Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Zeilbotenverhuur Windkracht 5 B.V.
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering
4.Het verweer
5.De beoordeling
3x kras op SB zijde, 3 kras op stikker. BB zijde krassen bij stikker en midscheeps”. Nadat het zeiljacht door [eiser] naar de haven is teruggebracht, is [eiser] naar huis gegaan zonder de gezamenlijke inspectie af te wachten. Windkracht 5 heeft bij inspectie van het zeiljacht nieuwe schade gevonden. Volgens Windkracht 5 bestaat de nieuwe schade uit een “
diepe kras op stuurboordzijde van de romp in de midscheeps (rechts midden) en op de bakboordzijde voor (links voor) een kras door de letters van de scheepsnaam”.Windkracht 5 heeft de schade per WhatsApp aan [eiser] laten weten. Deze schade staat niet vermeld op de checklijst en wordt daarom geacht na de overname te zijn ontstaan, aldus Windkracht 5. [eiser] wijst er vervolgens terecht op dat hij in het bezit is van een checklijst die op essentiële punten afwijkt van de checklijst door Windkracht 5 in het geding gebracht. Op de checklijst van [eiser] is geschreven: “
3x kras op SB zijde, kras op stikker. SB kras bij stikker en midscheeps”. Ter zitting is komen vast te staan dat beide checklijsten door Windkracht 5 zijn opgesteld. Windkracht 5 heeft toegelicht waardoor de verschillen zijn ontstaan. De kantonrechter is van oordeel dat deze verschillen voor risico van Windkracht 5 moeten komen. Uit de door beide partijen overgelegde checklijsten kan namelijk niet zonder meer worden afgeleid dat de door Windkracht 5 gestelde schade niet daaronder valt en dus ‘nieuwe’ schade is. Een checklijst beoogt juist duidelijkheid te scheppen voor de huurder en de verhuurder en dat is hier niet het geval. Windkracht 5 heeft haar verweer onvoldoende onderbouwd om zonder nader onderzoek (bewijslevering) te kunnen aannemen dat zij een opeisbare, voor verrekening vatbare vordering op [eiser] heeft.