ECLI:NL:RBNHO:2020:6786

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
15 juli 2020
Publicatiedatum
31 augustus 2020
Zaaknummer
7850659 CV EXPL 19-8688
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Compensatie bij annulering van vlucht door buitengewone omstandigheden

In deze zaak heeft de passagier een vordering ingesteld tegen Austrian Airlines wegens de annulering van vlucht OS 758 van Sarajevo naar Wenen, die onderdeel uitmaakte van een vervoersovereenkomst. De annulering vond plaats op 11 maart 2019 als gevolg van slechte weersomstandigheden, waardoor het toestel niet veilig kon landen in Sarajevo en moest uitwijken naar Zagreb. De passagier vorderde compensatie van € 250,00 op basis van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004, die regels vaststelt voor compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij annuleringen en vertragingen. Austrian Airlines betwistte de vordering en voerde aan dat de annulering het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk de onveilige weersomstandigheden die de landing verhinderden.

De kantonrechter heeft vastgesteld dat de passagier met meer dan drie uur vertraging op zijn eindbestemming is aangekomen, wat in beginsel recht geeft op compensatie. Echter, de rechter oordeelde dat Austrian Airlines voldoende bewijs had geleverd dat de annulering van vlucht OS 758 het gevolg was van buitengewone omstandigheden. De kantonrechter heeft de verklaring van de piloot en andere bewijsstukken in overweging genomen en geconcludeerd dat de weersomstandigheden op de dag van de vlucht inderdaad onveilig waren.

De rechter oordeelde verder dat Austrian Airlines alle redelijke maatregelen had getroffen om de annulering te voorkomen en dat het niet redelijk was om te verwachten dat de luchtvaartmaatschappij altijd reservevliegtuigen beschikbaar heeft. De vordering van de passagier werd afgewezen, en hij werd veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis werd uitgesproken door kantonrechter S.N. Schipper op 15 juli 2020.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 7850659 \ CV EXPL 19-8688
Uitspraakdatum: 15 juli 2020
Vonnis in de zaak van:
[de passagier]wonende te [woonplaats]
eiser
hierna te noemen de passagier
gemachtigde mr. D.E. Lof
tegen
de buitenlandse rechtspersoon
Austrian Airlines Aktiengesellschaft
gevestigd te Wenen (Oostenrijk), mede kantoorhoudende te Schiphol (gemeente Haarlemmermeer
gedaagde
hierna te noemen Austrian Airlines
gemachtigde mr. E.C. Douma

1.Het procesverloop

1.1.
De passagier heeft bij dagvaarding van 2 mei 2019 een vordering tegen Austrian Airlines ingesteld. Austrian Airlines heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
De passagier heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna Austrian Airlines een schriftelijke reactie heeft gegeven. De passagier heeft vervolgens nog een akte genomen.

2.De feiten

2.1.
De passagier heeft met Austrian Airlines een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan Austrian Airlines de passagier diende te vervoeren van Sarajevo (Bosnië en Herzegovina), via Wenen (Oostenrijk), naar Amsterdam op 11 maart 2019 met vluchten OS758 en OS375, hierna: de vlucht.
2.2.
Vlucht OS 758 van Sarajevo naar Wenen is geannuleerd.
2.3.
De passagier heeft compensatie van Austrian Airlines gevorderd in verband met voornoemde annulering.
2.4.
Austrian Airlines heeft geweigerd tot betaling over te gaan.

3.De vordering

3.1.
De passagier vordert dat Austrian Airlines, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis, veroordeeld zal worden tot betaling van:
- € 250,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de datum van de vlucht tot aan de dag der algehele voldoening;
- € 37,50 aan buitengerechtelijke incassokosten;
- de proceskosten.
3.2.
De passagier heeft aan de vordering ten grondslag gelegd de Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van de verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: de Verordening) en de daarop betrekking hebbende rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof). De passagier stelt dat Austrian Airlines vanwege de vertraging van de vlucht gehouden is de passagier te compenseren conform artikel 7 van de Verordening tot een bedrag van € 250,00.

4.Het verweer

4.1.
Austrian Airlines betwist de vordering en doet een beroep op (doorwerking van) buitengewone omstandigheden. Vlucht OS 758 van Sarajevo naar Wenen is onderdeel van een rotatievlucht (OS 757/758). Als de voorgaande vlucht OS 757 van Wenen naar Sarajevo niet tijdig wordt uitgevoerd, werkt de vertraging van die vlucht door op vlucht OS 758. Austrian Airlines voert aan dat vlucht OS 757 op 11 maart 2019 vanwege slechte weersomstandigheden niet veilig te Sarajevo heeft kunnen landen. De vlucht moest vlak voor de landing uitwijken naar Zagreb. Vanuit daar keerde het toestel terug naar Wenen. Nu het voor de direct voorgaande vlucht OS 757 op de betreffende dag onveilig was om te Sarajevo te landen, was er geen toestel aanwezig om de onderhavige vlucht uit te voeren. Austrian Airlines heeft derhalve de onderhavige vlucht moeten annuleren. Austrian Airlines voert voorts aan dat zij alle redelijke maatregelen heeft getroffen en heeft de passagier op de eerstvolgende beschikbare vlucht naar de eindbestemming geboekt.
4.2.
Austrian Airlines betwist tevens buitengerechtelijke kosten verschuldigd te zijn.

5.De beoordeling

5.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
5.2.
Vast staat dat de passagier met een vertraging van meer dan drie uur is gearriveerd op zijn eindbestemming te Amsterdam, zodat in beginsel een compensatieplicht geldt voor Austrian Airlines. Dit is anders indien Austrian Airlines kan aantonen dat de vertraging het gevolg is van buitengewone omstandigheden als bedoeld in artikel 5 lid 3 van de Verordening en dat de vertraging, ondanks het treffen van alle redelijke maatregelen, niet voorkomen had kunnen worden.
5.3.
Ten aanzien van het beroep van Austrian Airlines op de aanwezigheid van buitengewone omstandigheden geldt het volgende. In punt 14 van de considerans van de Verordening staat dat buitengewone omstandigheden onder meer weersomstandigheden die uitvoering van de vlucht in kwestie verhinderen omvatten.
5.4.
Austrian Airlines voert aan dat de vlucht onderdeel uitmaakte van de rotatie Sarajevo – Wenen (OS 757/OS 758). Volgens de passagier was de vertraging waarmee de vlucht vertrok veroorzaakt door IATA code 94, een ‘Cabin Crew Rotation’. Austrian Airlines stelt echter dat de betreffende code staat voor ‘weersomstandigheden op de bestemming’. Dat volgt niet uit de gebruikte IATA code; deze wordt inderdaad gebruikt voor ‘Cabin Crew Rotation’. Die vertraging levert geen buitengewone omstandigheid op.
5.5.
Austrian Airlines heeft als productie 2 bij antwoord een verklaring van de piloot overgelegd. Uit deze verklaring blijkt dat het toestel waarmee de vlucht zou worden uitgevoerd Sarajevo naderde toen een sneeuwbui het zicht zodanig ontnam dat de piloot het onveilig achtte om de landingspoging te voltooien. Het toestel had onvoldoende brandstof voor een tweede landingspoging en moest derhalve uitwijken naar Zagreb. Daar besloot Austrian Airlines het toestel bij te tanken en terug te laten keren van Zagreb naar Wenen. De kantonrechter is van oordeel dat de verklaring van de piloot, de overige stukken van Austrian Airlines en de betreffende stukken van de passagier er voldoende blijk van geven dat de weersomstandigheden rond de luchthaven Sarajevo op 11 maart 2019 vanaf circa 13:00 uur lokale tijd erg slecht waren. Ook blijkt duidelijk uit voornoemde stukken dat de weersomstandigheden de rest van de dag niet zijn verbeterd.
5.6.
Voorts oordeelt de kantonrechter dat de gezagvoerder bevoegd is die maatregelen te treffen die hij nodig acht om de vliegveiligheid te waarborgen of ter verzekering van de orde en discipline aan boord van het vliegtuig. Het besluit van de gezagvoerder om uit te wijken naar Zagreb, en daaropvolgend terug te keren naar Wenen, dient de kantonrechter daarom terughoudend en marginaal te toetsen. Het mag niet zo zijn dat de luchtvaartmaatschappijen ertoe worden gebracht om voorrang te geven aan de handhaving en punctualiteit van hun vluchten boven de nagestreefde veiligheid van hun passagiers (arrest van het Hof 4 mei 2017, Pešková en Peška C-315/15). De kantonrechter is van oordeel dat Austrian Airlines met het verslag van de piloot voldoende heeft aangetoond dat vlucht OS 757, vanwege de weersomstandigheden en met het oog op de vliegveiligheid, niet te Sarajevo heeft kunnen landen. De kantonrechter ziet onvoldoende aanleiding om aan te nemen dat de gezagvoerder niet in redelijkheid tot zijn beslissing heeft kunnen komen, noch dat de beslissing van de gezagvoerder is genomen door omstandigheden die in de invloed- en risicosfeer van Austrian Airlines lagen en door haar hadden kunnen worden voorkomen.
5.7.
Gelet op het voorgaande is voldoende gebleken dat de buitengewone omstandigheden zich hebben voorgedaan tijdens de uitvoering van de voorafgaande vlucht OS 757. De vraag die voorligt is of deze buitengewone omstandigheid doorwerkt naar vlucht OS 758. Vlucht OS 758 zou worden uitgevoerd door hetzelfde toestel als vlucht OS 757. Vast staat dat het besluit van de gezagvoerder uit te wijken naar Zagreb in redelijkheid is genomen. Ook staat vast dat de weersomstandigheden te Sarajevo de rest van de dag niet zijn verbeterd. Aan de beslissing om vlucht OS 757 terug te laten keren naar Wenen en daarmee vlucht OS 758 te annuleren, ligt dezelfde ratio ten grondslag als aan de beslissing uit te wijken naar Zagreb. De veiligheid van de passagiers en de crew staat voorop. Er kon die dag niet voldoende veilig te Sarajevo worden geland. De buitengewone omstandigheid werkt derhalve door naar de vlucht in kwestie. De uiteindelijke vertraging van de passagiers van meer dan drie uur op de eindbestemming is het directe gevolg geweest van de beslissing uit te wijken naar Zagreb, waardoor de vlucht in kwestie niet kon worden uitgevoerd. De vertraging van de passagiers is daarmee het gevolg van buitengewone omstandigheden.
5.8.
Nu vast staat dat de annulering van vlucht OS 758 het gevolg is geweest van buitengewone omstandigheden, dient de vraag te worden beantwoord of Austrian Airlines alle redelijke maatregelen heeft getroffen om de annulering van de vlucht te voorkomen dan wel de eruit voortvloeiende vertraging te beperken. De passagier heeft aangevoerd dat Austrian Airlines een reservetoestel te Sarajevo, al dan niet van één van de andere leden van de Star Alliance, had moeten inzetten om de vlucht alsnog te kunnen uitvoeren. Daarnaast stelt de passagier dat er meer brandstof aan boord had moeten zijn, om een eventuele tweede landingspoging te kunnen doen. Austrian Airlines brengt daar echter voldoende gemotiveerd tegen in dat het meenemen van aanvullende brandstof buitensporig kostbaar is. Ook slaagt het verweer dat niet van Austrian Airlines kan worden verwacht dat zij op alle buitenstations reservevliegtuigen heeft staan. Van de Star Alliance kan evenmin worden verwacht dat zij bij alle vertragingen en/of annuleringen reservevliegtuigen klaar heeft staan voor haar leden. Naar het oordeel van de kantonrechter heeft Austrian Airlines alle redelijke maatregelen getroffen om de vertraging van de vlucht te voorkomen dan wel te beperken. Austrian Airlines heeft de passagier alternatief vervoer aangeboden. In de gegeven situatie kon er niet meer van Austrian Airlines worden verwacht.
5.9.
De vordering van de passagier zal dan ook worden afgewezen.
5.10.
Als de in het ongelijk gestelde partij zal de passagier worden veroordeeld in de kosten van de procedure.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
wijst de vordering af;
6.2.
veroordeelt de passagier tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor Austrian Airlines worden vastgesteld op een bedrag van € 144,00 aan salaris van de gemachtigde van Austrian Airlines.
6.3.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
Dit vonnis is gewezen door mr. S.N. Schipper, kantonrechter en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter