Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
ING Commercial Finance BV
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft ING Commercial Finance BV een vordering ingesteld tegen [gedaagde] wegens onbetaalde facturen voor goederen die door Twinlife Europe B.V. aan [gedaagde] zijn geleverd. De vordering is ingesteld op 15 oktober 2019, en na een zitting op 4 maart 2020, waarin beide partijen hun standpunten hebben toegelicht, heeft de kantonrechter op 1 april 2020 uitspraak gedaan. ING Commercial Finance vordert een totaalbedrag van € 4.989,78, inclusief buitengerechtelijke kosten en rente, omdat [gedaagde] de facturen niet heeft betaald. [gedaagde] betwist de vordering en stelt dat hij de goederen niet heeft aangenomen, omdat deze te laat en beschadigd zijn geleverd. De kantonrechter heeft vastgesteld dat [gedaagde] geen bewijs heeft geleverd voor zijn stelling dat hij de zending heeft geweigerd. ING Commercial Finance heeft een Track and Trace bericht overgelegd waaruit blijkt dat de zending is aangeboden. De kantonrechter oordeelt dat de enkele weigering om de goederen in ontvangst te nemen [gedaagde] niet ontslaat van zijn betalingsverplichting. De vordering van ING Commercial Finance wordt toegewezen, inclusief de gevorderde buitengerechtelijke kosten en rente. De proceskosten worden ook aan [gedaagde] opgelegd, omdat hij ongelijk krijgt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad.