Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Het verloop van de procedure
Overwegingen
De uitspraak
Het instellen van hoger beroep per e-mail is niet mogelijk.
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 12 november 2021 uitspraak gedaan in een beroep tegen een administratieve sanctie, opgelegd aan betrokkene wegens het negeren van een geslotenverklaring in de binnenstad van Alkmaar. Betrokkene had beroep ingesteld tegen de beslissing van de officier van justitie, die het beroep ongegrond had verklaard. De zitting vond plaats op 5 november 2021, waar zowel de vertegenwoordiger van de officier van justitie als betrokkene aanwezig waren.
De kantonrechter heeft vastgesteld dat de gedraging waarvoor de boete is opgelegd, inhoudt dat betrokkene als bestuurder in strijd heeft gehandeld met de geslotenverklaring. Betrokkene voerde aan dat er op twee opeenvolgende dagen een boete was opgelegd en vroeg om matiging. De kantonrechter oordeelde echter dat op dat moment slechts één van de boetes ter beoordeling voorlag, waardoor matiging niet aan de orde was. De rechter concludeerde dat de officier van justitie voldoende bewijs had geleverd dat het C-bord aanwezig was en dat betrokkene dit bord had genegeerd.
De kantonrechter benadrukte dat van iedere weggebruiker verwacht mag worden dat zij alert zijn op verkeersborden, vooral in het geval van betrokkene, die beroepsmatig aan het verkeer deelneemt. De rechter verklaarde het beroep ongegrond en bevestigde de oplegging van de boete. Betrokkene heeft de mogelijkheid om hoger beroep in te stellen bij het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden binnen zes weken na de dag van toezending van de uitspraak.