ECLI:NL:RBNHO:2022:2386

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
16 maart 2022
Publicatiedatum
21 maart 2022
Zaaknummer
9398297 / EJ VERZ 21-270
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Ontslag van executeur wegens gewichtige redenen en benoeming van een onafhankelijk notaris als opvolgend executeur in een erfrechtelijke zaak

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 16 maart 2022 uitspraak gedaan in een verzoekschrift van [verzoeker] tot ontslag van [verweerster] als executeur van de nalatenschap van [erflaatster]. [Verzoeker] en [verweerster] zijn de enige erfgenamen en in het testament van erflaatster is [verweerster] benoemd tot executeur. [Verzoeker] heeft de nalatenschap beneficiair aanvaard, maar stelt dat [verweerster] haar taken als executeur niet goed uitvoert. Er zijn verschillende onduidelijkheden over de boedelbeschrijvingen en [verweerster] heeft legaten uitgekeerd voordat de executele was afgerond. De kantonrechter heeft vastgesteld dat er gewichtige redenen zijn voor het ontslag van [verweerster] als executeur, waaronder het niet voldoen aan de inlichtingenverplichting en het niet correct uitvoeren van haar taken.

De kantonrechter heeft mr. A. Stuijt, notaris te Haarlem, benoemd als opvolgend executeur. De kantonrechter overweegt dat, hoewel het testament geen regeling voor het loon van een notaris als executeur bevat, mr. Stuijt recht heeft op een vergoeding voor zijn werkzaamheden, die ten laste van de nalatenschap kan worden gebracht. De beslissing houdt ook in dat iedere partij de eigen proceskosten draagt. Deze beschikking is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./repnr.: 9398297 / EJ VERZ 21-270
Uitspraakdatum: 16 maart 2022
Beschikking van de kantonrechter in de zaak van:
[verzoeker] ,
wonende te [woonplaats 1] , gemeente [gemeente 1]
verzoeker
verder te noemen: [verzoeker]
advocaat mr. R. Gardeslen te Amsterdam
tegen
[verweerster] ,
wonende te [woonplaats 2] , gemeente [gemeente 2]
verweerster
verder te noemen: [verweerster]
advocaat mr. R. Maasdam te Berkhout
inzake
de nalatenschap van [erflaatster],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats] en overleden op [datum] te [plaats]
laatstelijk gewoond hebbende te [plaats] .

1.Het procesverloop

1.1.
[verzoeker] heeft een verzoekschrift ingediend, bij de griffie ontvangen op 12 augustus 2021.
1.2.
[verweerster] heeft een verweerschrift ingediend.
1.3.
Op 16 februari 2022 heeft een zitting plaatsgevonden. De griffier heeft aantekeningen gemaakt van wat partijen ter toelichting van hun standpunten naar voren hebben gebracht.
1.4.
Voorafgaand aan de zitting heeft [verweerster] bij brief van 11 februari 2022 nog stukken toegezonden. Bij brieven van 14 en 15 februari 2022 heeft [verzoeker] nog stukken toegezonden.

2.Feiten

2.1.
[verzoeker] en [verweerster] zijn de enige twee erfgenamen in de nalatenschap van erflaatster. In het testament van erflaatster is [verweerster] benoemd tot executeur. [verzoeker] heeft de nalatenschap beneficiair aanvaard.

3.Het geschil

3.1.
Volgens [verzoeker] zijn partijen niet in staat met elkaar te overleggen over de afwikkeling van de nalatenschap van erflaatster. [verweerster] voert haar taken als executeur niet goed uit door aan [verzoeker] onvoldoende informatie te verstrekken over de omvang van de nalatenschap, steeds verschillende en onjuiste boedelbeschrijvingen op te stellen, al legaten uit te keren tijdens de executele en onterecht een vermeende schenking en lening aan [verzoeker] op te nemen in de boedelbeschrijving. [verweerster] moet daarom ontslagen worden als executeur en er moet een bezoldigd en onafhankelijk notaris als opvolgend executeur benoemd worden.
3.2.
[verweerster] betwist dat zij haar taken als executeur niet goed uitvoert. Zij heeft [verzoeker] alle benodigde informatie verstrekt en heeft de lening en schenking terecht opgenomen in de boedelbeschrijving. Zij is pas enkele maanden bezig met de uitoefening van het executeurschap en heeft hiervoor ter ondersteuning deskundige hulp geraadpleegd. [verweerster] verwacht de nalatenschap binnen enkele maanden te kunnen afwikkelen.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter zal het verzoek toewijzen en licht dit als volgt toe.
4.2.
Op grond van de wet [1] wenst [verzoeker] het ontslag van [verweerster] uit haar functie als executeur op grond van gewichtige redenen. Bij gewichtige redenen moet worden gedacht aan misbruik van bevoegdheid door de executeur, verwaarlozing van haar plichten of omstandigheden die moeten leiden tot het oordeel dat de executeur niet is opgewassen tegen de taak of anderszins niet in staat is tot een behoorlijke uitoefening van zijn taak. De kantonrechter is van oordeel dat sprake is van dergelijke gewichtige redenen in deze zaak.
4.3.
[verweerster] heeft meerdere malen een andere, aangepaste boedelbeschrijving opgemaakt waardoor de werkelijke omvang van de nalatenschap onduidelijk is gebleven. Zelfs ter zitting is gebleken dat er nog een aanpassing moeten worden doorgevoerd in de meest recente boedelbeschrijving die is overgelegd, namelijk verwijdering van de eerder opgevoerde ontruimingskosten van € 3.000,-. Ook de opgave van de inboedelgoederen is al meerdere malen gewijzigd in de boedelbeschrijving. Ook heeft [verweerster] kennelijk steeds andere stukken nodig omtrent de vermeende lening en schenking aan [verzoeker] . Ter zitting gaf [verweerster] namelijk eerst aan dat zij alleen de bankafschriften van [verzoeker] over het jaar 2014 nodig had en dat partijen er dan uit zouden zijn, maar vervolgens wilde zij opeens alle afschriften over de jaren 2014 tot en met 2020 van [verzoeker] ontvangen.
Ook heeft [verzoeker] gesteld dat de taxatie van de juwelier zoals overgelegd door [verweerster] niet klopt, omdat de juwelier zelf verklaard heeft dat deze taxatie niet door hem is opgesteld. Daarop heeft [verweerster] in het geheel niet gereageerd. Bovendien heeft [verweerster] in strijd met haar taak van executeur al legaten uitgekeerd. Ze houdt dus de vereiste volgorde niet aan: de executele moet namelijk afgewacht worden voordat er legaten en erfdelen kunnen worden uitgekeerd. Tenslotte heeft zij ter zitting voor het eerste verklaard dat zij beschikt over originele brieven die vader bij zijn testament zou hebben gevoegd. Gelet op het voorgaande heeft [verweerster] niet voldaan aan haar inlichtingenverplichting zoals opgenomen in het testament en is sprake van gewichtige redenen om haar te ontslaan als executeur.
4.4.
De kantonrechter heeft mr. A. Stuijt, notaris te Haarlem, bereid gevonden om benoemd te worden als notaris die de rol van executeur op zich zal nemen. Mr. Stuijt heeft verklaard dat hij vrij staat ten opzichte van beide partijen.
4.5.
Op grond van het testament van erflaatster mag de executeur geen loon in rekening brengen, maar omdat het testament niet voorzien heeft in een regeling voor het loon voor het geval een notaris als executeur benoemd wordt, overweegt de kantonrechter op grond van artikel 4:144 lid 3 BW in samenhang met artikel 4:159 lid 3 BW dat de executeur een loon in rekening mag brengen voor zijn werkzaamheden en dat dit ten laste van de nalatenschap mag worden gebracht. Mr. Stuijt heeft verklaard dat zijn tarief € 250,- exclusief btw en kosten bedraagt.
4.6.
In de tussen partijen bestaande familierechtelijke relatie, ziet de kantonrechter aanleiding om te bepalen dat partijen ieder de eigen proceskosten dragen.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
ontslaat [verweerster] met ingang van heden als executeur van de nalatenschap van [erflaatster] voornoemd;
5.2.
benoemt in haar plaats tot executeur: notaris mr. A. Stuijt, kantoorhoudende te Van Eedenstraat 20, 2012 EM, Haarlem, tel.nr.: 023 531 93 98;
5.3.
verklaart de beschikking tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
5.4.
bepaalt dat iedere partij de eigen proceskosten draagt.
Deze beschikking is gegeven door mr. S.W.S. Kiliç en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter

Voetnoten

1.Artikel 4:149, lid 1 aanhef en sub f in verbinding met artikel 4:149, tweede lid BW.