Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 1 mei 2020 in de zaak tussen
[eiseres] , eiseres
[derde belanghebbende], te [woonplaats] (Turkije), gemachtigde: [naam 1] .
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 1 mei 2020 uitspraak gedaan in een beroep van de werkgever tegen de voortzetting van de WIA-uitkering van een werkneemster. De werkneemster was sinds 25 april 2013 ziek en had recht op een WGA-uitkering, maar het Uitvoeringsinstituut werknemersverzekeringen (UWV) besloot op 1 november 2017 dat zij met ingang van 2 januari 2018 geen recht meer had op deze uitkering, omdat zij minder dan 35% arbeidsongeschikt werd geacht. Na bezwaar van de werkneemster heeft het UWV het primaire besluit herroepen en haar arbeidsongeschiktheid vastgesteld op 43,21%. De werkgever heeft hiertegen beroep ingesteld, waarbij zij aanvoerde dat het verzekeringsgeneeskundige onderzoek niet voldeed aan de kwaliteitseisen en dat de FML (Functionele Mogelijkhedenlijst) geen reëel beeld gaf van de belastbaarheid van de werkneemster.
Tijdens de zitting op 21 maart 2019 heeft de rechtbank het onderzoek geschorst en partijen de gelegenheid gegeven om nadere stukken in te dienen. De rechtbank heeft uiteindelijk geoordeeld dat de medische grondslag van het bestreden besluit deugdelijk was en dat de functies die aan de werkneemster waren geduid, binnen haar belastbaarheid vielen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzekeringsarts bezwaar en beroep voldoende gemotiveerd heeft waarom een urenbeperking van 4 uur per dag en 20 uur per week aan de orde was, en dat de werkneemster geen toestemming had gegeven voor kennisname van haar medische gegevens door de werkgever.
De rechtbank heeft het beroep van de werkgever ongegrond verklaard en geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan in aanwezigheid van de griffier en is niet openbaar uitgesproken vanwege coronamaatregelen. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken hoger beroep worden ingesteld bij de Centrale Raad van Beroep.