Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Procesverloop
2.Beoordeling
- ernstig lichamelijk letsel;
- ernstige verwaarlozing;
- acute maatschappelijke teloorgang;
- betrokkene roept met hinderlijk gedrag agressie van een ander op.
3.Beslissing
20 januari 2022.
Rechtbank Noord-Holland
Op 9 december 2021 heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, een beschikking gegeven inzake de voortzetting van de inbewaringstelling van een betrokkene, geboren op een onbekende datum en verblijvende op een onbekende locatie. Dit volgde op een verzoek van het Centrum Indicatiestelling Zorg, ingediend op 6 december 2021, om een machtiging tot voortzetting van de inbewaringstelling op basis van artikel 37 van de Wet zorg en dwang. De burgemeester had op 5 december 2021 een last tot inbewaringstelling afgegeven, omdat er sprake was van onmiddellijk dreigend ernstig nadeel door het gedrag van de betrokkene, dat mogelijk voortkwam uit een verstandelijke beperking en een psychotische stoornis. De mondelinge behandeling vond plaats via een beeld- en geluidsverbinding, vanwege de coronamaatregelen. De rechtbank oordeelde dat het belang van de betrokkene om verweer te voeren voldoende was gewaarborgd door de aanwezigheid van zijn advocaat. Tijdens de zitting werd duidelijk dat de betrokkene zich verzette tegen de voortzetting van zijn verblijf in de accommodatie, maar de rechtbank concludeerde dat de criteria voor voortzetting van de inbewaringstelling waren voldaan. De machtiging werd verleend voor de duur van zes weken, tot en met 20 januari 2022. De beschikking werd gegeven door rechter A.S. van Leeuwen, in tegenwoordigheid van griffier L. Jense, en is openbaar uitgesproken op 9 december 2021.