Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.de vennootschap onder firma [naam]
[gedaagde sub 2], vennoot van gedaagde sub 1
[gedaagde sub 3], vennoot van gedaagde sub 1
1.Het procesverloop
2.De vordering
3.Het verweer
4.De beoordeling
(…) De verzekeringen met de bank als tussenpersoon dienen voor 15 mei 2018 (prolongatiedatum) elders te worden overgesloten dan wel te worden gewijzigd van tussenpersoon(…).Tussen partijen staat vast dat [gedaagden] de onderhavige verzekering niet eerder dan per 15 juni 2018 schriftelijk bij zijn contactpersoon van de Rabobank heeft opgezegd. Dit betekent dat [gedaagden] tot 15 juni 2018 premie verschuldigd is. De vordering van Achmea zal dan ook worden toegewezen. De grondslag tot het vorderen van wettelijke handelsrente is niet onderbouwd, zodat de wettelijke rente ex artikel 6:119 BW zal worden toegewezen.
5.De beslissing
17 december 2019 tot aan de dag van de gehele betaling;