerbouw gemotiveerd uiteenzet wat volgens haar op dat moment de stand van zaken is en om een inhoudelijke reactie vraagt opdat de nog openstaande punten kunnen worden afgerond. [gedaagde] heeft al met al onvoldoende feiten en omstandigheden gesteld waaruit kan volgen dat Akerbouw heeft aangestuurd op een (te) snelle oplevering en dat Akerbouw de door [gedaagde] naar voren gebrachte punten bagatelliseerde. Voor bewijslevering is daarom geen plaats.
4.36.
Uit het bovenstaande volgt dat ook de verweren van [gedaagde] dat een redelijke uitleg van de UAV meebrengt dat in de omstandigheden van dit geval geen sprake kan zijn van een stilzwijgende oplevering en dat een beroep op stilzwijgende goedkeuring in de omstandigheden van dit geval naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is, niet opgaan. De rechtbank begrijpt de stellingen van [gedaagde] aldus dat zij ook in dit verband aanvoert dat Akerbouw druk uitoefende om tot een snelle oplevering te komen, dat de door [gedaagde] opgeworpen punten bij Akerbouw genoegzaam bekend waren en dat Akerbouw de door [gedaagde] opgeworpen punten bagatelliseerde. Uit het bovenstaande volgt dat de rechtbank wegens onvoldoende onderbouwing daarvan aan deze stellingen voorbij gaat.
4.37.
De rechtbank merkt in dit verband op dat het hier – anders dan [gedaagde] aanvoert - niet om een ‘formeel trucje’ van Akerbouw gaat. Akerbouw is steeds transparant geweest in haar communicatie over de oplevering. Verder is de opleveringsprocedure in de UAV juist geschreven voor gevallen waarin aannemer en opdrachtgever van mening verschillen over de vraag of een werk voldoet aan de aannemingsovereenkomst. Dit om te voorkomen dat partijen, zoals in dit geval ook is gebeurd, in een impasse geraken doordat een van partijen niet meewerkt aan de oplevering. Dat [gedaagde] zich zelf ook bewust was van de toepasselijkheid van de UAV blijkt onder meer uit de e-mail van de echtgenoot van [gedaagde] van 7 juni 2018 (2.25), waarin [gedaagde] zich in verband met de geplande gedeeltelijke ingebruikname van de villa beroept op § 10 UAV.
4.38.
De rechtbank volgt [gedaagde] tot slot ook niet in haar standpunt dat het volgens de UAV bij toepassing van de regeling voor stilzwijgende goedkeuring moet gaan om een opname die eenzijdig geen doorgang heeft gevonden. De tekst van de UAV biedt voor deze opvatting geen grond.
Werk afgekeurd door [gedaagde] ?
4.39.
Ook het verweer van [gedaagde] dat van oplevering geen sprake kan zijn omdat [gedaagde] het werk na alle inspectierondes tijdig en terecht heeft afgekeurd, wordt verworpen. Met uitzondering van de eerder besproken onthouding van goedkeuring aan twee dakkapellen, heeft [gedaagde] op geen enkel moment formeel haar goedkeuring aan het werk onthouden. Dit strookt ook met haar eigen stelling dat geen sprake is geweest van een opneming van het binnenwerk voor een oplevering. Ook de brief van de advocaat van [gedaagde] van 12 november 2018 behelst, anders dan [gedaagde] betoogt, geen onthouding van goedkeuring. In deze brief schrijft de advocaat van [gedaagde] immers enkel dat [gedaagde] haar goedkeuring aan het werk zou onthouden ingeval tot oplevering zou worden overgegaan. De brief vermeldt echter expliciet dat [gedaagde] niet meewerkt aan een oplevering.
De twee dakkapellen waaraan [gedaagde] haar goedkeuring heeft onthouden
4.40.
Met betrekking tot de twee dakkapellen waaraan [gedaagde] haar goedkeuring heeft onthouden, overweegt de rechtbank het volgende. [gedaagde] heeft haar goedkeuring onthouden omdat de dakkapellen volgens haar qua esthetische uitvoering niet voldoen aan het niveau dat [gedaagde] redelijkerwijs heeft mogen verwachten. Op de vraag van Akerbouw aan de directievoerder (bij de al meermaals aangehaalde e-mail van 19 oktober 2018) om duidelijk te maken op basis van welk onderdeel van het contract [gedaagde] haar goedkeuring onthoudt, dus met andere woorden: op welke concrete punten de dakkapellen niet aan de aannemingsovereenkomst beantwoorden, heeft echter noch de directievoerder, noch [gedaagde] of haar advocaat antwoord gegeven. Mede in het licht van de uitgebreide en gedetailleerde correspondentie over het dak en de vele herstel- en aanpassingswerkzaamheden die Akerbouw in de verschillende fases van de bouwwerkzaamheden aan het dak heeft laten uitvoeren, is de rechtbank van oordeel dat [gedaagde] bij het onthouden van haar goedkeuring niet kon volstaan met de enkele mededeling dat de dakkapellen qua esthetische uitvoering niet voldoen. Een en ander maakt dat gesteld, noch gebleken is dat er in het onderhavige geval sprake is van meer dan een eventueel klein gebrek in de zin van § 9 lid 7 UAV. Ondanks het feit dat Akerbouw aan [gedaagde] heeft verzocht om ten aanzien van de dakkappellen meer duidelijkheid te verschaffen, is Akerbouw niet in de gelegenheid gesteld [gedaagde] op dit punt tegemoet te komen en daarna om een heropneming te verzoeken. De rechtbank verbindt daarom geen consequenties aan het onthouden van de goedkeuring door [gedaagde] aan de twee dakkapellen.
Tussenconclusie: oplevering van het gehele werk
4.41.
Uit het bovenstaande volgt dat het gehele werk op 19 november 2018 geacht wordt te zijn goedgekeurd op grond van § 9 UAV en daarom op grond van § 10 lid 1 UAV als opgeleverd wordt beschouwd. Zoals hieronder nader zal worden toegelicht, stuiten hierop veel van de verweren van [gedaagde] in conventie en veel van haar standpunten in reconventie af.
Consequentie oplevering en meerwerk
4.42.
Met de oplevering is het bewijs geleverd dat de aannemer aan zijn verplichtingen heeft voldaan. De opdrachtgever is na de oplevering dan ook de gehele aanneemsom verschuldigd. Aan aansprakelijkheid van de aannemer na de oplevering is § 12 UAV gewijd. Het in § 12 UAV neergelegde uitgangspunt is dat de aannemer na de dag van oplevering niet meer aansprakelijk is voor tekortkomingen aan het werk, tenzij het gaat om verborgen gebreken: aan de aannemer toe te rekenen gebreken die de directie ondanks nauwlettend toezicht tijdens de uitvoering of bij de opneming van het werk redelijkerwijs niet had kunnen onderkennen. Is de aannemer van die gebreken binnen een redelijke termijn na de ontdekking mededeling gedaan, dan blijft de aannemer daarvoor na de oplevering aansprakelijk.
4.43.
Consequentie van de oplevering van het werk is daarom dat [gedaagde] in beginsel de gehele aanneemsom aan Akerbouw verschuldigd is. Tussen partijen staat allereerst als onbetwist vast dat [gedaagde] een bedrag van in totaal € 219.548,21 van de oorspronkelijke aanneemsom onbetaald heeft gelaten. Dit bedrag dient [gedaagde] dan ook aan Akerbouw te betalen.
4.44.
Daarnaast staat tussen partijen als eveneens onbetwist vast dat [gedaagde] een bedrag van in totaal € 136.765,46 aan gefactureerd meerwerk niet heeft betaald. Naar aanleiding van de betwisting door [gedaagde] van de stelling van Akerbouw dat voor (al) dit meerwerk opdracht is gegeven, heeft Akerbouw talloze e-mails overgelegd waaruit akkoordbevindingen door of namens [gedaagde] op de verschillende meerwerkposten blijken. Het had gegeven deze e-mails op de weg van [gedaagde] gelegen haar (blote) betwisting nader te onderbouwen. Nu [gedaagde] dit niet heeft gedaan, gaat de rechtbank aan deze betwisting voorbij. Ook het bedrag gemoeid met het meerwerk, € 136.765,46, zal [gedaagde] dus aan Akerbouw moeten betalen.
Beroep [gedaagde] op verrekening
4.45.
Met betrekking tot het (primaire) beroep van [gedaagde] op verrekening met vervangende schadevergoeding overweegt de rechtbank als volgt. [gedaagde] doet een beroep op verrekening met vervangende schadevergoeding, die Akerbouw volgens [gedaagde] verschuldigd is omdat Akerbouw zou zijn tekortgeschoten in de nakoming van de aannemingsovereenkomst. De rechtbank stelt voorop dat uit hetgeen hierboven is overwogen volgt dat Akerbouw behoudens eventuele aanspraken van [gedaagde] op grond van § 12 UAV (over verborgen gebreken) aan haar verplichtingen uit de aannemingsovereenkomst heeft voldaan. Of [gedaagde] uit hoofde van § 12 UAV (inzake verborgen gebreken) een tegenvordering heeft op Akerbouw is op basis van hetgeen [gedaagde] in deze procedure naar voren heeft gebracht niet eenvoudig vast te stellen, zoals ook blijkt uit hetgeen de rechtbank hierna, in het kader van de reconventionele vorderingen, overweegt; [gedaagde] heeft onvoldoende feiten en omstandigheden gesteld waaruit een dergelijke vordering eenvoudig kan blijken. De rechtbank gaat daarom op grond van artikel 6:136 BW aan het verrekeningsverweer voorbij.
Nakoming en herstel
4.46.
Subsidiair heeft [gedaagde] ten verwere aangevoerd dat zij nakoming van de aannemingsovereenkomst (inclusief de aanvullende afspraak met betrekking tot de inspectie en garantie door Terreal) en herstel van de gebreken wenst. De rechtbank leest hier geen verweer in tegen de vorderingen van Akerbouw. Deze wens van [gedaagde] zal verder aan de orde komen bij de behandeling van de reconventionele vorderingen.
Beroep op opschorting en exceptio non adimpleti contractus
4.47.
Met betrekking tot het meer subsidiaire verweer van [gedaagde] , waarbij [gedaagde] een beroep doet op opschorting op grond van de artikelen 6:52 juncto 6:262 BW in verband met eigen vorderingen op Akerbouw, overweegt de rechtbank als volgt. Zoals hiervoor is overwogen heeft Akerbouw behoudens eventuele aanspraken van [gedaagde] op grond van § 12 UAV (over verborgen gebreken) aan haar verplichtingen uit de aannemingsovereenkomst voldaan. Dat het wat betreft het door [gedaagde] gestelde beroep op opschorting en artikel 6:262 BW om dergelijke verborgen gebreken gaat, laat zich redelijkerwijs niet rijmen met het standpunt van [gedaagde] dat zij zich ook al vóór de oplevering, namelijk op 7 juni 2018 en 17 oktober 2018 - wat daar verder ook van zij - op opschorting heeft beroepen. Zouden de vermeende gebreken inderdaad verborgen zijn geweest, dan zouden zij [gedaagde] op die data immers nog niet bekend zijn geweest. Reeds hierop stuit het beroep van [gedaagde] op opschorting en artikel 6:262 BW af. Bovendien heeft Akerbouw bij brief van haar advocaat van 29 november 2018 (2.51) een rechtsgeldig beroep op opschorting gedaan. De ingebrekestelling namens [gedaagde] bij brief van 16 juli 2019 kon gezien dat feit geen effect sorteren. Op hetgeen partijen verder in dit verband overigens naar voren hebben gebracht, hoeft de rechtbank dus niet in te gaan.
4.48.
Ten overvloede merkt de rechtbank in dit verband op dat [gedaagde] in het licht van hetgeen Akerbouw in haar e-mail van 19 oktober 2018 uiteen heeft gezet bovendien onvoldoende heeft onderbouwd dát en zo ja, in hoeverre het werk gebreken vertoonde.
Voldoen van de volledige aanneemsom in strijd met de redelijkheid en billijkheid?
4.49.
Het meer subsidiaire verweer van [gedaagde] inhoudende dat het moeten voldoen van de volledige aanneemsom in de gegeven omstandigheden in strijd is met de redelijkheid en billijkheid faalt ook. De rechtbank begrijpt de stellingen van [gedaagde] aldus dat zij een beroep doet op de beperkende werking van de redelijkheid en billijkheid als bedoeld in artikel 6:248 lid 2 BW, zodat de vraag aan de orde is of voldoening van de volledige aanneemsom in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Bij toepassing van deze maatstaf dient de nodige terughoudendheid in acht te worden genomen.
4.50.
Uit hetgeen hiervoor is overwogen over de communicatie over de punten die volgens [gedaagde] nog niet op orde waren en de gang van zaken rond de opneming en oplevering volgt dat niet gezegd kan worden dat betaling van de aanneemsom in de gegeven omstandigheden naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is. Ook aan dit verweer gaat de rechtbank daarom voorbij.
Conclusie met betrekking tot de gevorderde hoofdsom van € 356.313,67
4.51.
Uit het bovenstaande volgt dat het gevorderde bedrag van € 356.313,67 in zijn geheel toewijsbaar is. De rechtbank zal dit bedrag dan ook toewijzen.
Gevorderde contractuele rente
4.52.
Akerbouw heeft over het bedrag van € 356.313,67 op grond van § 45 leden 1 en 2 UAV de contractuele rente gevorderd vanaf 24 november 2018, althans vanaf 14 dagen na datum van dit vonnis.
4.53.
Op grond van § 45 lid 1 UAV heeft Akerbouw ingeval [gedaagde] betalingen niet tijdig verricht en de vertraging niet het gevolg is van een omstandigheid waarvoor Akerbouw verantwoordelijk is, aanspraak op vergoeding van wettelijke rente met ingang van de dag, waarop de betaling uiterlijk had moeten geschieden. Op grond van § 45 lid 2 UAV wordt het rentepercentage met 2 verhoogd indien na verloop van twee weken sedert de dag waarop de betaling uiterlijk had moeten geschieden, deze nog niet heeft plaatsgevonden en een nadien door Akerbouw verzonden schriftelijke aanmaning na verloop van veertien dagen evenmin tot betaling heeft geleid.
4.54.
Gesteld noch gebleken is dat de vertraging in de betaling door [gedaagde] het gevolg is van een omstandigheid waarvoor Akerbouw verantwoordelijk is. Als onbetwist staat bovendien vast dat de betalingstermijnen van de onbetaalde facturen op 24 november 2018 waren verstreken. Op grond van § 45 lid 1 UAV is over de gevorderde hoofdsom van € 356.313,67 dus in ieder geval vanaf 24 november 2018 de wettelijke rente verschuldigd.
4.55.
In haar brieven van 23 oktober 2018 respectievelijk 2 november 2018 (beide opgenomen onder (2.45) heeft Akerbouw [gedaagde] herinnerd respectievelijk gesommeerd een bedrag van € 341.158,32 binnen tien respectievelijk zeven dagen na dagtekening van de betreffende brief te betalen. Aangezien [gedaagde] aan deze herinnering en sommatie niet binnen 14 dagen heeft voldaan, is over dit bedrag ook de gevorderde verhoging van de rente vanaf 24 november 2018 toewijsbaar.
4.56.
Het resterende bedrag van € 15.155,35 (corresponderend met de meerwerkfactuur van 9 november 2018) is, nadat de betalingstermijn was verstreken, meegenomen in de sommatie van 29 november 2018 van de advocaat van Akerbouw. Ten tijde van de verzending van deze sommatie was de betalingstermijn evenwel nog niet twee weken verstreken. Voor dit bedrag is dus niet aan de voorwaarden van § 45 lid 2 UAV voldaan. Over dit bedrag is daarom uitsluitend de wettelijke rente, zonder verhoging, toewijsbaar vanaf 24 november 2018.
4.57.
Het bovenstaande leidt tot de conclusie dat over een bedrag van
€ 341.158,32 het wettelijke rentepercentage verhoogd met 2 zal worden toegewezen vanaf 24 november 2018 en over het bedrag van € 15.155,35 de wettelijke rente vanaf 24 november 2018.
Buitengerechtelijke kosten
4.58.
De vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten zal worden afgewezen. Akerbouw heeft niet (voldoende onderbouwd) gesteld dat zij deze kosten daadwerkelijk heeft gemaakt en dat die kosten betrekking hebben op verrichtingen die meer omvatten dan een enkele aanmaning, het enkel doen van een schikkingsvoorstel, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier.
Beslagkosten
4.59.
Ook de vordering tot vergoeding de kosten die gepaard zijn gegaan met het leggen van conservatoir beslag zal worden afgewezen nu Akerbouw deze kosten, zoals [gedaagde] terecht heeft aangevoerd, in zijn geheel niet heeft onderbouwd
Proceskosten
4.60.
[gedaagde] zal als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij worden veroordeeld in de proceskosten in conventie. De kosten aan de zijde van Akerbouw worden begroot op het toegewezen bedrag:
- dagvaarding € 81,83
- griffierecht 4.131,00
- salaris advocaat
4.804,00(2,0 punten × tarief € 2.402,00)
Totaal € 9.016,83
in reconventie
Standpunten [gedaagde]
4.61.
De reconventionele vorderingen van [gedaagde] bouwen voort op en vormen deels een herhaling van haar verweren in conventie. [gedaagde] legt aan haar reconventionele vorderingen ten grondslag dat Akerbouw toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de aannemingsovereenkomst en in verzuim verkeert. Verwijzend naar het [bouwconsultant] rapport en het SKG-IKOB rapport betoogt [gedaagde] dat zij ten gevolge van de tekortkomingen van Akerbouw schade lijdt, welke schade zij op grond van het [bouwconsultant] rapport begroot op € 430.691,10.
4.62.
[gedaagde] verwijst voor de ondeugdelijkheid van het werk naar hetgeen in het rapport van Allround Dakexpert, het [bouwconsultant] rapport en het SKG-IKOB rapport staat over het schilderwerk en het leipannen dak. Behalve wat betreft het schilderwerk en het dak voldoet het werk volgens [gedaagde] ook op de volgende punten niet aan de daaraan te stellen eisen:
  • De uitbouw aan de achterkant van het huis is niet gecentreerd ten opzichte van de bestaande nok, de dakvoeten en goten van de uitbouw zijn hoger dan in de tekening en sluiten niet aan op de bestaande goten, het balkon en de kamer op de eerste verdieping zijn niet haaks en de nokbalk op de tweede verdieping ligt niet in het verlengde van de bestaande nokbalk;
  • De ondervloeren voor het parket en de terrazzo waren in eerste instantie niet vlak genoeg gelegd en Akerbouw heeft zich niet gehouden aan de gemaakte afspraak 50% van de daarmee gemoeide extra kosten van het egaliseren voor haar rekening te nemen;
  • In de kelder is schade door wateroverlast ontstaan (onder andere aan de zwembadpomp), nadat een medewerker van Akerbouw door het slaan van een houten paaltje in de grond een hogedrukleiding had beschadigd;
  • Akerbouw heeft zonder overleg vervuilde grond, die was vrijgekomen bij het uitgraven van de fundering van de garage, in de voortuin gestort;
  • Er zijn diverse gebreken aan ramen, deuren en kozijnen; zo zijn bij de openslaande deuren van het nieuwbouwdeel te korte bochtscharnieren toegepast, is er sprake van tocht bij een van de deuren aan de achterzijde door onvoldoende aansluiting van de tochtwering, zijn de vaste ramen in de woon/keuken kamer niet goed gemaakt omdat er geen sprake is van enge afdichting rondom deze ramen en treedt er door een opening lekkage op bij de dubbele deuren in de ruimte sport en spel. Met laatstgenoemde gebreken is volgens het [bouwconsultant] rapport een schadebedrag van € 2.500,00 inclusief BTW gemoeid.
4.63.
Verder verwijst [gedaagde] naar de onder 4.5 aangehaalde (nadere) opsomming van tekortkomingen en werk dat nog niet af is.
4.64.
[gedaagde] vordert op grond van artikel 6:96 lid 2 sub b BW betaling van kosten van in totaal € 21.520,00 voor het inschakelen van deskundigen. Daarnaast stelt [gedaagde] kosten te hebben gemaakt voor het inschakelen van Allround Dakexpert.
4.65.
[gedaagde] vordert op grond van artikel 6:96 lid 2 sub c BW betaling van buitengerechtelijke incassokosten van € 6.775,00, berekend op grond van het Besluit Staffel Buitengerechtelijke Incassokosten.
4.66.
[gedaagde] doet een beroep op verrekening op grond van artikel 6:127 BW van de door haar gevorderde schadevergoeding met het gedeelte van de aanneemsom dat zij nog niet heeft betaald.
4.67.
[gedaagde] vordert op grond van § 42 lid 2 van de UAV een boete van € 60,00 per dag. Volgens [gedaagde] is er door het gebrekkig leggen van de leipannen en het gebrekkige schilderwerk sprake van een grote vertraging ten opzichte van de geplande datum van oplevering, 28 mei 2018. [gedaagde] vordert betaling van deze boete vanaf 14 juni 2018.
Verweren Akerbouw
4.68.
Akerbouw heeft ten verwere primair aangevoerd dat het werk conform de UAV is afgerond, hetgeen betekent dat [gedaagde] haar aanspraken op Akerbouw heeft verwerkt.
Subsidiair heeft Akerbouw aangevoerd dat het werk conform de aannemingsovereenkomst en goed en deugdelijk is verricht. Ook het schilderwerk is volgens Akerbouw verricht conform het contract en het Sigma/Plug advies. Akerbouw heeft de verschillende door [gedaagde] opgevoerde tekortkomingen betwist. Verder heeft Akerbouw de hoogte van de door [gedaagde] opgevoerde schade betwist.
4.69.
Ook de door [gedaagde] gevorderde boete voor de vermeende te late oplevering heeft Akerbouw bestreden. Volgens Akerbouw is de vertraging in de oplevering een gevolg van het feit dat [gedaagde] (te) laat was met het maken van verschillende keuzes (voor de kleuren) en van het voorstel van de directievoerder om in verband met de problemen van het dak de planning los te laten.
Beoordelingskader: stilzwijgende goedkeuring, oplevering op 19 november 2018 en § 12 UAV
4.70.
Zoals in conventie overwogen, wordt het werk op 19 november 2018 als opgeleverd beschouwd en is met de oplevering het bewijs geleverd dat Akerbouw aan haar verplichtingen heeft voldaan. Akerbouw is in beginsel niet meer aansprakelijk voor tekortkomingen in het werk, met uitzondering van eventuele verborgen gebreken in de zin van § 12 UAV.
4.71.
Wil er sprake zijn van aansprakelijkheid van de aannemer voor verborgen gebreken, dan dient aan de drie in § 12 lid 2 UAV genoemde, cumulatieve eisen te zijn voldaan. Het gebrek moet toe te rekenen zijn aan de aannemer, § 12 lid 2 onderdeel a; het moet ondanks nauwlettend toezicht tijdens de uitvoering dan wel bij de oplevering door de directie niet onderkend kunnen worden, § 12 lid 2 onderdeel b, en de aannemer moet binnen een redelijke termijn na ontdekking mededeling zijn gedaan, § 12 lid 2 onderdeel c.
Van belang is tot slot dat het onder de UAV aan de opdrachtgever is om te bewijzen dat er sprake is van een gebrek, dat dat gebrek verborgen is en dat het gebrek toe te rekenen is aan de aannemer.
4.72.
Tegen deze achtergrond zal de rechtbank de reconventionele vorderingen beoordelen.
De door [gedaagde] aangevoerde tekortkomingen
4.73.
Van de meeste door [gedaagde] aangevoerde tekortkomingen staat op grond van hetgeen partijen over en weer hebben gesteld vast dat ze afstuiten op het vereiste van § 12 lid 2 onder b UAV, inhoudende dat het moet gaan om gebreken die ondanks nauwlettend toezicht tijdens de uitvoering dan wel bij de oplevering door de directie niet onderkend konden worden, hierna ook: verborgen gebreken.
4.74.
Dit geldt in de eerste plaats voor alle door [gedaagde] vóór de oplevering gemelde (vermeende) ondeugdelijkheden. Daarvan staat immers zonder meer vast dat deze vóór de oplevering bij [gedaagde] en haar directie bekend waren. Voor deze (vermeende) tekortkomingen kan Akerbouw dus niet aansprakelijk worden gehouden.
De rechtbank constateert dat over de volgende (vermeende) gebreken tussen partijen en de directievoerder is gesproken en gecorrespondeerd vóór de oplevering, zodat deze gebreken reeds om die reden niet kunnen worden aangemerkt als verborgen gebreken:
- de klachten met betrekking tot het dak als vermeld in het rapport van Allround Dakexpert, dat immers dateert van 29 maart 2018 en de klachten over de wijze waarop het dak (qua esthetische vormgeving) is gelegd;
- de klachten over het schilderwerk;
- de klachten met betrekking tot de scheve uitbouw en maatvoering van de uitbouw;
- de klacht dat de ondervloeren in eerste instantie niet vlak genoeg gelegd waren;
- de klacht dat Akerbouw zonder overleg vervuilde grond, die was vrijgekomen bij het uitgraven van de fundering van de garage, in de voortuin heeft gestort;
- de klacht dat te korte kantelaafscharnieren zijn gebruikt.
4.75.
Voor zover van de door [gedaagde] in deze procedure naar voren gebrachte (vermeende) ondeugdelijkheden niet is gesteld of gebleken dat ze tussen partijen en de directievoerder ter sprake zijn gekomen vóór de oplevering, dient de rechtbank na te gaan of gesteld of gebleken is dat het om aan Akerbouw toe te rekenen gebreken gaat die ondanks nauwlettend toezicht tijdens de uitvoering van het werk dan wel bij de oplevering niet door de directievoerder onderkend konden worden. De rechtbank roept hierbij in herinnering dat het onder de UAV aan de opdrachtgever, dus aan [gedaagde] , is om te bewijzen dat er sprake is van een gebrek, dat dat verborgen is en dat het gebrek toe te rekenen is aan de aannemer. Ook de stelplicht rust voor deze aspecten dus op [gedaagde] .
4.76.
Voor de onder 4.5 genoemde (vermeende) tekortkomingen en werk dat volgens [gedaagde] nog niet af is, geldt dat [gedaagde] van geen van deze punten heeft gesteld dat het om een punt gaat dat [gedaagde] en haar directievoerder ondanks nauwlettend toezicht tijdens de uitvoering dan wel bij de oplevering niet hadden kunnen onderkennen. Ook anderszins is dat in deze procedure niet gebleken, op één uitzondering na. Behoudens deze uitzondering gaat het om punten die voor [gedaagde] en haar directievoerder tijdens de uitvoering dan wel bij de oplevering zichtbaar moeten zijn geweest. Ook deze (vermeende) ondeugdelijkheden en tekortkomingen kunnen dus niet worden aangemerkt als verborgen gebreken in de zin van
§ 12 UAV.
4.77.
De enige (vermeende) tekortkoming uit de onder 4.5 aangehaalde lijst waarvan de rechtbank op basis van hetgeen tot dusverre over en weer is gesteld en aangevoerd moet vaststellen dat [gedaagde] en haar directievoerder deze niet bij nauwlettend toezicht uiterlijk bij de oplevering hadden kunnen onderkennen, is de klacht dat een aantal (naar de rechtbank uit de stellingen van partijen over en weer opmaakt: drie) dakpannen zijn los gekomen. Deze dakpannen zijn immers na de oplevering losgekomen. Dit (vermeende) gebrek wordt ook genoemd in het [bouwconsultant] rapport. De overige in het [bouwconsultant] rapport genoemde punten zijn alle zaken waarvan niet is gesteld en ook niet is gebleken dat deze voor [gedaagde] en haar directievoerder ondanks nauwlettend toezicht tijdens de uitvoering dan wel bij de oplevering niet onderkend konden worden, sterker nog; de betreffende punten zijn tijdens de inspectie door [bouwconsultant] op 5 november 2018, dus voor de oplevering geconstateerd.
4.78.
Ter onderbouwing van haar standpunt dat de loszittende en losgeraakte pannen een gebrek opleveren, heeft [gedaagde] verwezen naar het [bouwconsultant] rapport. Hierin staat dat het gezien het feit dat pannen op diverse plaatsen naar beneden zijn gevallen,
niet aannemelijk[cursivering aangebracht door rechtbank] is dat de bedekking volgens de verwerkingsvoorschriften van de fabrikant/leverancier en volgens de/een verankeringsberekening is aangebracht en dat een controle met rapportage van het dak door een specialist noodzakelijk is. Als uit nader onderzoek blijkt dat de bedekking inderdaad niet volgens de voorschriften is aangebracht, zo vervolgt het [bouwconsultant] rapport, dan zal het dak opnieuw moeten worden gedekt. De rechtbank constateert dat uit het [bouwconsultant] rapport niet blijkt dat er sprake is van een gebrek op dit punt; dat zal volgens het [bouwconsultant] rapport nader moeten worden onderzocht. Ook in het SKG-IKOB rapport leest de rechtbank geen vaststelling van een gebrek op dit punt. Akerbouw heeft op haar beurt gemotiveerd betwist dat op dit punt sprake is van een gebrek. Zij heeft onder verwijzing naar het in mei 2018 opgestelde en vervolgens in de periode mei tot en met september 2018 aan de hand van checklists uitgevoerde plan van aanpak aangevoerd dat de verankering van de dakpannen is uitgevoerd conform de normen van SKG-IKOB. Dat van de tienduizenden pannen op het dak er twee zijn afgebroken en er één is uitgeschoven, kan volgens Akerbouw waarschijnlijk worden verklaard door een vacuüm dat aan de betreffende zijde van het huis tijdens een storm is ontstaan waardoor de pannen zijn gaan klepperen. Dit maakt evenwel niet dat het dak ondeugdelijk zou zijn, aldus Akerbouw. In het licht van de stellingen van Akerbouw had het op de weg van [gedaagde] gelegen nader te onderbouwen dat op dit punt sprake is geweest van een gebrek. Dit heeft [gedaagde] niet gedaan, zodat onvoldoende is gesteld om tot de vaststelling te komen dat sprake is van een verborgen gebrek waarvoor Akerbouw aansprakelijk is.
4.79.
Resteren de (vermeende) gebreken genoemd in het SKG-IKOB rapport, weergegeven onder 2.58. In dit rapport heeft SKG-IKOB het dak getoetst aan Beoordelingsrichtlijnen (hierna: de BRL), Utvoeringsrichtlijnen (hierna: de URL), NEN-normeringen en Nationale Praktijk Richtlijnen (hierna: de NPR). Akerbouw heeft de punten van de slotconclusie van het SKG-IKOB rapport ter gelegenheid van de comparitie van partijen gedetailleerd en gemotiveerd betwist. Hierbij heeft Akerbouw – samengevat – aangevoerd dat de NEN-normeringen en URL waaraan het dak volgens SKG-IKOB niet voldoet geen onderdeel uitmaken van de contractuele verplichtingen tussen Akerbouw en [gedaagde] . Volgens Akerbouw staat in de werkomschrijving, die onderdeel uitmaakt van de contractstukken, dat de leien moeten worden vernieuwd conform de bestaande keramische leien, zodat het bestaande dak de norm was. Dit wordt bevestigd in het verslag van de bouwvergadering van 10 oktober 2017, waarin immers ter sprake is gekomen dat het dak wordt afgewerkt als bestaand. Met betrekking tot de conclusie van SKG-IKOB dat de toegepaste hulpstukken voor de kilkepers en hoekkepers niet geschikt zijn, heeft Akerbouw aangevoerd dat dit punt al tijdens de bouwvergadering van 5 februari 2018 is gemeld en door Akerbouw is geconstateerd en dat hier tijdens de uitvoering veel over is gecorrespondeerd (zie de citaten uit beide bouwverslagen onder 2.8). Akerbouw heeft in dit verband aangevoerd dat zij juist alles in het werk heeft gesteld om het door [gedaagde] en de directievoerder voorgeschreven product passend te maken, waarvoor zij onder meer een specialist heeft ingeschakeld. Tot slot blijkt volgens Akerbouw uit het rapport van SKG-IKOB dat er met het overgrote deel van het dak niets mis is.
4.80.
Wel zullen volgens Akerbouw, nadat [gedaagde] de openstaande vordering heeft voldaan, een deel van de signaleringen over het dak moeten worden geanalyseerd en mogelijk worden hersteld. Dit zal volgens Akerbouw, met de huidige kennis en informatie, betrekking hebben op de ventilatie van het dak.
4.81.
[gedaagde] heeft in reactie op het verweer van Akerbouw aangevoerd dat de NEN-normeringen zijn opgenomen in het Bouwbesluit en dat iedere aannemer zich aan deze normeringen moet houden. Dit heeft Akerbouw, onder verwijzing naar de website van de NEN, gemotiveerd betwist. In het licht van deze gemotiveerde betwisting had het op de weg van [gedaagde] gelegen haar stellingen op dit punt nader te onderbouwen. Dit heeft zij niet gedaan. Zij heeft slechts gesteld dat een aannemer het werk moet afleveren conform het Bouwbesluit en dat een werk dat aan de NEN-normeringen voldoet tevens aan het Bouwbesluit voldoet. Deze redenering gaat evenwel niet op in die zin dat daaruit niet volgt dat een werk dat aan het Bouwbesluit voldoet zonder meer ook aan de NEN-normeringen zou voldoen.
4.82.
Conclusie uit het bovenstaande is dat [gedaagde] in het licht van het gemotiveerde verweer van Akerbouw onvoldoende feiten en omstandigheden heeft gesteld waaruit kan volgen dat de normen en richtlijnen waaraan SKG-IKOB heeft getoetst onderdeel uitmaken van de aannemingsovereenkomst. Ook overigens kan dat op grond van de stukken niet worden vastgesteld. Dit brengt mee dat van de in het SKG-IKOB rapport gesignaleerde punten niet gezegd kan worden dat deze tekortkomingen van Akerbouw in de nakoming van haar verplichtingen uit de aannemingsovereenkomst opleveren, nog afgezien van de vraag of ze als verborgen gebreken, die niet door [gedaagde] en haar directievoerder uiterlijk bij de oplevering hadden kunnen worden opgemerkt bij nauwlettend toezicht, kunnen worden aangemerkt.
4.83.
Uit het bovenstaande volgt dat op grond van hetgeen partijen over en weer hebben gesteld van geen van de door [gedaagde] aangevoerde tekortkomingen kan worden vastgesteld dat het om een verborgen gebrek in de zin van § 12 UAV gaat waarvoor Akerbouw jegens [gedaagde] aansprakelijk is.
Bereidheid Akerbouw tot opname en gezamenlijke analyse ventilatieproblemen
4.84.
De rechtbank merkt in dit verband op dat Akerbouw zich in deze procedure bereid heeft verklaard na betaling van de openstaande facturen eventuele restpunten te verhelpen, voor zover eventuele tekortkomingen onderdeel uitmaken van de aannemingsovereenkomst. Ook heeft Akerbouw tijdens de comparitie van partijen verklaard dat een deel van de door SKG-IKOB gedane signaleringen, met betrekking tot de ventilatie van het dak, nadat de openstaande vordering is voldaan, dient te worden geanalyseerd en mogelijk hersteld. Uiteraard staat niets partijen in de weg hierover een regeling overeen te komen. Het gaat hier evenwel niet om verplichtingen waarvan de rechtbank in deze procedure, op grond van hetgeen over en weer is gesteld, kan vaststellen dat ze juridisch afdwingbaar zijn. Deze toezeggingen van Akerbouw kunnen daarom niet leiden tot toewijzing van enig deel van het door [gedaagde] gevorderde.
Conclusie over de primaire, subsidiaire en meer subsidiaire vorderingen gebaseerd op toerekenbare tekortkomingen Akerbouw
4.85.
Het bovenstaande leidt tot de (tussen)conclusie dat niet is komen vast te staan dat Akerbouw toerekenbaar tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit de aannemingsovereenkomst en in verzuim verkeert, noch dat [gedaagde] in deze procedure voldoende heeft gesteld om tot de conclusie te komen dat sprake is van verborgen gebreken in de zin van § 12 UAV. Dit leidt ertoe dat zowel de primaire en meer subsidiaire vordering tot kosteloos herstel als de subsidiaire vordering tot betaling van schadevergoeding zullen worden afgewezen.
Schade zwembadpomp door beschadiging leiding door slaan piketpaal
4.86.
Voor zover [gedaagde] in deze procedure schade vordert die geleden is door de overstroming in de kelder van de villa als gevolg van het feit dat Akerbouw een leiding heeft geraakt tijdens het slaan van een houten paaltje, overweegt de rechtbank dat [gedaagde] - ondanks uitnodiging daartoe door Akerbouw bij conclusie van antwoord - niet heeft gesteld hoe hoog haar schade door deze gebeurtenis is geweest en ook geen onderbouwing van deze schade heeft gegeven in de vorm van facturen of betaalbewijzen. Hierop stuit dit deel van het gevorderde af. Overigens gaat de rechtbank er – op grond van hetgeen partijen in dit verband tijdens de comparitie van partijen hebben gesteld – vanuit dat partijen hier in onderling overleg uit zullen komen.
Garantie Terreal
4.87.
Uit hetgeen in conventie over de garantie door Terreal is overwogen, volgt dat er geen grond bestaat voor toewijzing van de gevorderde verklaring voor recht dat partijen zijn overengekomen dat Akerbouw voorafgaande aan de opleveringsprocedure een inspectie van Terreal, althans een door Terreal ingeschakelde deskundige, zou regelen om de staat van de dakbedekking te kunnen vaststellen, en de opleveringsinsprocedure vóór die inspectie nog geen aanvang zou nemen.
Verstrekking garanties
4.88.
De vordering strekkende tot het verstrekken van alle garanties met betrekking tot het werk op grond van de aannemingsovereenkomst is naar het oordeel van de rechtbank voorts onvoldoende gespecficeerd; niet is onderbouwd om welke garanties het gaat. Bovendien heeft [gedaagde] bij toewijzing van deze vordering geen belang. De rechtbank heeft namelijk geen reden aan te nemen dat Akerbouw, die zich (conform § 10 lid 1 a UAV) op het standpunt stelt dat het verstrekken van de garanties onderdeel van de oplevering is, geen gevolg zal geven aan deze verplichting, nu de discussie tussen partijen over de vraag of het werk is opgeleverd met hetgeen hiervoor is overwogen is beslecht.
Gevorderde boete wegens te late oplevering
4.89.
Ook de gevorderde boete wegens te late oplevering zal worden afgewezen. Akerbouw heeft onweersproken gesteld dat [gedaagde] de overeengekomen deadlines voor het aanleveren van werktekeningen en het invullen van stelposten niet is nagekomen en dat [gedaagde] tegen de afspraken in derden te werk stelde gedurende de werkzaamheden van Akerbouw. Bovendien heeft de directievoerder nadrukkelijk namens [gedaagde] op 3 april 2018 geschreven dat de planning moest worden losgelaten teneinde een degelijke oplossing voor het dak te realiseren (2.10). Vast staat dat partijen nadien ook intensief en veel hebben gesproken en gecorrespondeerd over het dak en dat Akerbouw veel extra werkzaamheden aan het dak heeft verricht. Verder staat als onbetwist tussen partijen vast dat [gedaagde] sommige keuzes in het geheel niet meer heeft gemaakt. In die omstandigheden kan niet gezegd worden dat de overschrijding van de oorspronkelijk overeengekomen bouwtermijn voor rekening en risico van Akerbouw moet komen. De rechtbank zal de op grond van § 42 lid 2 UAV gevorderde contractuele boete daarom afwijzen.
Buitengerechtelijke kosten en kosten deskundige
4.90.
[gedaagde] heeft betaling gevorderd van de door haar ingeschakelde deskundigen Allround Dakexpert en [bouwconsultant] . Met Akerbouw is de rechtbank van oordeel dat van geen van de opgevoerde kostenposten kan worden gezegd dat zij kosten zijn ter vaststelling van schade en aansprakelijkheid als bedoeld in artikel 6:96 lid 2 sub b BW. Bovendien heeft [gedaagde] , zo merkt de rechtbank ten overvloede op, na de betwisting door Akerbouw dat [gedaagde] deze kosten daadwerkelijk heeft gemaakt, daarvan geen betaalbewijzen overgelegd.
Conclusie
4.91.
Conclusie uit het bovenstaande is dat alle vorderingen van [gedaagde] in reconventie zullen worden afgewezen.
Proceskosten
4.92.
[gedaagde] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Akerbouw worden begroot op:
- salaris advocaat €
3.099,00(2,0 punten × factor 0,5 × tarief € 3.099,00)
Totaal € 3.099,00

5.De beslissing

De rechtbank
in conventie
5.1.
veroordeelt [gedaagde] om aan Akerbouw te betalen een bedrag van € 356.313,67 (driehonderdzesenvijftig duizenddriehonderddertien euro en zevenenzestig eurocent), vermeerderd met de contractuele rente zijnde de wettelijke rente plus 2% per jaar over het bedrag van € 341.158,32 met ingang van 24 november 2018 tot de dag van volledige betaling en met de wettelijke rente over het bedrag van € 15.155,35 vanaf 24 november 2018 tot de dag van volledige betaling,
5.2.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van Akerbouw tot op heden begroot op € 9.016,83, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de veertiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.3.
verklaart dit vonnis in conventie tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.4.
wijst het meer of anders gevorderde af,
in reconventie
5.5.
wijst de vorderingen af,
5.6.
veroordeelt [gedaagde] in de proceskosten, aan de zijde van Akerbouw tot op heden begroot op € 3.099,00, te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in art. 6:119 BW over dit bedrag met ingang van de veertiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling,
5.7.
verklaart dit vonnis in reconventie wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad,
in conventie en in reconventie
5.8.
veroordeelt [gedaagde] in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 246,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat [gedaagde] niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 82,00 aan salaris advocaat en de explootkosten van betekening van de uitspraak,
5.9.
verklaart dit vonnis in conventie en in reconventie ook wat betreft de nakostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.M. Wamsteker en in het openbaar uitgesproken op 22 april 2020. [1]

Voetnoten

1.type: