Op 23 december 2021 heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Alkmaar, een beschikking gegeven in een zaak betreffende de verlening van een rechterlijke machtiging tot opname en verblijf van een psychogeriatrische patiënt, hierna te noemen: betrokkene. Het verzoek tot deze machtiging werd ingediend door het Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ) op 6 december 2021, naar aanleiding van een indicatiebesluit en medische verklaring van een klinisch geriater. De rechtbank heeft de mondelinge behandeling van het verzoek op dezelfde datum gehouden, waarbij de zitting via een beeld- en geluidsverbinding plaatsvond vanwege de coronamaatregelen. Betrokkene was aanwezig, bijgestaan door haar advocaat, en er waren ook medische professionals aanwezig om hun verklaringen te geven.
De rechtbank heeft vastgesteld dat betrokkene lijdt aan een psychogeriatrische aandoening, te weten een gevorderd dementiesyndroom, wat leidt tot ernstig nadeel en risico's voor haar welzijn. De rechtbank oordeelde dat opname en verblijf noodzakelijk zijn om dit ernstig nadeel te voorkomen, en dat er geen minder ingrijpende mogelijkheden beschikbaar zijn. Ondanks het verzet van betrokkene tegen de opname, heeft de rechtbank geoordeeld dat de omstandigheden en het ziektebeeld van betrokkene een gedwongen opname rechtvaardigen. De rechterlijke machtiging is verleend voor de duur van zes maanden, tot en met 23 juni 2022.
De beschikking is gegeven door mr. VerLoren van Themaat-van der Hoeven, rechter, in tegenwoordigheid van mr. L. Jense als griffier, en is openbaar uitgesproken op 23 december 2021. Tegen deze beschikking staat het rechtsmiddel van cassatie open.