Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Bergermeer B.V.
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.De vordering en het verweer
4.De beoordeling
€ 7.500,00 –
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak vordert Bergermeer B.V., een verhuurder van winkel- en woonruimte, betaling van een huurachterstand van € 55.065,88 van de gedaagde. De gedaagde erkent de huurachterstand, maar betwist de hoogte van het gevorderde bedrag en verzoekt om huurprijsvermindering vanwege de coronamaatregelen. De kantonrechter oordeelt dat de gedaagde onvoldoende heeft onderbouwd welke financiële gevolgen de coronamaatregelen voor zijn onderneming hebben gehad. De kantonrechter wijst de vordering van de gedaagde tot huurprijsvermindering af, omdat deze niet voldoende is onderbouwd. De kantonrechter concludeert dat de gedaagde de huurachterstand moet betalen, en dat het gevorderde bedrag klopt. De kantonrechter houdt rekening met de omstandigheden van de coronamaatregelen en vermindert de huurachterstand met een bedrag van € 1.531,35, en met de borg van € 7.500,00 die de gedaagde bij aanvang van de huur heeft betaald. Uiteindelijk wordt de gedaagde veroordeeld tot betaling van € 38.668,65 aan huurachterstand, plus wettelijke rente en buitengerechtelijke incassokosten. De proceskosten komen voor rekening van de gedaagde.