ECLI:NL:RBNHO:2021:8938
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verzoek tot vervallenverklaring van schriftelijke aanwijzing in omgangsregeling met grootouders
In deze zaak heeft de kinderrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 24 september 2021 uitspraak gedaan in een verzoek van de moeder om de schriftelijke aanwijzing van de gecertificeerde instelling (GI) te vervallen. De GI had de ouders een schriftelijke aanwijzing gegeven om toe te staan dat hun drie kinderen contact hebben met hun grootouders aan vaderszijde. De grootouders hebben een belangrijke rol gespeeld in het leven van de kinderen, die eerder bij hen hebben gewoond in het kader van een uithuisplaatsing. De ouders waren van mening dat eerst de vader omgang met de kinderen moest krijgen, maar de vader werkte niet mee aan de voorwaarden die de GI stelde. De kinderrechter heeft het verzoek van de moeder om de schriftelijke aanwijzing te vervallen te verklaren afgewezen, omdat de GI voldoende redenen had om de aanwijzing op te leggen. De kinderrechter oordeelde dat het in het belang van de kinderen was om het contact met de grootouders te herstellen, gezien de belangrijke hechtingsrol die zij vervullen. De kinderrechter heeft ook het verzoek van de moeder om de GI in de kosten van de procedure te veroordelen afgewezen.