Op 19 januari 2022 heeft de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, een vonnis gewezen in een incident tot voeging in een civiele procedure. De zaak betreft een geschil tussen twee eisers in de hoofdzaak, die vorderen dat de Vereniging van Eigenaren (VvE) hen verplicht om het dak van een appartementencomplex aan de Oudegracht 26 terug te brengen in de oorspronkelijke staat. De VvE heeft de vorderingen van de eisers in de hoofdzaak afgewezen. In het incident vorderden andere appartementseigenaren, aangeduid als eisers in het incident, om zich te mogen voegen aan de zijde van de VvE, omdat de vorderingen van de eisers in de hoofdzaak directe gevolgen hebben voor hun belangen. De VvE heeft zich verzet tegen deze voeging, stellende dat zij niet adequaat kan optreden voor al haar leden als er meerdere partijen betrokken zijn.
De rechtbank heeft in haar beoordeling vastgesteld dat de eisers in het incident voldoende belang hebben bij de voeging, aangezien de uitkomst van de procedure nadelige gevolgen kan hebben voor hen. De rechtbank heeft het standpunt van de VvE verworpen dat de voeging de procespositie van de VvE zou schaden. De rechtbank heeft de incidentele vordering van de eisers in het incident toegewezen, maar de gevorderde uitvoerbaar verklaring bij voorraad afgewezen, omdat deze niet mogelijk is in het kader van een voeging. De VvE is veroordeeld in de proceskosten van het incident, die zijn begroot op € 563,00. De zaak zal op 2 maart 2022 weer op de rol komen voor het nemen van de conclusie van antwoord door de eisers in het incident.