Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.De procedure
- de dagvaarding van 27 september 2021 met producties 1 tot en met 24;
- de conclusie van antwoord tevens eis in reconventie met producties 1 tot en met 28;
- de akte wijziging eis in reconventie van 6 december 2021 met productie 29;
- het tussenvonnis van 8 december 2021;
- de conclusie van antwoord in reconventie tevens akte wijziging eis in conventie met producties 24 tot en met 26;
- de brief van 27 januari 2022 van mr. Smal met productie 25;
- de brief van 10 maart 2022 van mr. Kemmers met producties 30 tot en met 32;
- het rolbericht van 16 maart 2022 van mr. Kemmers met producties 33 en 34;
- het rolbericht van 18 maart 2022 van mr. Kemmers met productie 35;
- de mondelinge behandeling op 21 maart 2022 waar de man, de vrouw en hun advocaten zijn verschenen. Beide advocaten hebben daarbij een pleitnota overgelegd en voorgedragen.
2.Feiten
3.De vordering in conventie
in conventie
4.De vordering in reconventie
5.De beoordeling
in conventie en in reconventie
€ 4.655,07(€ 926,07 + € 3.728,50 + € 1.250,50 = € 5.905,07 -/- € 1.250,-) dienen te vergoeden. In de beslissing zal de rechtbank bepalen dat dat bedrag door de man pas hoeft te worden voldaan na toedeling van de woning aan de vrouw of na verkoop van de woning.