ECLI:NL:RBNHO:2020:6702

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
15 juli 2020
Publicatiedatum
31 augustus 2020
Zaaknummer
7821141 CV EXPL 19-7807
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Compensatie voor vertraging van vlucht door luchtvaartmaatschappij in verband met buitengewone omstandigheden

In deze zaak hebben drie passagiers een vordering ingesteld tegen Swiss International Air Lines A.G. wegens compensatie voor vertraging van hun vlucht op 17 juni 2018. De passagiers vorderden een schadevergoeding van € 750,00 per persoon, vermeerderd met wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten, op basis van de Verordening (EG) nr. 261/2004. De passagiers hadden een vervoersovereenkomst met Swiss voor een vlucht van Amsterdam naar Zürich en vervolgens naar Lugano. Door een vertraging van vlucht LX729, die meer dan drie uur duurde, misten zij hun aansluitende vlucht en arriveerden zij met aanzienlijke vertraging op hun eindbestemming.

Swiss betwistte de vordering en voerde aan dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk een staking van de luchtverkeersleiding in Marseille. Swiss stelde dat deze staking de oorzaak was van de vertraging van hun vlucht en dat zij niet verantwoordelijk waren voor de gevolgen. De kantonrechter oordeelde echter dat Swiss onvoldoende bewijs had geleverd om aan te tonen dat de vertraging daadwerkelijk het gevolg was van deze buitengewone omstandigheden. De rechter concludeerde dat Swiss niet had aangetoond dat de vertraging van vlucht LX729 het gevolg was van de staking en dat de passagiers recht hadden op compensatie.

De kantonrechter heeft de vordering van de passagiers toegewezen en Swiss veroordeeld tot betaling van € 750,00 per passagier, vermeerderd met wettelijke rente. Daarnaast zijn de proceskosten aan de zijde van de passagiers toegewezen, terwijl de vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten werd afgewezen. Het vonnis is uitgesproken op 15 juli 2020.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 7821141 CV EXPL 19-7807
Uitspraakdatum: 15 juli 2020
Vonnis in de zaak van:

1.[passagier sub 1]

2. [passagier sub 2]

3. [passagier sub 3]

allen wonende te [woonplaats] (Zwitserland)
eisers
hierna gezamenlijk te noemen: de passagiers
gemachtigden: mr. D.E. Lof en mr. E.J. Hoekstra
tegen
de rechtspersoon naar buitenlands recht
Swiss International Air Lines A.G.
gevestigd te Bazel (Zwitserland) en mede kantoorhoudende te Schiphol, gemeente Haarlemmermeer
gedaagde
hierna te noemen: Swiss
gemachtigde: mr. E.C. Douma

1.Het procesverloop

1.1.
De passagiers hebben bij dagvaarding van 11 april 2019 een vordering tegen Swiss ingesteld. Swiss heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
De passagiers hebben hierop schriftelijk gereageerd, waarna Swiss een schriftelijke reactie heeft gegeven.

2.De feiten

2.1.
De passagiers hebben met Swiss een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan Swiss de passagiers op17 juni 2018 diende te vervoeren van Amsterdam naar Zürich (Zwitserland) met vlucht LX729 en van Zürich naar Lugano (Zwitserland) met vlucht LX2912, hierna: de vlucht.
2.2.
Vlucht LX729 stond gepland te vertrekken om 14:50 uur lokale tijd en had een schema-aankomsttijd van 16:25 uur lokale tijd. Vlucht LX2912 zou vertrekken om 17:30 uur lokale tijd en om 18:15 uur lokale tijd arriveren op de eindbestemming. Vlucht LX729 is met vertraging uitgevoerd. De passagiers hebben hun aansluitende vlucht gemist, waardoor de passagiers met een vertraging van meer dan drie uur zijn aangekomen op de eindbestemming.
2.3.
De passagiers hebben compensatie van Swiss gevorderd in verband met voornoemde vertraging.
2.4.
Swiss heeft geweigerd tot betaling over te gaan.

3.De vordering

3.1.
De passagiers vorderen dat Swiss, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis, veroordeeld zal worden tot betaling van:
- € 750,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 17 juni 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 112,50 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente vanaf 14 dagen na dagtekening van het vonnis.
3.2.
De passagiers hebben aan de vordering ten grondslag gelegd de Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van de verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: de Verordening) en de daarop betrekking hebbende rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof). De passagiers stellen dat Swiss vanwege de vertraging van de vlucht gehouden is hen te compenseren conform artikel 7 van de Verordening tot een bedrag van € 250,00 per passagier.

4.Het verweer

4.1.
Swiss betwist de vordering. Zij voert aan dat de vertraging het gevolg was van (doorwerking van) een buitengewone omstandigheden. Ten aanzien van de vluchten naar het Iberisch schiereiland en Zuid-Frankrijk werd Swiss op 17 juni 2018 gehinderd door een staking bij de luchtverkeersleiding in de sector Marseille. Vlucht LX729 maakt onderdeel uit van de rotatievlucht LX728/729. Als gevolg van de staking is vlucht LX728, en daardoor ook vlucht LX729, met vertraging uitgevoerd. Uit de registratie van het toestel volgt dat het toestel dat deze twee vluchten uitvoerde, ook de twee daaraan voorafgaande vluchten (vluchten LX1952 en LX1953) met vertraging heeft uitgevoerd omdat de luchtverkeersleiding gedurende 48 uur staakte. De staking heeft tot gevolg dat vluchten niet mogen vliegen op de gewenste tijden, dan wel moeten omvliegen. Vlucht LX729 heeft daarnaast vertraging opgelopen, doordat zij vermoedelijk ruimbagage van een ingecheckte passagier uit het toestel moest verwijderen, omdat deze passagier niet aan boord was. Swiss voert aan dat zij de incidenten niet kon voorkomen en deze ook niet inherent waren aan bedrijfsvoering. Swiss heeft de gevolgen van de vertraging zoveel als mogelijk beperkt. De passagiers zijn omgeboekt naar de eerstvolgende vlucht naar Lugano, vlucht LX2914, waarmee de passagiers om 21:35 uur lokale tijd in Lugano zijn aangekomen.
4.2.
Swiss betwist voorts buitengerechtelijke kosten verschuldigd te zijn.

5.De beoordeling

5.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
5.2.
Vast staat dat de passagier met een vertraging van meer dan drie uur is aangekomen op de eindbestemming, zodat Swiss op grond van de Verordening in beginsel gehouden is de compensatie als bedoeld in de Verordening te voldoen. Dit is anders indien Swiss kan aantonen dat de vertraging het gevolg is geweest van buitengewone omstandigheden in de zin van artikel 5 lid 3 van de Verordening. Gelet op het arrest Wallentin-Hermann (C-549/07) van het Hof van 22 december 2008 dient een luchtvaartmaatschappij in het voorkomende geval aan te tonen dat zij zelfs met de inzet van alle beschikbare materiële en personeelsmiddelen de buitengewone omstandigheden kennelijk niet had kunnen vermijden – behoudens indien zij op het relevante tijdstip onaanvaardbare offers uit het oogpunt van de mogelijkheden van haar onderneming had gebracht – dat de buitengewone omstandigheden waarmee zij werd geconfronteerd tot de langdurige vertraging van de vlucht leidden.
5.3.
Swiss beroept zich op buitengewone omstandigheden. De passagiers betwisten dat sprake is (van doorwerking) van een buitengewone omstandigheid op door voorafgaande vlucht LX728. De passagiers stellen dat door Swiss niet is onderbouwd dat specifiek de vluchten van het onderhavige toestel door de staking zijn gehinderd. De vraag die voorligt is of Swiss met de door haar overgelegde producties en haar toelichting daarop voldoende heeft aangetoond dat de vertraging het gevolg is van (doorwerking) van buitengewone omstandigheden.
5.4.
Swiss voert aan dat er in de regio Marseille op 17 juni 2018 gestaakt werd door de luchtverkeersleiding. Alle vluchten uitgevoerd door het toestel met registratie HB-IOK zijn daardoor met vertraging uitgevoerd, zo ook vlucht LX729. Ter onderbouwing van haar standpunt heeft Swiss de planning van het toestel met registratie HB-IOK overgelegd. Hieruit volgt dat de onderhavige vlucht LX729 de vierde vlucht van die dag betrof. De drie vluchten voorafgaand aan vlucht LX729 zijn vertraagd uitgevoerd. Ook de onderhavige vlucht is met vertraging uitgevoerd. De oorzaak van deze vertragingen zou volgens Swiss gelegen zijn in een staking van de luchtverkeersleiding te Marseille. Zij verwijst naar een bericht van NOC news, waarin staat dat er van 16 juni 2018 04:30 uur UTC tot 18 juni 2018 04:30 uur UTC werd gestaakt. De datum van de vlucht van 17 juni 2018 valt derhalve midden in deze stakingsperiode. De consequenties van de staking bestaan blijkens dit bericht uit wijzigen van slottijden of zelfs annuleringen. Alle vluchten in het luchtruim van Marseille kunnen hinder ondervinden. De kantonrechter overweegt dat op basis van dit bericht niet duidelijk is welke vluchten concreet hinder zullen ondervinden van de staking.
5.5.
Voorts heeft Swiss de vluchtrapporten van vlucht LX729 en de direct daaraan voorafgaande vlucht LX728 overgelegd. Uit het vluchtrapport van vlucht LX728 volgt een rotatievertraging van 50 minuten en een vertraging van 24 minuten wegens vertragingscode 89. Deze code staat voor:
RESTRICTIONS AT AIRPORT OF DEPARTURE WITH OR WITHOUT ATFM RESTRICTIONS, including Air Traffic Services, start-up and pushback, airport and or runway closed due to obstruction or weather, industrial action, staff shortage, political unrest, noise abatement, night curfew, special flights. Uit het vluchtrapport van de onderhavige vlucht LX729 volgt een rotatievertraging van 68 minuten. Daarnaast is er 17 minuten vertraging ontstaan die te wijten is aan vertragingscode 85. Deze code staat voor:
MANDATORY SECURITY. Swiss heeft nagelaten de vluchtrapporten te overleggen van de eerste twee vluchten die het toestel die dag uitvoerde. Bij gebreke van deze informatie is door de kantonrechter niet vast te stellen of de vertraging van de voorafgaande vluchten het gevolg is van buitengewone omstandigheden en of deze vertraging kon doorwerken op de onderhavige vlucht. Daarnaast zijn door Swiss geen besluiten van de luchtverkeersleiding overgelegd. Een duidelijke toelichting en onderbouwing van Swiss op de aparte vertragingsoorzaken van de diverse vluchten van het toestel ontbreekt.
5.6.
Met de passagiers in de kantonrechter van oordeel dat door Swiss onvoldoende is aangetoond dat het specifieke toestel dat vlucht LX729 uitvoerde vertraging heeft opgelopen door de staking. Swiss heeft geen stukken overgelegd waaruit volgt dat dit toestel restricties van de luchtverkeersleiding opgelegd heeft gekregen. Bij gebrek aan bewijs is niet vast te stellen dat de vertraging van vlucht LX729 het gevolg is van (doorwerking) van buitengewone omstandigheden. Gelet op het voorgaande zal de vordering van de passagiers worden toegewezen.
5.7.
Nu Swiss voor het overige geen verweer heeft gevoerd, zal de vordering tot betaling van de hoofdsom, gelet op de duur van de vertraging van de vlucht worden toegewezen
5.8.
De gevorderde wettelijke rente over de hoofdsom is als onvoldoende gemotiveerd weersproken toewijsbaar.
5.9.
De passagiers hebben een bedrag aan buitengerechtelijke incassokosten gevorderd. De vordering heeft geen betrekking op één van de situaties waarin het Besluit vergoeding voor buitengerechtelijke incassokosten van toepassing is. Daarom zal de kantonrechter de vraag of buitengerechtelijke incassokosten verschuldigd zijn toetsen aan de eisen zoals deze zijn geformuleerd in het rapport Voorwerk II. Swiss heeft deze vordering (gemotiveerd) betwist. De passagiers hebben hiertegenover onvoldoende aangetoond en onderbouwd dat de verrichte werkzaamheden meer hebben omvat dan de verzending van een enkele (eventueel herhaalde) aanmaning, het enkel doen van een schikkingsvoorstel, het inwinnen van eenvoudige inlichtingen of het op gebruikelijke wijze samenstellen van het dossier. De vordering tot vergoeding van buitengerechtelijke kosten moet daarom worden afgewezen.
5.10.
De proceskosten komen voor rekening van Swiss, omdat zij met uitzondering van de buitengerechtelijke kosten ongelijk krijgt. De gevorderde rente is toewijsbaar met ingang van de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
veroordeelt Swiss tot betaling aan de passagiers van € 750,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 17 juni 2018 tot aan de dag der algehele voldoening;
6.2.
veroordeelt Swiss tot betaling van de proceskosten die aan de kant van de passagiers tot en met vandaag worden begroot op de bedragen zoals deze hieronder zijn gespecificeerd:
dagvaarding € 104,39;
griffierecht € 231,00;
salaris gemachtigde € 240,00;
vermeerderd met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis;
6.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
6.4.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.N. Schipper, kantonrechter en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter