2.3.De deskundige heeft in zijn rapportage – voor zover van belang – de vragen van de rechtbank als volgt beantwoord:
“ […]
Vraag 1
Zijn of waren er regels/richtlijnen vanuit de provincie Noord-Holland/het waterschap/een ander overheidsorgaan die tot gevolg hebben dat toepassing van een overstort/noodoverlaat bij het gemaal/de pomp met nummer 7AO16 op het perceel van [betrokkene 1] aan de [adres] te [plaats 1] niet was toegestaan op 26 juni 2018?
[…]
Er is mij geen besluit of richtlijn bekend dat het gebruik van nooduitlaten bij drukrioolsystemen verbiedt. […] Desgevraagd kreeg ik vanuit het Hoogheemraadschap het volgende antwoord: “Wij hebben geen vastgesteld beleid of specifieke regelgeving met betrekking tot lozingen uit nooduitlaten van pompgemalen van drukriolering.”
In een aanvullende reactie van 28 april 2021 is door een beleidsmedewerker [van] het Hoogheemraadschap expliciet verwezen naar landelijke regelgeving uit het Besluit lozen buiten inrichtingen van 16 maart 2011. Hierin staat opgenomen dat lozingen vanuit een gemeentelijk vuilwaterriool zijn toegestaan als het vuilwaterriool is opgenomen in het gemeentelijk rioleringsplan en als het vuilwaterriool overeenkomstig het gemeentelijk rioleringsplan is uitgevoerd en wordt beheerd […]
Dit betekent dat er geen verbod is op het toepassen van nooduitlaten bij drukrioleringsgemalen. Het was voldoende geweest als de gemeente deze voorzieningen op had genomen in het gemeentelijk rioleringsplan.
Vraag 4
[…]
Het gebruik van een putdeksel, dat daar niet specifiek voor ontworpen is, als ontlastvoorziening op rioolsystemen waartoe ook rioolgemalen behoren, is geen goede oplossing. In de eerste plaats is de werking volledig oncontroleerbaar. […] door corrosie en beschadigingen kunnen deksels zo vast komen te zitten dat een veel grotere overdruk nodig is voordat ze loskomen. […]
Een tweede probleem is dat putdeksels kunnen wegdrijven en daarmee een gevaar opleveren voor de omgeving. Dat geldt voor het deksel zelf maar evenzo voor de put die dan niet meer afgedekt is. […]
Vraag 6
Welke actieve en passieve veiligheidsmaatregelen had de Gemeente in dit geval kunnen nemen en wat had van haar verwacht mogen worden, rekening houdend met de tot 26 juni 2918 bij dit gemaal/deze pomp opgetreden storingen en de geldende regelingen en richtlijnen vanuit de provincie Noord-Holland/het waterschap/een ander overheidsorgaan?
De veiligheidsmaatregelen die zijn toegepast bij het drukrioleringssysteem waarvan deze pomp onderdeel uitmaakt zijn beperkt. Als de pomp in storing valt, gaat de rode lamp branden zodat de bewoner gewaarschuwd wordt en hij de gemeente kan bellen. Op 26 juni 2018 heeft de rode lamp niet gebrand doordat de storing optrad in de computer die de lamp had moeten aansturen. Hiermee is de beperking van deze beheersmaatregel duidelijk. Niet bij alle storingen brandt de lamp en zelfs als de lamp wel brandt moet dat worden opgemerkt door bewoners of omstanders. De grote beperking van het putdeksel als veiligheidsventiel heb ik bij antwoord 4 beschreven.
Mijns inziens heeft de gemeente twee mogelijkheden voor locaties waar dit type overlast kan optreden. In de eerste plaats kan een noodoverlaat op de put worden aangebracht. Daarmee worden panden en omliggend maaiveld beschermd tegen overstroming met rioolwater en krijgt de beheerder tevens meer tijd en ruimte om in geval van storing in te grijpen.
In de tweede oplossing worden de rioolgemalen voorzien van telemetrie waarmee op afstand het functioneren van pomp en gemaalcomputer kan worden gecontroleerd. Bij het type storing dat op of waarschijnlijk al voor 26 juni 2018 is opgetreden, was er een waarschuwingssignaal naar de rioolbeheerder gegaan dat er geen communicatie met de gemaalcomputer mogelijk was. Probleem van deze oplossing is dat zij prijzig is of in ieder geval was bij aanleg van het rioolsysteem. In die periode werd daar maar door heel weinig Nederlandse gemeenten voor gekozen en in het geval van de gemeente [plaats 2] met circa 488 gemalen en gemaaltjes was de afweging bij aanleg logisch. Inmiddels zijn de kosten voor telemetrie fors gedaald en had de gemeente kunnen overwegen bij renovatie dit in ieder geval voor gevoelige systemen, waarbij veel storingen optreden en/of storingen snel leiden tot overlast, te introduceren. Het patroon van storingen voorafgaand aan 26 juni 2018 geeft overigens geen aanleiding deze pomp als extra gevoelig aan te merken.
Vraag 7
Heeft de Gemeente – rekening houdend met alle feiten en omstandigheden van het onderhavige geval en bezien vanuit uw deskundigheid – adequaat gereageerd op de storing op 26 juni 2018 en op eventueel daaraan voorafgaande en voor dit geval relevante storingen?
De Gemeente [plaats 2] heeft onmiddellijk na melding haar aannemer voor het beheer van de rioolgemalen, de firma Remondis, ingeschakeld. De melding is om 10:07u gedaan en de monteur van Remondis is om 16.30u aan het werk gegaan. Deze reactietijd lijkt redelijk te zijn gezien dat er op het moment van de melding geen alarm is geslagen. De prioriteit was als “gemiddeld” gelabeld. Er was op dat moment immers nog geen wateroverlast bekend. De afhandeling van de storing heeft 1,5 uur geduurd, wat gezien de aard van de storing en het type werkzaamheden dat is uitgevoerd, alleszins redelijk is. […] Zowel Gemeente als aannemer hebben adequaat gereageerd gezien de op dat moment bekende omstandigheden.
De storingen en de werkzaamheden van Remondis aan het gemaal, zoals die in het aangeleverde logboek zijn weergegeven over de periode vanaf 2016, laten één opvallende storing zien in februari 2016. Op 16 februari 2016 werkt Remondis in het kader van het jaarlijkse onderhoud aan het gemaal zonder dat daar een storingsmelding aan vooraf gaat. De conclusie op dat moment was dat “de pomp stond droog te draaien”. Na reiniging van de borrelbuis (peilmeting en aansturing pomp) werkte alles weer correct. Twee dagen later kwam er een storingsmelding “rode lamp brandt”. Een en ander is veroorzaakt door een storing in het elektrische systeem. Blijkbaar zijn de werkzaamheden twee dagen eerder onvoldoende geweest, vandaar dat nu een nieuwe pomp wordt geplaatst.
De melding kwam binnen om 10:32u met prioriteit “gemiddeld” en om 12:15u was de monteur van Remondis ter plaatse. Dit laat zien dat Gemeente en haar aannemer doorgaans snel reageren op storingen. De afhandeling van de eerste storing op 16 februari bleek uiteindelijk niet voldoende te zijn geweest, maar de wijze van werken past in de gebruikelijke aanpak.
[…].”