ECLI:NL:RBNHO:2020:5765

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
15 juli 2020
Publicatiedatum
29 juli 2020
Zaaknummer
8312364
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toewijzing van proceskosten na betaling van huurachterstand in een huurgeschil

In deze zaak heeft de stichting De Woonschakel Westfriesland (hierna: De Woonschakel) een vordering ingesteld tegen de besloten vennootschap Financiële en Maatschappelijke Dienstverlening B.V. (hierna: de bewindvoerder), die optreedt als bewindvoerder over de goederen van een huurder. De vordering betreft een huurachterstand van € 564,64, vermeerderd met rente en kosten, die De Woonschakel heeft ingediend na herhaaldelijke betalingsproblemen van de huurder. De huurder had een huurprijs van € 572,80 per maand en was in gebreke gebleven met betalingen, ondanks een eerder getroffen betalingsregeling.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de huurder de gevorderde huurachterstand, inclusief rente en kosten, tijdens de procedure heeft betaald. De enige resterende vraag was of de bewindvoerder q.q. veroordeeld moest worden tot betaling van de proceskosten. De Woonschakel stelde dat de betalingen die zij ontving, correct waren toegerekend aan de lopende huur, en dat de bewindvoerder geen nieuwe incassokosten verschuldigd was. De kantonrechter oordeelde dat de toerekening van betalingen door De Woonschakel niet nadelig was voor de huurder en dat het verweer van de bewindvoerder faalde.

Uiteindelijk heeft de kantonrechter de bewindvoerder q.q. veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die zijn vastgesteld op een totaalbedrag van € 844,09, inclusief dagvaarding, griffierecht en salaris van de gemachtigde. Dit vonnis is uitgesproken door mr. M. Flipse op 15 juli 2020 en is uitvoerbaar bij voorraad.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Team Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 8312364 CV EXPL 20-534
Uitspraakdatum: 15 juli 2020
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de stichting Stichting De Woonschakel Westfriesland
gevestigd te Medemblik
eiseres
verder te noemen: De Woonschakel
gemachtigde: M.G. Lasonder
tegen
de besloten vennootschap Financiële en Maatschappelijke Dienstverlening B.V.in haar hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen van
[rechthebbende]
gevestigd te Hoorn
gedaagde
verder te noemen: de bewindvoerder q.q. dan wel [rechthebbende]
gemachtigde: mr. M. Heimensem
[toevoeging verleend aan [rechthebbende] onder nummer 4O56541]

1.Het procesverloop

1.1.
De Woonschakel heeft bij dagvaarding van 30 januari 2020 een vordering tegen [rechthebbende] ingesteld. [rechthebbende] heeft schriftelijk geantwoord. De Woonschakel heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna [rechthebbende] een schriftelijke reactie heeft gegeven.

2.De feiten

2.1.
De Woonschakel verhuurt aan [rechthebbende] de woning aan het adres [woning] tegen een huurprijs van € 572,80 per maand.
2.2.
[rechthebbende] heeft verschillende malen een huurachterstand laten ontstaan. Zo ook in oktober 2019. Op 11 november 2019 hebben partijen hiervoor een betalingsregeling getroffen. Die regeling is [rechthebbende] niet nagekomen.
2.3.
Bij beslissing van de rechtbank Noord-Holland van 4 mei 2020 zijn de goederen van [rechthebbende] onder bewind gesteld met benoeming van Financiële en Maatschappelijke Dienstverlening B.V. tot bewindvoerder.

3.De vordering

3.1.
De Woonschakel vordert dat de kantonrechter [rechthebbende] veroordeelt tot betaling van € 564,64, vermeerderd met rente en kosten.
3.2.
De Woonschakel legt aan de vordering ten grondslag – kort weergegeven – dat [rechthebbende] zijn verplichtingen uit de huurovereenkomst en de nadien gesloten betalingsregeling niet is nagekomen.

4.Het verweer

4.1.
[rechthebbende] betwist de vordering. Hij voert aan – samengevat – dat De Woonschakel de betalingen die hij in de loop der tijd heeft gedaan onjuist heeft toegerekend als bedoeld in artikel 6:43 e.v. BW. Wanneer De Woonschakel de betalingen van [rechthebbende] had toegerekend aan de oudste maand waarover de huur was verschuldigd, was de procedure niet nodig geweest.

5.De beoordeling

5.1.
De kantonrechter begrijpt uit hetgeen de advocaat van [rechthebbende] hierover in de conclusie van dupliek heeft geschreven, dat hij deze conclusie namens de bewindvoerder van [rechthebbende] heeft genomen. Het is daarom niet nodig om de procedure aan te houden, om De Woonschakel in de gelegenheid te stellen de bewindvoerder van [rechthebbende] in het geding op te roepen. De kantonrechter houdt het er voor dat de bewindvoerder q.q. het geding als formele procespartij heeft overgenomen. De aanhef van dit vonnis is hierop aangepast.
5.2.
Uit de processtukken volgt voorts dat [rechthebbende] de gevorderde huurachterstand inclusief rente en kosten tijdens de procedure aan De Woonschakel is betaald. Aan de orde is alleen nog of de bewindvoerder q.q. moet worden veroordeeld in de proceskosten. De Woonschakel heeft haar vordering voor het overige verminderd.
5.3.
De Woonschakel heeft naar aanleiding van het verweer van [rechthebbende] gesteld dat zij de betalingen die zij lopende de procedure van [rechthebbende] ontving heeft afgeboekt op de lopende huur, zodat [rechthebbende] daarvoor geen nieuwe incassokosten verschuldigd zou zijn. De proceskosten in de onderhavige procedure waren al gemaakt; afboeken van betalingen op het gevorderde tijdens de procedure zou geen verschil hebben gemaakt. De bewindvoerder q.q. dan wel [rechthebbende] hebben bij conclusie van dupliek niet betwist dat de door De Woonschakel toegepaste toerekening van zijn betalingen voor [rechthebbende] niet nadelig is geweest. Daarmee faalt dit verweer bij gebrek aan belang.
5.4.
De conclusie is dat de kantonrechter de door De Woonschakel gevorderde proceskosten zal toewijzen.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
veroordeelt de bewindvoerder q.q. tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van De Woonschakel tot en met vandaag vaststelt op:
dagvaarding € 105,09
griffierecht € 499,00
salaris gemachtigde € 240,00
6.2.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Flipse en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter