ECLI:NL:RBNHO:2022:4662

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
18 mei 2022
Publicatiedatum
30 mei 2022
Zaaknummer
9139103
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Compensatie voor annulering van vlucht door buitengewone omstandigheden tijdens staking openbaar vervoer

In deze zaak heeft AirHelp GmbH een vordering ingesteld tegen United Airlines Inc. wegens compensatie voor een geannuleerde vlucht. De annulering vond plaats op 28 mei 2019, als gevolg van een nationale staking van het openbaar vervoer in Nederland. De passagier had een vervoersovereenkomst met de vervoerder voor een vlucht van Amsterdam naar Cancún, maar het eerste deel van de vlucht werd geannuleerd. AirHelp, die het vorderingsrecht van de passagier had overgenomen, vorderde een schadevergoeding van € 600,00 op basis van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004, die compensatie regelt voor luchtreizigers bij annuleringen.

De vervoerder betwistte de vordering en stelde dat de annulering het gevolg was van buitengewone omstandigheden, namelijk de staking van het openbaar vervoer, waar zij geen invloed op had. De kantonrechter oordeelde dat de vervoerder niet voldoende had aangetoond dat alle redelijke maatregelen waren genomen om de gevolgen van de annulering te beperken. De vervoerder had de passagier weliswaar omgeboekt naar een alternatieve vlucht, maar deze vlucht vertrok pas 24 uur na de oorspronkelijke vertrektijd, wat niet als een redelijke maatregel werd beschouwd. Bovendien was niet bewezen dat andere alternatieve vluchten niet beschikbaar waren.

De kantonrechter oordeelde dat de vervoerder aansprakelijk was voor de compensatie en veroordeelde hen tot betaling van € 600,00 aan AirHelp, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. De beslissing werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en de vervoerder werd ook veroordeeld tot betaling van nakosten. Het vonnis werd uitgesproken op 18 mei 2022 door kantonrechter S.N. Schipper.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 9139103 \ CV EXPL 21-2274
Uitspraakdatum: 18 mei 2022
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de rechtspersoon naar buitenlands recht
AirHelp GmbH
gevestigd te Berlijn (Duitsland)
eiser
hierna te noemen: Airhelp
gemachtigde: mr. D.E. Lof
tegen
de rechtspersoon naar buitenlands recht
United Airlines Inc.
gevestigd te Wilmington (Verenigde Staten)
gedaagde
hierna te noemen: de vervoerder
gemachtigde: mr. R.L.S.M. Pessers en J.I.J. van Pelt

1.Het procesverloop

1.1.
Airhelp heeft bij dagvaarding van 17 maart 2021 een vordering tegen de vervoerder ingesteld. De vervoerder heeft schriftelijk geantwoord.
1.2.
Airhelp heeft hierop schriftelijk gereageerd, waarna de vervoerder een schriftelijke reactie heeft gegeven.

2.De feiten

2.1.
[betrokkene] (hierna: de passagier) heeft met de vervoerder een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan de vervoerder de passagier diende te vervoeren van Amsterdam Schiphol Airport via George Bush International Airport Houston (Verenigde Staten) naar Cancún International Airport (Mexico), hierna: de vlucht.
2.2.
Het eerste deel van de vlucht is geannuleerd.
2.3.
De passagier heeft haar vermeende vorderingsrecht overgedragen aan Airhelp Limited. Airhelp Limited heeft het vorderingsrecht op haar beurt overgedragen aan Airhelp GmbH.
2.4.
Airhelp heeft compensatie van de vervoerder gevorderd in verband met voornoemde annulering.
2.5.
De vervoerder heeft geweigerd tot betaling over te gaan.

3.De vordering

3.1.
Airhelp vordert dat de vervoerder bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis veroordeeld zal worden tot betaling van:
- € 600,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf datum vlucht tot aan de dag der algehele voldoening;
- de proceskosten en de nakosten, te vermeerderen met wettelijke rente.
3.2.
Airhelp heeft aan de vordering ten grondslag gelegd de Verordening (EG) nr. 261/2004 van het Europees Parlement en de Raad van 11 februari 2004 tot vaststelling van gemeenschappelijke regels inzake compensatie en bijstand aan luchtreizigers bij instapweigering en annulering of langdurige vertraging van vluchten en tot intrekking van de verordening (EEG) nr. 295/91 (hierna: de Verordening) en de daarop betrekking hebbende rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof). Airhelp stelt dat de vervoerder vanwege de annulering van de vlucht gehouden is te compenseren conform artikel 7 van de Verordening tot een bedrag van € 600,00.

4.Het verweer

4.1.
De vervoerder betwist de vordering. Hij voert aan dat de annulering het gevolg is van de nationale 24-uurs staking van het openbaar vervoer op 28 mei 2019 in Nederland. De luchthaven Schiphol heeft vanwege de staking luchtvaartmaatschappijen opgeroepen om vluchten te annuleren. De staking van het openbaar vervoer betrof een staking van derden en niet van personeel van de vervoerder. De vervoerder heeft hier dan ook geen invloed op kunnen uitoefenen en een dergelijke staking kan dan ook niet inherent worden geacht aan de normale uitoefening van het bedrijf van de vervoerder. De annulering is derhalve het gevolg van buitengewone omstandigheden. De vervoerder voert aan er alles aan te hebben gedaan om de gevolgen van de buitengewone omstandigheden zo beperkt mogelijk te houden.

5.De beoordeling

5.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat de Nederlandse rechter in deze zaak bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
5.2.
Vast staat dat de vlucht van de passagiers is geannuleerd. Nu gesteld, noch gebleken is dat de vervoerder zich kan beroepen op artikel 5, eerste lid, onder c sub i, ii of iii van de Verordening, geldt er in beginsel een compensatieplicht voor de vervoerder. Dit is anders indien de vervoerder kan aantonen dat de annulering het gevolg is van buitengewone omstandigheden als bedoeld in artikel 5 lid 3 van de Verordening. In de considerans van de Verordening heeft de gemeenschapswetgever erop gewezen dat dergelijke omstandigheden zich met name kunnen voordoen in geval van politieke onstabiliteit, weersomstandigheden die uitvoering van de vlucht in kwestie verhinderen, beveiligingsproblemen, onverwachte vliegveiligheidsproblemen en stakingen die gevolgen hebben voor de vluchtuitvoering van de luchtvaartmaatschappij die de vlucht uitvoert.
5.3.
De vervoerder voert aan dat de vlucht is geannuleerd als gevolg van de staking van het openbaar vervoer op 28 mei 2019 in Nederland. Op 27 mei 2019 is definitief duidelijk geworden, na onderhandelingen en een gerechtelijke procedure, dat de staking doorgang zou vinden. De staking heeft grote gevolgen gehad voor transport dat van en naar Amsterdam-Schiphol rijdt. Om te voorkomen dat de openbare orde zou worden verstoord kregen alle luchtvaartmaatschappijen de instructie van Schiphol om vluchten te annuleren dan wel passagiers om te boeken zodat het aantal passagiers van en naar Schiphol gereduceerd zou worden.
5.4.
De kantonrechter is van oordeel dat de vervoerder voldoende heeft aangetoond dat Schiphol naar aanleiding van de staking alle luchtvaartmaatschappijen heeft verzocht maatregelen de nemen om de voorkomen dat de openbare orde te Schiphol zou worden verstoord. Voorts heeft de vervoerder voldoende onderbouwd dat hij gevolg heeft gegeven aan dit verzoek en is overgegaan tot het omboeken van passagiers en annuleren van vluchten met bestemming Amsterdam-Schiphol Airport. De vraag die voorligt is of deze omstandigheden kunnen worden aangemerkt als buitengewone omstandigheden in de zin van de Verordening. De kantonrechter overweegt dat het in eerste instantie aan de vervoerder is om aan te tonen dat hij geen andere keuze had dan tot annulering van de vlucht over te gaan. In onderhavige geval had de vervoerder een keuze, maar heeft hij er voor gekozen - gezien de uitzonderlijke omstandigheden - om gevolg te geven aan de oproep van de luchthaven om het aantal passagiers op Schiphol te reduceren. Alle feiten en omstandigheden van het onderhavige geval maken dat de kantonrechter van oordeel is dat sprake is van buitengewone omstandigheden. Immers, indien de vervoerder (en andere luchtvaartmaatschappijen) geen gehoor hadden gegeven aan de oproep is niet uitgesloten dat dit tot ernstige verstoringen zou hebben geleid op Schiphol.
5.5.
Vervolgens dient de vraag beantwoord te worden of de vervoerder alle redelijke maatregelen heeft getroffen om de gevolgen van de buitengewone omstandigheden zo beperkt mogelijk te houden. De vervoerder heeft, kort nadat bekend werd dat de staking doorgang zou vinden, de passagier kosteloos omgeboekt naar een alternatieve vlucht met vertrekdatum 29 mei 2019. Airhelp betwist dat de passagier is omgeboekt naar een alternatieve vlucht ‘bij eerste gelegenheid’. Uit het arrest van het Hof van 11 juni 2020 (C-74/19) volgt dat, indien de passagier met een door de vervoerder zelf uitgevoerde alternatieve vlucht de dag na de oorspronkelijk vastgestelde dag aankomt dit in beginsel geen redelijke maatregel vormt. Hierbij gaat de kantonrechter voor de interpretatie van het hiervoor genoemde woord ‘dag’ uit van een tijdruimte en voor de uitleg ervan wordt aangesloten bij de algemeen geaccepteerde uitleg, zijnde een tijdsduur van 24 uur. Vaststaat dat de passagier is omgeboekt naar een vlucht waarmee zij 24 uur en 11 minuten later op haar eindbestemming is aangekomen. Airhelp heeft gesteld dat er andere, eerdere mogelijkheden waren om de passagier naar haar eindbestemming te vervoeren. Zo wijst Airhelp op een rechtstreekse vlucht uitgevoerd door TUI van Amsterdam naar Cancun op 28 mei 2019, en een indirecte vlucht via Mexico City uitgevoerd door KLM op 28 mei 2019. De vervoerder heeft aangevoerd dat omboeking naar deze vluchten niet mogelijk was, omdat ook deze vluchten onderhevig waren aan de capaciteitsreductie op Schiphol. Naar het oordeel van de kantonrechter is echter niet vast komen te staan dat deze vluchten geen doorgang hebben gevonden. Het enkele feit dat de genoemde vluchten gepland stonden om op 28 mei 2019 te vertrekken, betekent niet dat deze vluchten per definitie zijn geannuleerd. Het had op de weg van de vervoerder gelegen om aan te tonen dat ook deze vluchten wegens de staking van het openbaar vervoer geannuleerd waren, en dat omboeking daarom niet mogelijk was. Niet gebleken is dan ook dat de vervoerder alle redelijke maatregelen heeft getroffen om de vertraging van de passagier te voorkomen dan wel te beperken. De vordering van Airhelp tot betaling van compensatie wegens annulering van de vlucht zal dan ook worden toegewezen.
5.6.
De gevorderde wettelijke rente over de hoofdsom is als onvoldoende gemotiveerd weersproken toewijsbaar.
5.7.
De proceskosten komen voor rekening van de vervoerder, omdat deze ongelijk krijgt. De gevorderde rente is toewijsbaar met ingang van de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis.
5.8.
Ook de nakosten kunnen worden toegewezen, voor zover deze kosten daadwerkelijk door Airhelp worden gemaakt.

6.De beslissing

De kantonrechter:
6.1.
veroordeelt de vervoerder tot betaling aan Airhelp van € 600,00, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 28 mei 2019 tot aan de dag der algehele voldoening;
6.2.
veroordeelt de vervoerder tot betaling van de proceskosten die aan de kant van Airhelp tot en met vandaag worden begroot op de bedragen zoals deze hieronder zijn gespecificeerd:
dagvaarding € 103,83;
griffierecht € 507,00;
salaris gemachtigde € 248,00;
vermeerderd met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag van de algehele voldoening;
6.3.
veroordeelt de vervoerder tot betaling van € 62,00 aan nakosten voor zover deze kosten daadwerkelijk door Airhelp worden gemaakt
,vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis tot aan de dag van de algehele voldoening;
6.4.
verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
6.5.
wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.N. Schipper, kantonrechter en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter