ECLI:NL:RBNHO:2021:6980

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
2 juni 2021
Publicatiedatum
19 augustus 2021
Zaaknummer
8978131 \ CV EXPL 21-314
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot betaling uit hoofde van een overeenkomst voor de plaatsing van een advertentie

In deze zaak heeft de kantonrechter zich gebogen over de vraag of er een rechtsgeldige overeenkomst tot stand is gekomen tussen de eiseres, Meneertje Pleister, en de gedaagde partij, die opereert onder de naam Pilates Studio To Flow. De eiseres vorderde betaling van een bedrag van € 789,68, dat voortvloeit uit een overeenkomst voor de plaatsing van een advertentie. De rechtbank oordeelde dat de gedaagde partij, door inhoudelijke wijzigingen aan de advertentie door te geven en de term 'prima' te gebruiken, impliciet een overeenkomst had aanvaard. De gedaagde had niet tijdig aangegeven dat zij geen overeenkomst wilde sluiten, wat de rechter als een bevestiging van de wilsovereenstemming beschouwde.

Het procesverloop begon met een dagvaarding van 11 januari 2021, waarna de gedaagde mondeling heeft geantwoord. De eiseres heeft schriftelijk gereageerd, gevolgd door een schriftelijke reactie van de gedaagde. De rechtbank heeft vastgesteld dat de eiseres een factuur van € 665,50 had gestuurd, die door de gedaagde niet was betaald. De gedaagde voerde aan dat er geen rechtsgeldige overeenkomst was, maar de rechtbank oordeelde dat de e-mailcorrespondentie en de gedragingen van de gedaagde wezen op een aanvaarding van de overeenkomst.

De kantonrechter heeft de vordering van Meneertje Pleister toegewezen en de gedaagde veroordeeld tot betaling van het gevorderde bedrag, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. De rechter heeft ook geoordeeld dat het verweer van de gedaagde, dat zij onder dwaling had gehandeld, te laat was ingediend en daarom niet in overweging werd genomen. De uitspraak werd gedaan op 2 juni 2021.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 8978131 \ CV EXPL 21-314 (AH)
Uitspraakdatum: 2 juni 2021
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de besloten vennootschap
Streetmind Recruiters B.V., h.o.d.n. Eye P Networks, De Kleurpoli, Kidsquote, Meneertje Pleister
gevestigd te Hilversum
eiseres
verder te noemen: Meneertje Pleister
gemachtigde: H.G. Zeiger
tegen
[gedaagde] , h.o.d.n. [bedrijfsnaam]
wonende te [woonplaats]
gedaagde
verder te noemen: [gedaagde]
gemachtigde: mr. F.J.J. Baars

1.De zaak in het kort

Het gaat in deze zaak om de vraag of partijen een overeenkomst hebben gesloten voor de plaatsing van een advertentie en of [gedaagde] daarvoor een bedrag aan Meneertje Pleister moet betalen. De rechtbank is van oordeel dat [gedaagde] moet betalen, omdat uit de e-mailcorrespondentie blijkt dat partijen een overeenkomst hebben gesloten. [gedaagde] heeft namelijk inhoudelijke wijzigingen van de advertentie doorgegeven, het woord ‘prima’ gebruikt en nergens aangegeven dat ze geen overeenkomst wilde sluiten.

2.Het procesverloop

2.1.
Meneertje Pleister heeft bij dagvaarding van 11 januari 2021 een vordering tegen [gedaagde] ingesteld. [gedaagde] heeft mondeling geantwoord. Meneertje Pleister heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna [gedaagde] een schriftelijke reactie heeft gegeven.

3.De feiten

3.1.
Meneertje Pleister is een onderneming die onder andere ‘De Grote Beren Box’ maakt. Dit is een cadeaubox die kosteloos aan kindgerelateerde instanties wordt verstuurd. Meneertje Pleister werkt hierbij met sponsoren. De bedrijfsnaam van de sponsoren wordt in de box op een A3 poster vermeld.
3.2.
Meneertje Pleister heeft (telefonisch) contact opgenomen met [gedaagde] over de mogelijkheid tot sponsoring. Bij e-mail van 7 juli 2020 heeft Meneertje Pleister aan [gedaagde] een plaatsingsopdracht verzonden voor de actie ‘De Grote Beren Box’. Hierin stond onder andere een voorbeeld van de te plaatsen advertentie, de prijs en de namen van partijen.
3.3.
Vervolgens hebben partijen over en weer e-mailcontact gehad over enkele wijzigingen van de advertentie. [gedaagde] heeft per e-mail aan Meneertje Pleister geschreven:
‘‘(…)
Het is niet een hoogstaande advertentie voor die prijs. Maar prima!
(…)’’
3.4.
[gedaagde] heeft drie e-mails aan Meneertje Pleister gestuurd met de door haar gewenste wijzigingen over de inhoud van de advertentie. Ook heeft zij een nieuwe foto voor de advertentie aangeleverd.
3.5.
Op 7 en 8 juli 2020 heeft Meneertje Pleister de verwerkte wijzigingen in de advertentie per e-mail doorgegeven aan [gedaagde] .
3.6.
Bij factuur van 14 juli 2020 heeft Meneertje Pleister een bedrag van € 665,50 bij [gedaagde] in rekening gebracht. [gedaagde] heeft dit bedrag niet betaald.
3.7.
In augustus 2020 hebben partijen gecorrespondeerd over de verschuldigdheid van de factuur. [gedaagde] heeft toen aangegeven dat zij geen akkoord heeft gegeven, waardoor er geen overeenkomst zou zijn ontstaan.
3.8.
Bij brief van 24 september 2020 is namens Meneertje Pleister een sommatie gestuurd aan [gedaagde] waarin verzocht wordt het bedrag inclusief rente en kosten betalen.

4.De vordering

4.1.
Meneertje Pleister vordert dat de kantonrechter [gedaagde] veroordeelt tot betaling van een bedrag van € 789,68.
4.2.
Meneertje Pleister legt – kort gezegd – aan de vordering ten grondslag dat met [gedaagde] een overeenkomst van opdracht is gesloten, uit hoofde waarvan [gedaagde] haar betalingsverplichting dient na te komen. [gedaagde] is deze verplichting niet nagekomen. Meneertje Pleister vordert daarom een bedrag van € 655,50, te vermeerderen met de wettelijke rente. Daarnaast vordert zij betaling van de buitengerechtelijke incassokosten tot een bedrag van € 99,82.

5.Het verweer

5.1.
[gedaagde] betwist de vordering. Zij voert – samengevat – aan dat er geen rechtsgeldige overeenkomst tot stand is gekomen. Zij is niet akkoord gegaan met het plaatsen van de advertentie. Zij is immers niet op de door Meneertje Pleister in de opdrachtbevestiging verzochte wijze akkoord gegaan. Ook is het onaannemelijk dat zij een advertentie wenste te plaatsen in een folder die gericht is aan kinderen, aangezien dit niet de doelgroep is waar haar onderneming, Pilates Studio To Flow, zich op richt. Zij heeft het aanbod van Meneertje Pleister nooit aanvaard. De voor het tot stand komen van een overeenkomst vereiste, op een rechtsgevolg gerichte wil, ontbrak namelijk bij haar. De tekst ‘prima’ zag erop dat de advertentie er wel redelijk uitzag. Bij dupliek heeft [gedaagde] aangevoerd dat sprake is van dwaling, omdat Meneertje Pleister onjuiste informatie heeft verstrekt. Ook heeft zij bij dupliek aangevoerd dat sprake is van een tekortkoming aan de zijde van Meneertje Pleister, omdat niet aangetoond is dat de advertentie daadwerkelijk geplaatst is.

6.De beoordeling

6.1.
Kern van het geschil is of een rechtsgeldige overeenkomst tot stand gekomen is tussen partijen. De kantonrechter zal de vordering toewijzen en overweegt hiertoe het volgende.
6.2.
Vooropgesteld wordt dat een overeenkomst tot stand komt door een aanbod en de aanvaarding daarvan. [1] Het rechtsgeldig tot stand komen van een overeenkomst geschiedt vormvrij. [2] Als aanbod en aanvaarding overeenstemmen, is sprake van wilsovereenstemming.
6.3.
Niet in geschil is dat de door Meneertje Pleister overgelegde e-mails daadwerkelijk door [gedaagde] zijn verstuurd aan Meneertje Pleister. Ook is niet in geschil dat partijen op 7 juli 2020 hebben gesproken over de opdracht tot het maken van een A3 poster in het kader van de sponsoractie ‘De Grote Beren Box’. De e-mail van [gedaagde] waarin zij zegt:
“Het is niet een hoogstaande advertentie voor die prijs. Maar prima!”en de e-mails waarin zij inhoudelijke wijzigingen van de advertentie doorgeeft, zijn naar het oordeel van de kantonrechter te kwalificeren als een aanvaarding. Het feit dat [gedaagde] inhoudelijke wijzigingen over de advertentie doorgaf aan Meneertje Pleister, strookt niet met haar standpunt dat zij geen overeenkomst wilde sluiten. Ook staat vast dat [gedaagde] voor de factuurdatum niet heeft aangegeven geen overeenkomst te willen sluiten. Overigens volgt uit de stellingen van partijen dat het bij [gedaagde] bekend was dat ‘De Grote Beren Box’ verstuurd wordt aan kindgerelateerde instanties. Gelet op het voorgaande heeft [gedaagde] onvoldoende gemotiveerd betwist dat sprake is van een overeenkomst. Aanbod en aanvaarding komen overeen, zodat het verweer dat wilsovereenstemming ontbreekt niet slaagt. De kantonrechter is dan ook van oordeel dat rechtsgeldig een overeenkomst tussen Meneertje Pleister en [gedaagde] tot stand is gekomen.
6.4.
[gedaagde] heeft bij conclusie van dupliek aangevoerd dat sprake is van dwaling dan wel een tekortkoming in de nakoming. Nu [gedaagde] dit eerst bij conclusie van dupliek heeft aangevoerd en Meneertje Pleister niet meer in de gelegenheid is geweest om daarop te reageren, zal de kantonrechter aan dit te laat gevoerde verweer voorbijgaan.
6.5.
De conclusie is dat de kantonrechter de vordering van Meneertje Pleister zal toewijzen.
6.6.
De proceskosten komen voor rekening van [gedaagde] , omdat zij ongelijk krijgt.

7.De beslissing

De kantonrechter:
7.1.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling aan Meneertje Pleister van € 789,68, te vermeerderen met de wettelijke rente over € 655,50 vanaf 5 januari 2021 tot aan de dag van de gehele betaling;
7.2.
veroordeelt [gedaagde] tot betaling van de proceskosten, die de kantonrechter aan de kant van Meneertje Pleister tot en met vandaag vaststelt op:
dagvaarding € 94,25
griffierecht € 507,00
salaris gemachtigde € 248,00 ;
7.3.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad;
7.4.
wijst de vordering voor het overige af.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.W.S. Kiliç en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter

Voetnoten

1.artikel 6:217 BW
2.artikel 3:37 lid 1 BW