ECLI:NL:RBNHO:2020:6636

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
15 juli 2020
Publicatiedatum
27 augustus 2020
Zaaknummer
7946539 \ CV EXPL 19-11060
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Compensatie voor vertraging van vlucht en de toepassing van buitengewone omstandigheden

In deze zaak heeft de passagier een vordering ingesteld tegen Austrian Airlines wegens compensatie voor vertraging van haar vlucht van Amsterdam naar Sarajevo op 3 mei 2019. De passagier had een vervoersovereenkomst met Austrian Airlines en miste haar overstap in Wenen door een vertraging van 37 minuten van de eerste vlucht. De passagier vorderde een schadevergoeding van € 250,00 op basis van de Verordening (EG) nr. 261/2004, die compensatie regelt voor luchtreizigers bij vertragingen.

Austrian Airlines betwistte de vordering en voerde aan dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk een opgelegde CTOT (Calculated Take Off Time) door de luchtverkeersleiding, die de uitvoering van de vlucht beïnvloedde. De kantonrechter oordeelde dat de passagier in eerste instantie niet aan haar substantiëringsplicht had voldaan, maar dat dit in de repliek was hersteld. De rechter concludeerde dat de vertraging van de vlucht OS 374 inderdaad het gevolg was van buitengewone omstandigheden, en dat Austrian Airlines alle redelijke maatregelen had getroffen om de vertraging te beperken.

Uiteindelijk werd de vordering van de passagier afgewezen, en werd zij veroordeeld in de proceskosten. De kantonrechter oordeelde dat de passagier niet in haar recht stond, omdat de vertraging niet te wijten was aan nalatigheid van de luchtvaartmaatschappij, maar aan omstandigheden buiten hun controle. Dit vonnis benadrukt de toepassing van de Europese regelgeving omtrent luchtreizen en de verantwoordelijkheden van luchtvaartmaatschappijen in geval van vertragingen.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 7946539 \ CV EXPL 19-11060
Uitspraakdatum: 15 juli 2020
Vonnis in de zaak van:
[de passagier]
wonende te [woonplaats]
eiseres
hierna te noemen de passagier
gemachtigde mr. D.E. Lof
tegen
de buitenlandse rechtspersoon
Austrian Airlines Aktiengesellschaft
gevestigd te Wenen (Oostenrijk), mede kantoorhoudende te Schiphol (gemeente Haarlemmermeer
gedaagde
hierna te noemen Austrian Airlines
gemachtigde mr. E.C. Douma

1.Het procesverloop

1.1.
De passagier heeft bij dagvaarding van 20 juni 2019 een vordering tegen Austrian Airlines ingesteld. Austrian Airlines heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
De passagier heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna Austrian Airlines een schriftelijke reactie heeft gegeven. De passagier heeft vervolgens nog een akte genomen.

2.De feiten

2.1.
De passagier heeft met Austrian Airlines een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan Austrian Airlines de passagier diende te vervoeren van Amsterdam, via Wenen (Oostenrijk), naar Sarajevo (Bosnië en Herzegovina) op 3 mei 2019 met vluchten OS 374 en OS 759, hierna: de vlucht.
2.2.
Volgens de planning zou vlucht OS 374 naar Wenen om 17:45 uur lokale tijd vertrekken en om 19:40 uur lokale tijd arriveren. Dit zou de passagier 40 minuten geven om over te stappen op vlucht OS 759, welke om 20:20 uur lokale tijd zou vertrekken en 21:30 uur lokale tijd zou landen te Sarajevo.
2.3.
Vlucht OS 374 is met een vertraging van 37 minuten uitgevoerd. De passagier heeft haar overstap te Wenen gemist. De passagier is omgeboekt naar vluchten JP 825 en JP 700 en is op 4 mei 2019 om 13:26 uur lokale tijd gearriveerd op eindbestemming Sarajevo.
2.4.
De passagier heeft compensatie van Austrian Airlines gevorderd in verband met voornoemde vertraging.
2.5.
Austrian Airlines heeft geweigerd tot betaling over te gaan.

3.De vordering

3.1.
De passagier vordert dat Austrian Airlines bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis veroordeeld zal worden tot betaling van:
- € 250,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 3 mei 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 37,50 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- de proceskosten, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf veertien dagen na dagtekening van het vonnis, indien voldoening niet binnen die termijn plaatsvindt.
3.2.
De passagier heeft aan de vordering ten grondslag gelegd de Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van de verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: de Verordening) en de daarop betrekking hebbende rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof). De passagier stelt dat Austrian Airlines vanwege de vertraging van de vlucht gehouden is de passagier te compenseren conform artikel 7 van de Verordening tot een bedrag van € 250,00.

4.Het verweer

4.1.
Austrian Airlines betwist de vordering. Allereerst heeft Austrian Airlines aangevoerd dat de passagier niet heeft voldaan aan haar substantiëringsplicht. Volgens Austrian Airlines had de passagier minimaal moeten stellen hoe, met welke vluchten en hoe laat zij in Sarajevo is aangekomen om aan deze plicht te voldoen. Daarnaast doet Austrian Airlines een beroep op (doorwerking van) buitengewone omstandigheden.
4.2.
De vlucht OS 374 is onderdeel van een rotatievlucht (OS 373/OS 374). Als de voorgaande vlucht OS 373 niet tijdig wordt uitgevoerd, werkt de vertraging van die vlucht door op vlucht OS 374. Austrian Airlines heeft aangevoerd dat de voorgaande vlucht OS 373 vertraagd is uitgevoerd als gevolg van een besluit van de luchtverkeersleiding. De vlucht kreeg meermaals een nieuwe CTOT toegewezen op grond van vertragingscode 83 (‘ATFM due to restriction at destination airport’), stelt Austrian Airlines, hetgeen een vertraging in de uitvoering van 21 minuten opleverde. De CTOT zou specifiek zijn opgelegd aan vlucht OS 373. De vertraging heeft voor 16 minuten doorgewerkt op de onderhavige vlucht, aldus Austrian Airlines. Zij stelt vervolgens dat ook vlucht OS 374 meermaals een nieuwe CTOT kreeg toegewezen, ditmaal op grond van vertragingscode 82 (‘ATFM due to ATC staff/equipment en-route’), waardoor de vlucht met een vertraging van 37 minuten is uitgevoerd. Austrian Airlines beroept zich op (doorwerking van) buitengewone omstandigheden; zij moest bij het uitvoeren van zowel de direct voorgaande als de onderhavige vlucht gevolg geven aan de instructies van de luchtverkeersleiding. Austrian Airlines stelt dat zij geen invloed kan uitoefenen op beslissingen van de luchtverkeersleiding en dat zij de vertraging van vlucht OS 373 en vlucht OS 374 en daarmee het missen van de overstap op vlucht OS 759 niet kon voorkomen. Austrian Airlines voert voorts aan dat zij alle redelijke maatregelen heeft getroffen en heeft de passagier op de eerstvolgende beschikbare vlucht naar de eindbestemming geboekt.

5.De beoordeling

5.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
5.2.
Allereerst zal de kantonrechter het verweer van Austrian Airlines ten aanzien van de substantiëringsplicht van de passagier beoordelen. Dit verweer slaagt niet. Voor zover de passagier in de dagvaarding niet aan de substantiëringsplicht heeft voldaan, is dat in de repliek hersteld. Austrian Airlines is hierdoor niet in haar procesbelang geschaad, nu het voor haar zonder meer duidelijk was waartegen zij zich moest verweren en zij ook reeds in de conclusie van antwoord inhoudelijk verweer tegen de vordering heeft gevoerd.
5.3.
Vast staat dat de passagier met een vertraging van meer dan drie uur is aangekomen op de eindbestemming Sarajevo, zodat Austrian Airlines op grond van de Verordening in beginsel gehouden is de compensatie als bedoeld in de Verordening te voldoen. Dit is anders indien zij kan aantonen dat de vertraging het gevolg is van buitengewone omstandigheden als bedoeld in artikel 5 lid 3 van de Verordening. Gelet op het arrest Wallentin-Hermann (C-549/07) van het Hof van 22 december 2008 dient een luchtvaartmaatschappij in het voorkomende geval aan te tonen dat zij zelfs met de inzet van alle beschikbare materiële en personeelsmiddelen de buitengewone omstandigheden kennelijk niet had kunnen vermijden – behoudens indien zij op het relevante tijdstip onaanvaardbare offers uit het oogpunt van de mogelijkheden van haar onderneming had gebracht – dat de buitengewone omstandigheden waarmee zij werd geconfronteerd tot de langdurige vertraging van de vlucht leidden.
5.4.
De kantonrechter oordeelt als volgt. Uit de door Austrian Airlines overgelegde vluchtrapporten van vluchten OS 373 en OS 374 blijkt dat het toestel steeds een nieuwe CTOT opgelegd kreeg van de luchtverkeersleiding. Reden hiervoor was bij vlucht OS 373 de drukte op de luchthaven van bestemming (vertragingscode 83) en bij vlucht OS 374 een capaciteitsrestrictie (vertragingscode 82). Vlucht OS 374 is hierdoor met een vertraging van 37 minuten uitgevoerd. Wanneer een vlucht een CTOT opgelegd krijgt, heeft deze vlucht niet de mogelijkheid toch eerder te vertrekken. Een CTOT moet immers altijd worden opgevolgd. Niet is gebleken dat de luchtverkeersleiding de CTOT heeft opgelegd door toedoen van Austrian Airlines. Naar het oordeel van de kantonrechter is in dit geval de opgelegde CTOT dan ook aan te merken als een buitengewone omstandigheid. Een CTOT is immers niet inherent aan de normale bedrijfsuitvoering en ligt buiten de macht van een luchtvaartmaatschappij. De vertraging van vlucht OS 373 is derhalve het gevolg van een buitengewone omstandigheid.
5.5.
De vraag die vervolgens voorligt is of voornoemde buitengewone omstandigheid doorwerkt naar de vlucht in kwestie. De onderhavige vlucht OS 374 is onderdeel van de rotatievlucht OS 373/OS 374. Een vertraging die zich voordoet in het eerste gedeelte van de rotatie kan invloed hebben op het tweede deel van de rotatie. In dit geval is voldoende gebleken dat Austrian Airlines voldoende reservetijd had gepland tussen de twee vluchten. Vlucht OS 373 is vertraagd uitgevoerd als gevolg van een buitengewone omstandigheid. Als gevolg van deze buitengewone omstandigheid heeft vlucht OS 374 een vertrekvertraging van 16 minuten opgelopen. Dit blijkt uit de in het vluchtrapport opgenomen vertragingscode 93. Gelet daarop is de kantonrechter van oordeel dat de buitengewone omstandigheid die zich heeft voorgedaan tijdens de uitvoering van vlucht OS 373 doorwerkt naar de vlucht in kwestie.
5.6.
Voldoende gebleken is dat de uiteindelijke vertraging van de passagier van meer dan drie uur op de eindbestemming het directe gevolg is geweest van de vertraagde uitvoering van vlucht OS 374. De passagier heeft immers door deze vertraging de overstap op de aansluitende vlucht OS 759 gemist. De vertraging van de passagier is dan ook het gevolg van buitengewone omstandigheden.
5.7.
Voorts dient de vraag te worden beantwoord of Austrian Airlines alle redelijke maatregelen heeft getroffen om de vertraging van de passagier te voorkomen dan wel te beperken. De vertragingen die de voorgaande en de onderhavige vlucht opliepen vanwege bovengenoemde buitengewone omstandigheden bedragen tezamen minstens 27 minuten. De geplande overstaptijd te Wenen was 40 minuten, waar de minimum overstaptijd ter plaatse 25 minuten bedraagt. Hoewel de ingeplande reservetijd van 15 minuten door de kantonrechter als summier wordt gekwalificeerd, was vlucht OS 374 dusdanig vertraagd dat ook een ruimere reservetijd niet had volstaan. Austrian Airlines heeft de passagier omgeboekt naar een andere vlucht. Daarmee behoeven tevens de overige mogelijke vertragingsoorzaken van vlucht OS 373 en OS 374 geen bespreking meer; de overstap was ten gevolge van eerdergenoemde buitengewone omstandigheden al ruimschoots niet meer haalbaar. Hoewel de passagier aanvoert dat er mogelijk eerdere vluchten naar Sarajevo beschikbaar zouden zijn, wordt dit verweer door Austrian Airlines voldoende gemotiveerd betwist. In de gegeven omstandigheden kon er niet meer van Austrian Airlines worden gevergd. Austrian Airlines heeft dan ook alle redelijke maatregelen getroffen om de vertraging van de passagier zo veel mogelijk te beperken.
5.8.
Gelet op het voorgaande zal de vordering van de passagier worden afgewezen.
5.9.
Als de in het ongelijk gestelde partij zal de passagier worden veroordeeld in de kosten van de procedure.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
wijst de vordering af;
6.2.
veroordeelt de passagier tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor Austrian Airlines worden vastgesteld op een bedrag van € 144,00 aan salaris van de gemachtigde van Austrian Airlines;
6.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.N. Schipper, kantonrechter en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter