ECLI:NL:RBNHO:2022:1394
Rechtbank Noord-Holland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Bevoegdheidsincident in luchtvaartzaak tussen Flightright GMBH en Delta Air Lines Inc.
In deze zaak heeft Flightright GMBH, een Duitse rechtspersoon, een vordering ingesteld tegen Delta Air Lines Inc., een Amerikaanse luchtvaartmaatschappij, wegens compensatie voor vertraging van een vlucht. De vordering is ingesteld op 27 mei 2020, waarbij Flightright stelt dat passagiers met vertraging zijn aangekomen op hun eindbestemming. De vervoerder heeft een incidentele conclusie ingediend waarin zij stelt dat de Nederlandse rechter onbevoegd is, omdat zij gevestigd is in de Verenigde Staten en de Brussel I bis-Verordening niet van toepassing zou zijn. Flightright betoogt dat er sprake is van een code-share overeenkomst met KLM, waardoor de Nederlandse rechter bevoegd zou zijn. De kantonrechter heeft echter geoordeeld dat de vervoerder geen woonplaats in Nederland heeft en dat de Nederlandse rechter geen rechtsmacht heeft over de zaak. De kantonrechter heeft de vordering van de vervoerder toegewezen en Flightright in de kosten van het incident veroordeeld. De kantonrechter verklaarde zich onbevoegd om van de hoofdzaak kennis te nemen, en veroordeelde Flightright in de kosten van de hoofdzaak, vastgesteld op nihil.