ECLI:NL:RBNHO:2020:7513
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep inzake naheffingsaanslag parkeerbelasting door niet tijdig betalen griffierecht
Op 20 augustus 2020 heeft de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in de zaak tussen eiser, [X], en de heffingsambtenaar van de gemeente Bloemendaal. Eiser heeft op 15 april 2020 beroep ingesteld tegen de uitspraak op bewaar van verweerder van 7 april 2020, betreffende een naheffingsaanslag parkeerbelasting voor het kenteken [#]. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting.
De rechtbank overweegt dat iemand die beroep instelt, op grond van artikel 8:41, eerste lid, van de Awb griffierecht moet betalen. In deze zaak bedraagt het griffierecht € 48. De griffier heeft eiseres bij brief van 29 april 2020 in de gelegenheid gesteld het griffierecht te betalen binnen vier weken na dagtekening van die brief. Eiseres heeft echter niet gereageerd. Een tweede aangetekende brief van 28 mei 2020 heeft ook geen tijdige betaling opgeleverd. Onderzoek heeft uitgewezen dat de brief op 8 juni 2020 is afgehaald, maar het griffierecht is niet op tijd betaald.
Aangezien eiseres geen reden heeft gegeven voor het verzuim en er geen verontschuldiging is gebleken, concludeert de rechtbank dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk. Deze uitspraak is gedaan door mr. M.W. Koenis, rechter, in aanwezigheid van A.C. Karels, griffier. De uitspraak is niet openbaar uitgesproken vanwege coronamaatregelen, maar zal alsnog openbaar worden gemaakt zodra dat weer mogelijk is. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken verzet worden gedaan.