Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
EOS B.V.,
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.Het verzoek
De opzegging heeft op 16 september 2020 plaatsgevonden, wat betekent dat de arbeidsovereenkomst had behoren te eindigen op 1 november 2020. Het loon over die periode bedraagt € 8.467,11 bruto.
4.Het verweer
5.5. De beoordeling
De kantonrechter is van oordeel dat het niet willen voeren van een functioneringsgesprek met als reden dat er andere personen aanwezig zullen zijn dan vooraf afgesproken, niet is aan te merken als een dringende reden.
Kamerstukken I, 2013-2014, 33 818, nr. C, pag. 99 en 113).
New Hairstyle)). De kantonrechter moet bij het bepalen van de billijke vergoeding rekening houden met alle (uitzonderlijke) omstandigheden van het geval en die vergoeding moet daarbij aansluiten. Het gaat er uiteindelijk om dat de werknemer wordt gecompenseerd voor het ernstig verwijtbaar handelen of nalaten van de werkgever. Ook met de gevolgen van het ontslag kan rekening worden gehouden, voor zover die gevolgen zijn toe te rekenen aan het verwijt dat de werkgever kan worden gemaakt. De billijke vergoeding heeft geen bestraffend doel, maar met de billijke vergoeding kan ook worden tegengegaan dat werkgevers ervoor kiezen een arbeidsovereenkomst op ernstig verwijtbare wijze te laten eindigen.
Hiervan uitgaande lijdt [eiser] als gevolg van het ernstig verwijtbaar handelen van EOS een directe inkomensschade van € 35.913,88 bruto, te weten het salaris van 16 september 2020 tot 1 april 2021. Verder heeft [eiser] een transitievergoeding van € 4.299,96 bruto ontvangen. De inkomensschade tot 1 april 2021 kan, rekening houdend met voornoemde bedragen, daarom worden geschat op een bedrag van € 30.000,-.