Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- het tussenvonnis van 15 juli 2020
- de conclusie van antwoord in reconventie tevens akte wijziging en vermeerdering van eis in conventie
- de mondelinge behandeling van 15 september 2020
- de akte van [eiseres/verweerster]
- de antwoordakte van [gedaagde/eiseres]
- de akte vermindering van eis van [eiseres/verweerster]
- de antwoordakte vermindering van eis van [gedaagde/eiseres].
2.De feiten
3.De vordering in conventie
4.Het verweer in conventie
5.De vordering in reconventie
6.Het verweer in reconventie
7.De beoordeling
inleiding
Uit het e-mailbericht van nabestaandenservice.nl aan [gedaagde/eiseres] van 17 juni 2020 blijkt dat [eiseres/verweerster] in ieder geval op die datum niet bereid was om de verklaring van erfrecht te tekenen. [gedaagde/eiseres] had deze verklaring nodig om gelden uit de nalatenschap van erflater vrij te spelen om de vordering van [eiseres/verweerster] te kunnen voldoen. [eiseres/verweerster] is daarom vanaf die datum in schuldeisersverzuim gekomen en met dit verzuim is het verzuim van [gedaagde/eiseres] met de betaling van het kindsdeel geëindigd. Vanaf 17 juni 2020 is [gedaagde/eiseres] daarom geen wettelijke rente meer verschuldigd over het kindsdeel. Dit betekent dat de wettelijke rente over het kindsdeel zal worden toegewezen over de periode 29 februari 2020 tot 17 juni 2020.
heeft betwist dat zij de bankrekening heeft verzwegen. [eiseres/verweerster] heeft immers uit de informatie die [gedaagde/eiseres] haar heeft gegeven het bestaan van de bankrekening opgemerkt. Op de bankrekening wordt een weduwepensioen voor [gedaagde/eiseres] gestort. [gedaagde/eiseres] was in de veronderstelling dat deze rekening ook in het ING-jaaroverzicht werd vermeld, omdat Nationale Nederlanden onder ING valt en ook haar ING-bankrekening is gebruikt voor dit pensioen.