Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Het procesverloop
2.De feiten
3.Het verzoek
4.Standpunten
5.De beoordeling
6.De beslissing
Amsterdam. [jw.sys.1.aantal_kinderen]
Rechtbank Noord-Holland
Op 9 juni 2022 heeft de kinderrechter van de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, een beschikking gegeven in een zaak betreffende de voorlopige ondertoezichtstelling van een jonge baby met meerdere onverklaarde botbreuken. De Raad voor de Kinderbescherming had op 1 juni 2022 een verzoek ingediend voor een voorlopige ondertoezichtstelling en een spoedmachtiging tot uithuisplaatsing, omdat de baby ernstig in haar ontwikkeling werd bedreigd. De kinderrechter heeft op basis van de informatie en verklaringen van de ouders, die ter zitting aanwezig waren, besloten de voorlopige ondertoezichtstelling in stand te houden, maar de spoedmachtiging tot uithuisplaatsing in te trekken. De ouders gaven een geloofwaardige verklaring voor het ontstaan van de meeste breuken en toonden zich bereid om samen te werken met de hulpverlening. De kinderrechter oordeelde dat de veiligheid van de baby ook zonder uithuisplaatsing voldoende gewaarborgd was en dat het belangrijker was voor de baby om herenigd te worden met haar ouders in deze cruciale levensfase. De kinderrechter benadrukte het belang van verder onderzoek naar de oorzaak van de letsels en de rol van de ouders in dit proces.