ECLI:NL:RBNHO:2022:4942
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vonnis in kort geding over driehoekswoningruil tussen eiseres en gedaagden
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Noord-Holland op 24 mei 2022 uitspraak gedaan in een kort geding over een driehoekswoningruil. Eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. S.N. Peijnenburg, had een vordering ingesteld tegen gedaagden, die ook een gemachtigde hadden. De gedaagden hadden eerder ingestemd met de woningruil, maar trokken zich op 18 mei 2022 terug, wat leidde tot de rechtszaak. De kantonrechter oordeelde dat de gedaagden de overeenkomst tot woningruil moesten nakomen, omdat er een spoedeisend belang was voor eiseres, gezien de geplande datum van de woningruil in het Hemelvaartweekend vóór 1 juni 2022. De kantonrechter wees de vordering van eiseres toe en gaf gedaagden tot 31 mei 2022 de tijd om de woning te ontruimen. Tevens werd een dwangsom opgelegd van € 250,00 per dag bij niet-nakoming, met een maximum van € 5.000,00. De proceskosten werden voor rekening van gedaagden gesteld, maar vanwege bijzondere omstandigheden werd het griffierecht en de eigen bijdrage voor eiseres gematigd. De uitspraak werd gedaan door mr. L.J. Saarloos en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.