ECLI:NL:RBNHO:2020:4650
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Toekenning uitkering Schadefonds Geweldsmisdrijven en bezwaar tegen besluit
In deze uitspraak van de Rechtbank Noord-Holland, gedaan op 18 juni 2020, betreft het een geschil tussen eiser, een slachtoffer van mishandeling, en de Commissie Schadefonds Geweldsmisdrijven. Eiser had op 2 september 2019 een uitkering van € 1.115,- toegekend gekregen uit het Schadefonds, maar was het niet eens met het besluit van 29 oktober 2019 waarin zijn bezwaar ongegrond werd verklaard. Eiser had eerder, op 16 november 2016, een aanvraag ingediend voor een uitkering, die destijds was afgewezen omdat niet voldoende aannemelijk was dat hij slachtoffer was van een opzettelijk gepleegd geweldsmisdrijf. Na een herzieningsverzoek in 2019 werd de aanvraag opnieuw beoordeeld, maar de hoogte van de uitkering werd vastgesteld op basis van de beleidsbundel en letsellijst van 1 juli 2019. Eiser betoogde dat verweerder ten onrechte naar deze letsellijst had verwezen, aangezien zijn aanvraag dateerde van 2016. De rechtbank oordeelde echter dat de verwijzing naar de letsellijst van 1 juli 2019 terecht was, omdat de heroverweging van het bestreden besluit moest plaatsvinden op basis van de feiten en omstandigheden op het moment van de heroverweging. De rechtbank concludeerde dat de hoogte van de uitkering niet zou veranderen, ongeacht welke letsellijst werd toegepast, omdat het letsel van eiser in alle relevante lijsten onder letselcategorie 2 viel. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd.