ECLI:NL:RBNHO:2021:11184

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
19 oktober 2021
Publicatiedatum
6 december 2021
Zaaknummer
C/15/321275 / KG RK 21-554
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Conservatoire maatregel
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek tot conservatoir beslag in geschil over aanneemsom renovatie AFAS Stadion

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 19 oktober 2021 uitspraak gedaan in een verzoek van BAM Bouw en Techniek B.V. om verlof te verkrijgen voor het leggen van conservatoir beslag op de activa van A.Z. Vastgoed B.V. Dit verzoek was gebaseerd op een geschil over een aanneemsom van € 5.084.835,65, die BAM vorderde in verband met de renovatie van het AFAS Stadion. BAM stelde dat er een noodzaak was voor het leggen van beslag, omdat AZ Vastgoed de vordering betwistte en onbetaald liet. De voorzieningenrechter oordeelde echter dat BAM onvoldoende had onderbouwd dat er een noodzaak was voor het leggen van conservatoir beslag. De rechter merkte op dat AZ Vastgoed het grootste deel van de aanneemsom al had voldaan en dat het enkele feit dat de vordering betwist werd, niet voldoende was om beslag te rechtvaardigen. BAM had ook geen vrees voor verduistering kunnen aannemelijk maken. De voorzieningenrechter wees het verzoek tot beslaglegging af en gaf BAM de mogelijkheid om binnen 14 dagen een eis in de hoofdzaak in te stellen. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor een goede onderbouwing van de noodzaak tot beslaglegging in civiele procedures.

Uitspraak

beschikking

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
Zittingsplaats Alkmaar
zaaknummer / rekestnummer: C/15/321275 / KG RK 21-554
Beschikking van de voorzieningenrechter van 19 oktober 2021
in de zaak van
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BAM BOUW EN TECHNIEK B.V.,
gevestigd te Bunnik,
verzoekster,
advocaat mr. J.A.M. Smeekens te Breda,
en
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
A.Z. VASTGOED B.V.,
gevestigd te Alkmaar,
gerekwestreerde.
Partijen zullen hierna verder BAM en AZ Vastgoed worden genoemd.

1.De procedure

1.1.
Het eerste verzoek strekte tot het verkrijgen van verlof om conservatoir derdenbeslag te mogen leggen ten laste van AZ Vastgoed voor een begrote vordering van
€ 5.084.835,65. Dat verlof is niet verleend. De voorzieningenrechter heeft BAM in de gelegenheid gesteld het verzoekschrift aan te vullen met een onderbouwing van de noodzaak tot het leggen van het verzochte conservatoire beslag. In een aanvullend verzoekschrift heeft BAM een nadere toelichting gegeven.

2.De vordering

2.1.
Uit de door BAM overgelegde stukken blijkt het volgende.
BAM is een nationaal opererend aannemingsbedrijf. AZ Vastgoed is de eigenaar van het AFAS Stadion in Alkmaar. Op 19 mei 2020 heeft AZ Vastgoed BAM opdracht gegeven tot de renovatie van het AFAS stadion, meer in het bijzonder tot de realisatie van de (waterdichte) dakconstructie met bijbehorende werkzaamheden. Partijen hebben daartoe op genoemde datum een turn key overeenkomst (TKO) gesloten.
2.2.
Partijen zijn in de TKO overeengekomen dat BAM nieuwe constructietekeningen en berekeningen zou vervaardigen om op basis daarvan een nieuwe omgevingsvergunning bij de gemeente aan te vragen.
Partijen zijn verder overeengekomen dat de datum van oplevering zou worden verlengd als de gemeente de tekeningen niet binnen 3 tot 8 weken na 22 mei 2020 zou hebben goedgekeurd. De goedkeuring van de hoofdberekeningen en -tekeningen was niet tijdig gereed. BAM is om vertraging en schade te beperken alvast begonnen met de belangrijkste voorbereidingswerkzaamheden.
2.3.
BAM stelt dat de uiterste opleverdatum van 17 februari 2021 is verschoven naar
25 augustus 2021. BAM heeft haar werkzaamheden uiteindelijk op 13 juli 2021 opgeleverd.
AZ Vastgoed neemt volgens BAM ten onrechte het standpunt in dat BAM haar werkzaamheden te laat zou hebben opgeleverd en dientengevolge een korting op de aanneemsom (een boete) zou zijn verschuldigd op grond van de TKO. Deze ten onrechte ingehouden korting bedraagt € 2.093.000,-.
2.4.
BAM vordert nakoming van de uit de TKO voortvloeiende betalingsverplichtingen van AZ Vastgoed, zowel die tot betaling van de aanneemsom, als die tot vergoeding van de door de bouwtijdverlenging veroorzaakte bouwplaatskosten (€ 1.401.912,-) en vertragingsschade (in totaal € 856.819,-).
In totaal stelt BAM haar vordering zodoende op € 4.352.031,- en verzoekt de voorzieningenrechter haar vordering, inclusief forfaitaire kosten volgens de Beslagsyllabus te begroten op € 5.084.835,65.
BAM verzoekt daarom beslag te mogen leggen onder AZ N.V., AZ Holding B.V., AFAS Software B.V., 19 bij naam genoemde Skyboxhouders in het AFAS stadion en de Rabobank.

3.De beoordeling

3.1.
De voorzieningenrechter heeft BAM in de gelegenheid gesteld het verzoekschrift aan te vullen met een onderbouwing van de noodzaak tot het leggen van het verzochte conservatoire beslag. Dat was mede gebaseerd op het feit dat uit de stukken blijkt dat BAM en AZ Vastgoed (ook via hun advocaten) al geruime tijd een discussie voeren over de juistheid van de vordering van BAM. Daarnaast kan uit de stukken worden afgeleid dat de aanneemsom van het hele project € 21.850.000,- bedroeg. Niet blijkt dat AZ Vastgoed in gebreke is gebleven met voldoening van het verschuldigde, met uitzondering van het deel waarover de discussie nog loopt.
Ten slotte geeft BAM in het verzoekschrift zelf aan dat zij geen vrees voor verduistering aannemelijk kan maken.
3.2.
BAM heeft aanvullend aangevoerd dat zij gelet op de zeer substantiële omvang van de vordering recht op en belang heeft bij het verkrijgen van zekerheid van AZ Vastgoed voor de voldoening van die vordering. Dat leidt echter niet tot de vereiste noodzaak om conservatoir beslag te leggen; belang heeft BAM ongetwijfeld, maar recht daartoe niet. De reden dat AZ Vastgoed, zoals BAM stelt, geen bankgarantie wil stellen, is gelegen in haar betwisting van de vordering.
3.3.
BAM heeft voorts nog het volgende aangevoerd:
“Uit de openbare gegevens heeft BAM vastgesteld dat AZ Vastgoed substantiële (langlopende) schulden heeft uitstaan. Uit haar eigen jaarrekening volgt dat zij per 30 juni 2021 € 23.381.733,- aan langlopende schulden heeft uit staan. Daaronder valt in ieder geval een lening van € 10.055.900 tegen 3% rente bij AZNV per 30 juni 2021 (pagina 17 jaarrekening AZNV) en een in verband met de overname van het AFAS Stadion van AZNV van AZNV overgenomen lening ad € 6.000.000,- voor de financiering van het AFAS Stadion (blad 11 jaarrekening De Holding).
Het deel van de schulden aan kredietinstellingen met een looptijd van langer dan 5 jaar bedraagt € 6,7 miljoen (aldus blad 42 van de geconsolideerde jaarrekening van De Holding en blz. 7 jaarrekening AZ Vastgoed), zodat € 16.681.733,- aan schulden bestaat op basis van verplichtingen met een looptijd korter dan 5 jaar.
Uit de geconsolideerde jaarrekening (blad 56) maakt BAM verder nog op dat De Holding een vordering van € 9.692.000,- op AZ Vastgoed heeft.
Tegenover deze schuldenlast staat niet meer dan het eigendom van AZ Vastgoed: het AFAS-stadion, waar volgens de hypotheekinformatie uit het Kadaster een hypotheek van hypotheekhouder de Gemeente Alkmaar op rust van € 10.000.000,-.
Kortom, AZ Vastgoed heeft alleen al aan AZNV, de Holding en de Gemeente meerdere miljoenenschulden.
De bijzondere structuur van de organisatie van een professionele voetbalclub is ook een relevante factor in dit kader. De voornaamste inkomsten van “de club” bestaan uit kaartverkoop, sponsorinkomsten en transfers van spelers. Deze inkomsten komen geheel toe aan de BVO, in dit geval AZNV (en zijn als zodanig ook in de jaarrekening van AZNV verantwoord). De vastgoed-BV staat hier buiten, afgezien van de exploitatie van de skyboxen / business seats. BAM wil hiermee aangeven dat zij juist om deze reden belang heeft bij de verlangde beslagen, andere inkomstenbronnen dan de exploitatie van het AFAS-Stadion zijn er niet voor AZ vastgoed.”
Nog daargelaten dat BAM hiermee zelf stelt dat AZ Vastgoed grote
schuldenaan de desbetreffende derden (AZ NV, AZ Holding en de bank) heeft en dus geen
vorderingenwaarop het beslag zou kunnen komen te rusten, blijkt nog steeds de noodzaak van een beslag op dit moment niet.
3.4.
Ten slotte stelt BAM nog het volgende:
“Daarnaast moet vanzelfsprekend gewezen worden op de coronapandemie. De voetbalindustrie is een van de vele sectoren waarin de financiële gevolgen hiervan zwaar zijn. AZ heeft in het seizoen 2020-2021 slechts één wedstrijd met beperkt publiek mogen spelen. “De impact van corona heeft een zware wissel getrokken op AZ en de AZ organisatie” (blad 9, geconsolideerde jaarrekening). AZ blijkt een beroep te hebben gedaan op de TVL- en NOW-regelingen. De netto-omzet over 2020/2021 is ten opzichte van het vorige boekjaar met 28,5% gedaald (blad 47 geconsolideerde jaarrekening) waarbij logischerwijs opvalt uit de jaarrekening dat die terugval grotendeels veroorzaakt wordt door de door coronamaatregelen bijna gehalveerde inkomsten uit wedstrijdbaten, 85% teruggelopen sponsoropbrengsten en met bijna 90% teruggelopen opbrengsten uit de horeca (blad 47 geconsolideerde jaarrekening).”
Deze opmerkingen kan de voorzieningenrechter niet plaatsen als reactie op het eerdere verzoek. Hooguit zou uit deze stelling kunnen worden afgeleid dat de omzet van de BVO AZ in de afgelopen periode zwaar zal zijn tegengevallen, maar dat dat in de toekomst hopelijk beter zal worden.
3.5.
Tegen deze achtergrond en van wat hiervoor onder 3.1 is overwogen, is de voorzieningenrechter van oordeel dat BAM de noodzaak van het nu leggen van de conservatoire beslagen onvoldoende heeft onderbouwd. Het enkele feit dat AZ Vastgoed de vordering betwist en daarom onbetaald laat, is daartoe onvoldoende. AZ Vastgoed heeft kennelijk het grootste deel van de aanneemsom wel voldaan.
BAM heeft aangekondigd binnen 14 dagen na het te leggen beslag een eis in de hoofdzaak in te stellen. Dat is de weg die zij nu ook kan volgen. Het is daarna aan de rechter om over de juistheid van de vordering te beslissen. Vooralsnog valt niet in te zien, waarom AZ Vastgoed bij een mogelijke veroordeling daaraan niet zal voldoen of dat zij tegen die tijd niet meer verhaal zal bieden dan zij nu doet.
Gelet op het vorenstaande zal het verzoek worden afgewezen.

4.De beslissing

De voorzieningenrechter:
4.1.
wijst het verzochte af.
Deze beschikking is gegeven door mr. L.J. Saarloos, voorzieningenrechter, op 19 oktober 2021. [1]

Voetnoten

1.LJS/LK