Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Procedure
- de medische verklaring van 16 april 2020;
- het zorgplan van 31maart 2020;
- de bevindingen van de geneesheer-directeur van 28 april 2020.
- betrokkene, bijgestaan door zijn advocaat;
- [sociaal psychiatrisch verpleegkundige] , sociaal psychiatrisch verpleegkundige.
2.Beoordeling
- levensgevaar;
- ernstige psychische schade;
- ernstige materiële schade;
- acute maatschappelijke teloorgang;
- dat betrokkene met hinderlijk gedrag agressie van een ander oproept;
- de algemene veiligheid van personen of goederen is in gevaar.
- het toedienen van medicatie, alsmede het verrichten van medische controles of andere medische handelingen en therapeutische maatregelen, ter behandeling van een psychische stoornis, dan wel vanwege die stoornis, ter behandeling van een somatische aandoening;
- het uitoefenen van toezicht op betrokkene;
- het aanbrengen van beperkingen in de vrijheid het eigen leven in te richten, die tot gevolg hebben dat betrokkene iets moet doen of nalaten, waaronder het gebruik van communicatiemiddelen (dit ziet op het nakomen van afspraken met de GGZ).
- opnemen in een accommodatie (alleen in crisissituaties bij ernstige ontregeling);
- het beperken van bewegingsvrijheid (alleen bij opname);
- het insluiten van betrokkene (alleen bij opname).
3.Beslissing
18 november 2020.