Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[gedaagde] ,
P.C.G. KROMMENHOEK in zijn hoedanigheid van bewindvoerder over de goederen toebehorend aan [rechthebbende],
[gedaagde],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 6 november 2019;
- het verzekeringsgeneeskundig expertiserapport van 26 maart 2020 en het gecorrigeerde verzekeringsgeneeskundig expertiserapport van 8 mei 2020;
- de conclusie na deskundigenbericht tevens houdende akte wijziging eis van [eiser] met producties 1 tot en met 4;
- de antwoord conclusie na deskundigenbericht van [gedaagde 3] ;
- op de rol van 29 juli 2020 is akte verleend van de omstandigheid dat [rechthebbende] niet van akte heeft gediend.
(i) € 50.000,- immateriële schade,
(ii) € 6.700,- voor renovatie appartement,
(iii) € 2.500,- buitengerechtelijke kosten en
(iv) € 18.098,87 voor gedwongen verhuizing,
te vermeerderen met de wettelijke rente;
3.De verdere beoordeling
Wat is de opleiding, wat is het arbeidsverleden, wat zijn de relevante vaardigheden en affiniteiten van [eiser] ?
Wat voor werk verrichtte [eiser] in de periode dat hij op 27 juni 2010 werd mishandeld? Graag een uitgebreide omschrijving geven van de aard van de taken en verantwoordelijkheden in dat werk, hoeveel uur per week [eiser] in de drie jaar voorafgaand aan het ongeval gemiddeld heeft gewerkt, alsmede een toelichting op de (fysieke en mentale) belasting daarvan.
Wat was het inkomen van [eiser] met deze werkzaamheden?
Welke carrière zou [eiser] naar redelijke verwachting hebben doorlopen indien de mishandeling hem op 27 juni 2010 niet was overkomen, rekening houdend met alle omstandigheden zoals opleiding, arbeidsverleden, zijn functioneren ten tijde van en voorafgaande aan de mishandeling, vaardigheden, affiniteiten, gezinssituatie enz.? U wordt verzocht ook aan te geven wat [eiser] met die werkzaamheden naar redelijke verwachting zou hebben verdiend.
Tot welke leeftijd wordt de functie van [eiser] doorgaans uitgeoefend.
Is [eiser] op basis van zijn sedert de mishandeling bestaande beperkingen en mogelijkheden zoals blijken uit het orthopedisch deskundigenrapport van drs. F. Veldstra van 1 februari 2016 en diens aanvullende rapport van 13 februari 2018, het psychiatrisch deskundigenrapport van dr. A. Korzec van 21 februari 2017 en het (gecorrigeerde) verzekeringsgeneeskundig deskundigenrapport van drs. L.J.R.M. Buisman van 8 mei 2020 geschikt of (geheel of gedeeltelijk) ongeschikt te achten voor het maatgevende werk? Voor zover daarbij het pre-existente letsel en de daarbij behorende beperkingen aan het rechterbeen een rol spelen kunt u dat dan toelichten en aangeven in hoeverre (eventueel op grond van een op ervaring geschat percentage) dat het geval is. Graag een uitgebreid gemotiveerd antwoord geven.
Voor zover [eiser] blijvend ongeschikt te achten is voor het eigen werk, wat waren/zijn dan zijn mogelijkheden/kansen om te re-integreren in ander werk (parttime en fulltime)? Welk inkomen zou hij daarmee kunnen realiseren? Welke begeleiding zou hij daarbij nodig hebben en welke opleidingen zou hij eventueel moeten volgen, hoe lang duren die opleidingen en welke kosten zijn begeleiding en opleiding verbonden?
Indien moet worden geoordeeld dat [eiser] op grond van (gedeeltelijke) arbeidsongeschiktheid als gevolg van de mishandeling geheel of gedeeltelijk niet in staat is het huishouden te doen en zijn tuin te onderhouden, welk soort hulp en hoeveel uur per week per soort zou hij daarbij, zonder rekening te houden met eventuele mantelzorg, en ten belope van welke kosten, dan behoeven?
Welke opmerkingen zijn naar uw oordeel verder van belang ten behoeve van de door de rechtbank te nemen beslissing?
“in overleg bepaald dat de zorg- en verblijfkosten, kosten inzake de huishoudelijke hulp, medische kosten en reiskosten van [eiser] en zijn familie op een bedrag van € 12.500,- dienen te worden vastgesteld.”