ECLI:NL:RBNHO:2020:7750

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
7 oktober 2020
Publicatiedatum
1 oktober 2020
Zaaknummer
7807916 CV EXPL 19-4200
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling en ontvankelijkheid in huurovereenkomst tussen Auto Pitstop Service Hem B.V. en Joli Beheer B.V.

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 7 oktober 2020 uitspraak gedaan in een geschil tussen Auto Pitstop Service Hem B.V. (hierna: Auto Pitstop) en Joli Beheer B.V. (hierna: Joli Beheer) over een huurovereenkomst. Auto Pitstop vorderde betaling van EUR 79.065,56 van Joli Beheer, als gevolg van de onregelmatige beëindiging van de huurovereenkomst en schade aan haar eigendommen. Joli Beheer betwistte de vordering en stelde dat Auto Pitstop geen huurder was, omdat de huurovereenkomst niet rechtsgeldig was bekrachtigd.

De kantonrechter heeft het procesverloop uiteengezet, waarbij Joli Beheer een conclusie van antwoord en eis in reconventie heeft ingediend, en Auto Pitstop daarop heeft gereageerd. De kern van het geschil draaide om de vraag of Auto Pitstop als huurder kon worden aangemerkt, gezien het feit dat de huurovereenkomst was gesloten door een vennootschap in oprichting, Pit stop B.V. i.o., en of deze overeenkomst door Auto Pitstop was bekrachtigd.

De kantonrechter concludeerde dat er geen uitdrukkelijke bekrachtiging van de huurovereenkomst had plaatsgevonden en dat Auto Pitstop geen huurbetalingen had verricht. Hierdoor werd de vordering van Auto Pitstop niet-ontvankelijk verklaard. De proceskosten werden toegewezen aan Joli Beheer, omdat Auto Pitstop ongelijk kreeg. Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 7807916/CV EXPL 19-4200
Uitspraakdatum: 7 oktober 2020
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
Auto Pitstop Service Hem B.V.
gevestigd te Hem
eiseres in conventie, verweerster in (voorwaardelijke) reconventie
verder te noemen: Auto Pitstop
gemachtigde: mr. B. de Smit
tegen
Joli Beheer B.V.
gevestigd te Westwoud
gedaagde in conventie, eiseres in (voorwaardelijke) reconventie
verder te noemen: Joli Beheer
gemachtigde: mr. E.J. Woud

1.Het verdere procesverloop

1.1.
Voor het procesverloop verwijst de kantonrechter naar het op 23 oktober 2019 tussen partijen gewezen tussenvonnis en de daarin genoemde stukken. Daarna heeft Joli Beheer een conclusie van antwoord in conventie, tevens van eis in voorwaardelijke reconventie genomen. Vervolgens heeft Auto Pitstop gerepliceerd en haar eis vermeerderd. Daarna heeft Joli Beheer een conclusie van dupliek in conventie, tevens van repliek in reconventie genomen. Daar heeft Auto Pitstop weer op gereageerd, waarna de datum voor vonnis is bepaald.

2.De feiten

2.1.
Joli Beheer heeft met de besloten vennootschap in oprichting Pit stop B.V. i.o., vertegenwoordigd door de heer [naam 1] (hierna: [naam 1] ) een huurovereenkomst gesloten met betrekking tot de bedrijfsruimte en terrein, gevestigd aan het adres [adres] (hierna: het gehuurde). De overeenkomst is gesloten voor de periode van 1 jaar, ingaande 15 juli 2016 tot 14 juli 2017 met de mogelijkheid van verlenging, tegen een huurprijs van EUR 13.200,- per jaar plus b.t.w.
2.2.
Joli Beheer heeft op 27 januari 2017 het gehuurde ontruimd. Op dat moment was het in gebruik bij de heer [naam 2] (hierna: [naam 2] ).

3.De vordering

3.1.
Auto Pitstop vordert dat de kantonrechter Joli Beheer veroordeelt tot betaling van EUR 79.065,56 met nevenvorderingen op grond van de onregelmatige beëindiging van de huurovereenkomst en de schade aan haar eigendommen als gevolg van het onrechtmatig verwijderen van eigendommen van Auto Pitstop.

4.Het verweer en de voorwaardelijke tegenvordering

4.1.
Joli Beheer betwist de vordering. Haar meest verstrekkende verweer is dat Auto Pitstop geen huurder is geweest van het gehuurde omdat zij de rechtshandeling van Pit stop B.V. i.o. tot het sluiten van de huurovereenkomst niet heeft bekrachtigd en daarom in haar vordering niet-ontvankelijk moet worden verklaard. In voorwaardelijke reconventie, voor het geval Auto Pitstop ontvankelijk wordt geacht, vordert zij vergoeding van de schade aan het gehuurde tijdens de huurperiode.

5.De beoordeling in conventie en in (voorwaardelijke) reconventie

5.1.
Auto Pitstop stelt dat de huurovereenkomst indertijd is ondertekend door [naam 1] namens Pit stop B.V. i.o. Auto Pitstop is opgericht op 26 juli 2016 met als enig bestuurder [naam 3] . [naam 1] is enig bestuurder van [naam 3] . Auto Pitstop stelt verder dat [naam 1] de heer [naam 4] (hierna: [naam 4] ) heeft aangewezen als gevolmachtigde en contactpersoon met betrekking tot het gehuurde. Begin januari 2017 heeft [naam 4] overleg gehad met Joli Beheer over een ontstane huurbetalingsachterstand van Auto Pitstop. Afgesproken werd dat de achterstand voor het einde van de maand januari 2017 zou worden betaald. Omstreeks 29 januari 2017 heeft Auto Pitstop EUR 6.655,- betaald. Om verdere betalingsachterstanden te voorkomen heeft Auto Pitstop op 27 januari 2017 een intentieverklaring opgesteld met de heren [naam 5] , die bereid waren om 49% van de aandelen te kopen tegen betaling van EUR 50.000,-. Op die datum bleek het gehuurde echter al ontruimd door Joli Beheer en ook de gebruiker [naam 2] met wie Auto Pitstop samenwerkte was de toegang ontzegd, aldus nog steeds Auto Pitstop.
5.2.
Joli Beheer stelt dat de heer [naam 1] heeft nagelaten om namens Auto Pitstop de huurovereenkomst met Pit stop B.V. i.o. te bekrachtigen, zodat tussen partijen geen rechtsrelatie bestaat en Auto Pitstop in haar vordering niet ontvankelijk moet worden verklaard.
5.3.
Dit verweer slaagt. Tussen partijen is niet in geschil is dat er geen uitdrukkelijk bekrachtiging heeft plaatsgevonden. Er is evenmin grond om stilzwijgende bekrachtiging aan te kunnen nemen. Daarvoor is in de eerste plaats van belang dat tussen partijen vaststaat dat Auto Pitstop zelf nooit enige betaling heeft verricht uit hoofde van de huurovereenkomst. Alle huurbetalingen die zijn verricht werden gedaan door Lobo Limpia Holding B.V. Gesteld noch gebleken is dat Auto Pitstop met deze vennootschap enige relevante relatie heeft op grond waarvan deze de huur van Auto Pitstop zou willen of moeten betalen. Eerder genoemde [naam 4] is bestuurder van deze vennootschap. Auto Pitstop stelt dat [naam 4] door haar was gemachtigd om voor haar op te treden, maar Joli Beheer heeft dit betwist en - door Auto Pitstop onvoldoende betwist - aangevoerd dat [naam 4] eerst op 3 januari 2017 ten tonele verscheen, vergezeld van [naam 2] , de gebruiker van het gehuurde, waarbij hij zich, aldus Joli Beheer, voorstelde als de financier/sponsor van het bedrijf van [naam 2] . De door Auto Pitstop (bij conclusie van dupliek in reconventie) overgelegde schriftelijke volmacht van [naam 4] is in dit verband niet relevant, omdat die dateert van 30 juli 2020. Verder weegt de kantonrechter mee dat de raadsman van Joli Beheer op 2 maart 2017 aan Auto Pitstop (per adres [naam 3] ., ter attentie van de heer [naam 1] ) heeft geschreven dat onduidelijkheid is ontstaan over de vraag wie Auto Pitstop rechtsgeldig kan vertegenwoordigen en tevens of de met de vennootschap in oprichting gesloten huurovereenkomst is bekrachtigd. Daarbij is expliciet gevraagd naar de volmacht van [naam 4] . Bij e-mail van 24 april 2017 heeft de raadsman deze vragen herhaald. Auto Pitstop heeft op deze vragen geen antwoord gegeven. In deze procedure is evenmin een helder antwoord gekomen, noch is een verklaring gegeven waarom eerder genoemde vragen van de raadsman van Joli Beheer niet zijn beantwoord. Op die manier heeft Auto Pitstop zoveel onduidelijkheid gecreëerd en laten bestaan, dat de conclusie moet zijn dat zij onvoldoende heeft gesteld om de stilzwijgende bekrachtiging door Auto Pitstop van de huurovereenkomst aan te kunnen nemen.
5.4.
De conclusie is dat de kantonrechter de vordering van Auto Pitstop niet-ontvankelijk zal verklaren. Aan de vordering in reconventie wordt gelet op deze beslissing niet toegekomen.
5.5.
De proceskosten komen voor rekening van Auto Pitstop, omdat zij ongelijk krijgt. De nakosten zullen worden toegewezen als vermeld in het dictum.

6.De beslissing in conventie en in reconventie

De kantonrechter:
6.1.
verklaart Auto Pitstop niet-ontvankelijk in haar vordering(en);
6.2.
veroordeelt Auto Pitstop tot betaling van de proceskosten, die tot en met vandaag voor Joli Beheer worden vastgesteld op een bedrag van EUR 2.163,- aan salaris van de gemachtigde van Joli Beheer;
6.3.
Veroordeelt Auto Pitstop tot betaling van EUR 120,- aan nasalaris, voor zover daadwerkelijk nakosten door Joli Beheer worden gemaakt;
6.4.
Veroordeelt Auto Pitstop tot betaling van de wettelijke rente over de proceskosten en de nakosten vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot de dag van volledige betaling.
6.5.
verklaart dit vonnis voor wat betreft de beslissingen die onder 6.2, 6.3 en 6.4 zijn gegeven uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. M. Flipse en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter