ECLI:NL:RBNHO:2021:1110

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
3 februari 2021
Publicatiedatum
10 februari 2021
Zaaknummer
C/15/312362 / KG ZA 21-28
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Mondelinge uitspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Executiegeschil inzake aandelenbeslag en verkoop van aandelen

In deze zaak, die op 3 februari 2021 door de Rechtbank Noord-Holland is behandeld, betreft het een kort geding waarin de voorzieningenrechter een mondeling vonnis heeft uitgesproken over een executiegeschil. De eiseressen, Intraco Holding B.V. en Intraco Trading B.V., hebben conservatoir beslag gelegd op de aandelen van [V] in [VDB]. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er een probleem is ontstaan door de uitgifte van een extra aandeel na het beslag. De deurwaarder heeft de vraag voorgelegd welke aandelen nu verkocht dienen te worden, aangezien Intraco c.s. op het moment van beslaglegging 100% van de aandelen had beslagen, maar er nadien een extra aandeel is uitgegeven. De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de uitgifte van het extra aandeel niet aan Intraco c.s. kan worden tegengeworpen, en dat de deurwaarder bevoegd is om alle in beslag genomen aandelen te verkopen, ongeacht hun nummering. Tevens is [VDB] veroordeeld in de kosten van het geschil, omdat zij de executoriale verkoop heeft gefrustreerd door een extra aandeel uit te geven. De kosten zijn begroot op € 734,88 aan verschotten en € 1.016,- aan salaris van de advocaat.

Uitspraak

proces-verbaal mondelinge uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
Zittingsplaats Alkmaar
zaaknummer / rolnummer: C/15/312362 / KG ZA 21-28
Proces-verbaal van de mondelinge uitspraak van de voorzieningenrechter van

3 februari 2021

in de zaak van het op 20 januari 2021 door mr. R.M.P. van den Bogert, toegevoegd deurwaarder, werkzaam ten kantore van Bob Kruythof, gerechtsdeurwaarder te Utrecht, ingevolge artikel 438 lid 5 Rv aanhangig gemaakte executiegeschil in de zaak van
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
INTRACO HOLDING B.V.,
gevestigd te Wormerveer,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
INTRACO TRADING B.V.,
gevestigd te Wormerveer,
3. de vennootschap naar Zweeds recht
NEW WAVE GROUP AB,
gevestigd te Itterby (Zweden),
eiseressen,
advocaat mr. H. Ruiter te Amsterdam,
tegen

1.[gedaagde 3],

wonende te [woonplaats],
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde 2].,
gevestigd te [woonplaats],
gedaagden,
advocaat mr. C.P.B. Kroep te Enschede.
Partijen zullen hierna de deurwaarder, Intraco c.s. en [V] genoemd worden.
De zitting wordt gehouden in het gebouw van deze rechtbank ter behandeling van het deurwaardersrenvooi. De zaak wordt gelijktijdig behandeld met de door Intraco c.s. ingestelde vordering in kort geding en de eis in reconventie van [V], waarvoor een apart zaaknummer is aangemaakt (C/15/312757/ KG ZA 21/47) en waarop afzonderlijk zal worden beslist.
Tegenwoordig zijn:
mr. L.J. Saarloos, voorzieningenrechter,
en mr. L. Kliffen, griffier.
Na uitroeping van de zaak verschijnen:
  • mr. R.M.P. van den Bogert, deurwaarder,
  • mr. Ruiter voornoemd,
  • [V] in persoon, bijgestaan door mr. Kroep voornoemd en diens kantoorgenoot mr. S. Erkel.
De voorzieningenrechter maakt melding van de ingekomen stukken en constateert dat ondanks de uitdrukkelijke aanzegging in het oproepingsexploot van 26 januari 2021 dat het originele aandeelhoudersregister van [VDB] B.V. op de zitting aanwezig dient te zijn, het originele aandeelhoudersregister bij aanvang van de zitting niet voorhanden is.
De deurwaarder en mrs. Ruiter en Kroep hebben pleitnotities voorgedragen en partijen
partijen hebben over en weer het woord gevoerd en hun standpunten toegelicht.
Na afloop van de mondelinge behandeling heeft de voorzieningenrechter ter zitting mondeling uitspraak gedaan. [V] heeft het originele aandeelhoudersregister na een schorsing alsnog aan de deurwaarder overhandigd ten behoeve van de benodigde aantekening.

1.De uitgangspunten

1.1.
Intraco c.s. heeft op 6 september 2018 conservatoir beslag laten leggen op de aandelen van [V] in [VDB] (genummerd 1 tot en met 50.
Bij vonnis van 22 april 2020 heeft deze rechtbank [V] (hoofdelijk) veroordeeld tot het betalen van een bedrag van in totaal € 1.443.402,- in de hoofdzaak en een tussenbeslissing genomen in de gevoegde procedure tussen New Wave en [VDB]. Het vonnis in de hoofdzaak is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het vonnis is op 1 mei 2020 aan [V] betekend. In het betekeningsexploot was een bevel tot betaling opgenomen. [V] is daarop niet tot betaling overgegaan.
Op 2 juni 2020 heeft Intraco c.s. voornoemd vonnis nogmaals per exploot aan [V] laten betekenen waarmee het conservatoir beslag executoriaal is geworden.
1.2.
[V] heeft hoger beroep ingesteld tegen het vonnis voor wat betreft de hoofdzaak.
1.3.
[VDB] heeft ondanks aanzegging daartoe haar aandeelhoudersregister niet aan de deurwaarder ter hand gesteld. Uit een wel toegezonden scan van het aandeelhoudersregister is de deurwaarder gebleken dat op 27 oktober 2020 een statutenwijziging heeft plaatsgevonden, waarbij de 50 in beslag genomen aandelen (1 tot en met 50) zijn omgezet in aandelen genummerd 1 tot en met 22.689. Op diezelfde dag is 1 aandeel met het nummer 22690 uitgegeven. Dit aandeel staat op naam van Euregio Holdings B.V.
1.4.
Bij beschikking van 17 december 2020 heeft deze rechtbank - kort gezegd - bepaald dat de ten laste van [V] in executoriaal beslag genomen aandelen in
[VDB] kunnen worden verkocht en overgedragen, en een deurwaarder aangewezen teneinde een zo hoog mogelijke opbrengst te realiseren.
1.5.
De deurwaarder heeft de vraag voorgelegd aan de voorzieningenrechter welke aandelen verkocht dienen te worden nu Intraco c.s. op het moment van beslaglegging 100% van de aandelen had beslagen en er nadien een extra aandeel is uitgegeven.

2.De gronden van de beslissing

2.1.
De voorzieningenrechter stelt voorop dat een inbeslaggenomen goed weliswaar kan worden overgedragen, maar dat deze overdracht niet tegenover de beslaglegger kan worden ingeroepen. In die zin is [VDB] relatief beschikkingsonbevoegdheid om over haar aandelen te beschikken.
2.2.
In de onderhavige zaak leidt dit ertoe dat de uitgifte van het extra aandeel niet aan Intraco c.s. kan worden tegengeworpen. Intraco c.s. heeft beslag gelegd op 100% van de aandelen. De deurwaarder is daarom bevoegd om die 100% van de aandelen in [VDB] te verkopen, ongeacht de nummering van de aandelen. Of het gaat om de nummers 1 tot en met 50 of 1 tot en met 22.690 is derhalve niet relevant.
In de procedure met zaak- en rolnummer C/15/312757/KG ZA 21/47 zal nog worden beslist over de schorsing van de executie van het vonnis van 22 april 2020.
2.3.
[VDB] zal worden veroordeeld in de kosten van dit geschil, nu de deurwaarder genoodzaakt is geweest om deze procedure aanhangig te maken als gevolg van de keuze van [VDB] om de executoriale verkoop te frustreren door een extra aandeel uit te geven. Deze kosten worden aan de zijde van Intraco c.s. begroot op € 734,88 aan verschotten, zijnde 67,88 aan kosten dagvaarding en € 667,- aan griffierecht, en op € 1.016,- aan salaris van de advocaat.

3.De beslissing

De voorzieningenrechter:
3.1.
bepaalt dat de deurwaarder alle ten laste van [V] in executoriaal beslag genomen, dus 100%, aandelen in [VDB] in de verkoop van de aandelen mag betrekken,
3.2.
veroordeelt [VDB] in de kosten van dit geding, welke kosten aan de zijde van Intraco c.s. worden begroot op € 734,88 aan verschotten en op € 1.016,- aan salaris van de advocaat.
Dit vonnis is gewezen door mr. L.J. Saarloos, voorzieningenrechter, en in het openbaar uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier op 3 februari 2021. [1]

Voetnoten

1.LK/LJS