Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.[gedaagde 1] ,
[gedaagde 2],
1.De zaak in het kort
2.De procedure
- de dagvaarding van 20 augustus 2019 met bijlagen 1 t/m 39,
- de conclusie van antwoord tevens houdende eis in reconventie met bijlagen 1 t/m 42,
- het tussenvonnis van 27 november 2019, waarbij een mondelinge behandeling is gelast,
- het proces-verbaal van de mondelinge behandeling van 27 oktober 2020 en de daarin genoemde stukken, waaronder het door de rechtbank op 10 maart 2020 ontvangen “verzoek rectificatie dagvaarding” van Bouwbedrijf De Jong.
3.Feiten
4.De vorderingen in conventie en in reconventie
5.De beoordeling
- de vijfde termijn van 29 augustus 2017 van € 87.625,01;
- de opleveringsfactuur van 21 september 2018 van € 35.050;
- de eindafrekening meer- en minderwerk van 21 september 2018 van € 12.341,40.