Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[passagier sub 1] , wonende te [woonplaats]
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
- € 2.800,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 16 augustus 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 544,50 dan wel € 490,05 aan buitengerechtelijke incassokosten, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 8 september 2018;
- de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
4.Het verweer
5.De beoordeling
birdstrike on random(…)”. Als gevolg van de birdstrike diende het toestel verplicht te worden geïnspecteerd. Uit de inspectie bleek het volgende: “
found several bolts of radome crosshead in poor condition”. De schade aan het toestel moest worden verholpen voordat het verdere vluchten kon uitvoeren. Door de verplicht uit te voeren inspecties en het herstellen van de schade is vlucht CND213 met vertraging uitgevoerd. Toestel PH-CDF kon als gevolg van deze birdstrike niet worden ingezet om de onderhavige vlucht uit te voeren. Het gaat hier om een buitengewone omstandigheid (een onverwacht vliegveiligheidsprobleem), die ondanks het treffen van alle redelijke maatregelen niet voorkomen had kunnen worden, aldus nog steeds Corendon.
Omdat het subsidiair gevorderde bedrag niet hoger is dan het volgens het Besluit berekende tarief, zullen de gevorderde buitengerechtelijke incassokosten worden toegewezen.
6.De beslissing
griffierecht € 226,00;
salaris gemachtigde € 420,00;
veroordeelt Corendon tot betaling van € 105,00 aan nakosten, voor zover daadwerkelijk nakosten door de passagiers worden gemaakt en veroordeelt Corendon tot betaling van de wettelijke rente over alle proceskosten vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekenis van dit vonnis;