ECLI:NL:RBNHO:2020:5766
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid werkgever voor schade door mishandeling werknemer
In deze zaak heeft Koffiebranderij G. Peeze B.V. (hierna: Peeze) een vordering ingesteld tegen een gedaagde, die als ex-partner van de vriendin van een werknemer van Peeze, deze op 20 oktober 2019 heeft mishandeld. De werknemer, hierna aangeduid als [werknemer], was als accountmanager in dienst bij Peeze en is als gevolg van de mishandeling arbeidsongeschikt geraakt van 21 oktober 2019 tot 23 januari 2020. Peeze heeft het salaris van [werknemer] doorbetaald en zich ingespannen voor zijn re-integratie. Peeze vordert nu schadevergoeding van de gedaagde, die aansprakelijk zou zijn voor de schade die voortvloeit uit de mishandeling.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de vorderingen van Peeze niet ongegrond of onrechtmatig zijn. De gedaagde heeft geen inhoudelijk verweer gevoerd. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de gedaagde aansprakelijk is voor de schade die Peeze heeft geleden als gevolg van de mishandeling van [werknemer]. De kantonrechter heeft de gedaagde veroordeeld tot betaling van een totaalbedrag van € 8.155,79 aan Peeze, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 28 februari 2020. Daarnaast is de gedaagde veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die door de kantonrechter zijn vastgesteld.
Het vonnis is uitgesproken door kantonrechter M. Flipse op 12 augustus 2020 in het openbaar, waarbij de griffier aanwezig was. De vordering voor kosten van rechtsbijstand is afgewezen, omdat deze al onder de proceskostenveroordeling valt. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard, met uitzondering van de overige vorderingen die zijn afgewezen.